De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) is van plan om de walburg die enkele jaren geleden bij Nijkerk werd ontdekt, aan te wijzen als archeologisch rijksmonument.
Een wandelaar ontdekte in 2006 bij toeval een vreemde wal in landschap in het buurtschap Appel, gemeente Nijkerk. Een jaar later deed de RCE onderzoek en bleek dat er een belangrijke archeologische ontdekking uit de vroege elfde eeuw was gedaan.
De rijksdienst trof in het gebied een middeleeuwse versterking bestaande uit wallen, grachten en resten van houten gebouwen en andere bewoningssporen aan. Verder werd vastgesteld dat in het gebied vroeger op grote schaal moerasijzererts werd gewonnen en dat binnen de omwalling een smid en bronsgieter moeten hebben gewerkt. De resten dateren uit de periode 1000 tot 1600 en het archeologisch gebied heeft afmeting van honderd bij vijfenzestig meter. De RCE:
“Het is bijzonder om in Nederland nog zo’n groot archeologisch complex te vinden. We hebben daarom het voornemen om de walburg aan te wijzen als archeologisch rijksmonument.”
De bij Nijkerk gevonden walburg is volgens de rijksdienst in verband te brengen met de Hamalandse graven die rond het jaar duizend de scepter zwaaiden in het gebied:
“Deze machtige familie is vernoemd naar hun territorium Hamaland, dat de Veluwe, Achterhoek, en onder andere de IJsselstreek omvatte. Ze behoorde tot de toenmalige maatschappelijke elite van het Lotharingse en later Duitse Rijk. Deze graven waren in eerste instantie koninklijke ambtenaren, maar deze functies werden op termijn van vader op zoon overerfbaar.”
De graven werden, door een slimme huwelijkspolitiek en het vergaren van posten als prefect of bisschop, steeds machtiger. Een hof te Appel (bij het huidige Nijkerk) was in de tiende eeuw in het bezit van ene Wichman van Hamaland. Toen diens enige zoon in het jaar 970 overleed schonk hij een groot deel van zijn bezittingen aan een klooster in het Duitse Elten waar zijn dochter, Liutgard, abdis was. Ook een hof te Appel werd overgedragen. Dit tot onvrede van zijn andere dochter, Adela, die hierna de strijd aanbond tegen Liutgard. Deze strijd is uitvoerig beschreven door de Benedictijnse kroniekschrijver Alpertus van Metz. In het gebied waar de oude walburg gevonden is, heeft de tijd volgens de RCE stilgestaan:
“Ruilverkavelingen en andere grote veranderingen in het cultuurlandschap zijn aan dit gebied voorbij gegaan.”
De rijksdienst heeft het onderzoeksrapport van de opgraving woensdag aangeboden aan wethouder René Windhouwer van de gemeente Nijkerk.
Overzicht van Boeken over archeologie en archeologische opgravingen