De regio West-Lothian in Schotland ziet er op het eerste gezicht niet uit als een aardolie-eldorado of als de wieg van een lucratieve industrie. Vrijwel niets herinnert nog aan de tijd dat een Schotse ondernemer hier het nieuwe zwarte goud ontdekte: James ‘Paraffin’ Young (1811-1883).

Young was vindingrijk, ambitieus en ervan overtuigd de brandstof van de toekomst ontdekt te hebben. Hij had namelijk steenkool met een bijzonder hoog aardoliegehalte gevonden en stelde experimenteel vast dat deze bij een specifieke temperatuur en druk daaruit vrij te maken was. Boven deze temperatuur ontweek het in gasvorm. Het patent dat hij hierop aanvroeg liet hij opzettelijk een beetje ‘vaag’ om later nog nieuwe winnings- en toepassingsmogelijkheden te kunnen claimen.
Eerste commerciële olieraffinaderij
In de omgeving van Bathgate liet de Schot de eerste commerciële olieraffinaderij ter wereld bouwen en dat was acht jaar voor de olieboringen in de Verenigde Staten begonnen. Op de eerste wereld-tentoonstelling in Londen van 1851 presenteerde Young grote blokken was en kleine flesjes lampolie die hij ‘paraffine’ noemde. Het woord paraffine was destijds nog nauwelijks bekend en Young ging het gebruiken als merknaam voor de olieproducten die hem rijk maakten en de bijnaam ‘Paraffin’ Young opleverde.


Concurrentie
Door de uitvinding van de gloeilamp raakte zijn olie na 1880 echter op de achtergrond. Het gemak waarmee deze nieuwe lichtbron ontstoken kon worden, door enkel een schakelaar om te draaien, was ronduit superieur. Daarom ging de aardolie-industrie zich toeleggen op nieuwe toepassingen zoals benzine en diesel voor motorvoertuigen. Het werd voor de schalieolie-industrie van West-Lothian daarentegen wel steeds moeilijker om te concurreren met de winning door boring zoals deze elders grootschalig toegepast werd. De regering ging financiële steun verlenen om massawerkeloosheid te voorkomen en zo kon de sector de economische depressie van de jaren dertig doorstaan. Vanwege het strategische belang werd er tijdens de Tweede Wereldoorlog zelfs nog in geïnvesteerd, hoewel het daarna snel bergafwaarts ging. In 1962 sloot de laatste fabriek in Addiewell haar poorten.

Aardolieproducent
Young’s erfenis drukt nog altijd haar stempel op het landschap van West-Lothian. De ‘bings’ zijn de heuvels van rood gesteente die het afval waren van de distillatie van schalieolie. Zo bestaan de Five Sisters uit het restgesteente van de laatste fase uit de schalieoliewinning. Inmiddels heeft de natuur er dankzij een weelderige begroeiing weer bezit van genomen. Young maakte de neergang van de door hem opgezette industrie niet meer mee. Hij stierf als een rijk man en zijn onderneming kwam later in handen van British Petroleum (BP).
Het verhaal raakte in de vergetelheid toen in 1966 grote olievoorraden werden ontdekt in de Schotse wateren. Binnen tien jaar tijd kwam de exploratie met behulp van boorplatforms op gang en in de halve eeuw die daarop volgde is de werkgelegenheid in deze sector gestegen naar zo’n honderdduizend arbeidsplaatsen. Met een jaarlijkse bijdrage aan de Schotse economie van veertien miljard pond vormt deze offshore oliewinning een welkome compensatie voor de neergang die de zware industrie en visserij in diezelfde periode doormaakte.

Schotland is uitgegroeid tot de grootste aardolieproducent van Europa en nummer twee op het gebied van aardgas (na Noorwegen). Lege velden zullen in de nabije toekomst worden ingezet voor de opslag van kooldioxide om op die manier de opwarming van het klimaat als gevolg van het versnelde broeikaseffect terug te dringen. Bovendien worden vanuit havens als Aberdeen de offshore-werkschepen sinds kort ook ingezet om windparken op zee aan te leggen teneinde in de verre toekomst geheel over te kunnen schakelen van fossiele- naar groene energie: de energietransitie.
Schaliegas
Zoals gezegd moest de winning van schalieolie het afleggen tegen de exploratie van aardolievelden door middel van boring. Slechts weinig landen maken gebruik van schalieolie omdat het daarvoor noodzakelijke distillatieproces energie-intensief, en het eindproductie daarmee relatief duur is. Afgezet tegen de conventionele aardolieproductie bedraagt die van schalieolie nog geen promille. Geheel anders ligt dat met schaliegas, dat de afgelopen decennia sterk in opkomst is gekomen, vooral in de Verenigde Staten. In tegenstelling tot aardgas moet dit weliswaar gestimuleerd worden om vrij te komen uit de bodem door hier een mengsel van water, zand en chemicaliën in te pompen, het zogenaamde ‘fracken’.

De bovengrondse bewerking is daarentegen relatief eenvoudig waardoor exploratie concurrerend is. Inmiddels maakt schaliegas bijna een derde deel uit van de totale gaswinning in de Verenigde Staten en zijn het sinds de oorlog in Oekraïne vooral Europese landen die dit afnemen door het in vloeibare vorm met tankers te laten aanvoeren. Veel plannen om schaliegas in Europa te winnen zijn niet verder gekomen dan de tekentafel, vanwege de bodem- en watervervuiling die het proces onmiskenbaar met zich meebrengt. Het getuigt uiteraard van opportunisme om die vervuiling dan maar elders te laten plaatsvinden, maar daarvoor betalen we dan wel energieprijzen die gemiddeld drie maal hoger liggen dan in de VS.
Bronnen ▼