Chester Nez, de laatste nog levende Navajo-indiaan die de Amerikanen tijdens de Tweede Wereldoorlog hielp om een geheime code te maken, is op 93-jarige leeftijd overleden.
Tijdens de oorlog wilden de Amerikanen graag berichten versturen die niet door de vijand begrepen werden. Hiervoor werd onder meer samengewerkt met Navajo-indianen. Zij ontwikkelden in hun eigen taal (die bekend staat als een van de moeilijkste talen ter wereld) een geheime code.
Voor de vijand was het heel lastig om die codetaal te ontcijferen. Omdat de Navajo-taal bij maar weinig mensen bekend was en bovendien zeer moeilijk, maar ook omdat de taal nog nooit op schrift was gezet. Speciaal voor de code maakten de Navajo-indiaan zelf een alfabet. In totaal hebben ongeveer vierhonderd Navajo-indianen meegewerkt aan het project.
Nooit gekraakt
De codetaal werd met name in Grote Oceaan ingezet. Voor zover bekend is hij nooit gekraakt door de Japanners. Volgens het Amerikaanse leger redde het werk van de codesprekers het leven van duizenden militairen.
Chester Nez was de laatst levende Code Talker. Na de Tweede Wereldoorlog diende hij ook nog in de Koreaanse oorlog. Het werk van de Code Talkers werd onder meer bekend door de film Windtalkers uit 2002.
