De Olympische Spelen van 1928 in Amsterdam

Amsterdam 1928 – Jurryt van de Vooren
3 minuten leestijd
Ceremonie voor de opening van de Olympische Spelen van 1928 (Le Miroir des sports)
Ceremonie voor de opening van de Olympische Spelen van 1928 (Le Miroir des sports)

In 1928 organiseerde Nederland de Olympische Spelen. Het is nog altijd het grootste sportevenement dat ons land ooit heeft georganiseerd. Sporthistoricus Jurryt van de Vooren deed meer dan tien jaar lang onderzoek naar de Olympische Spelen van 1928. Bij uitgeverij Balans verscheen recent zijn boek: Amsterdam 1928 – Het onbekende verhaal van de Nederlandse Olympische Spelen

Poster voor de Olympische Spelen van 1928 in Amsterdam
Poster voor de Olympische Spelen van 1928 in Amsterdam
Dat juist Jurryt van de Vooren een boek schreef over de Nederlandse Olympische Spelen is logisch. Hij werkte in het verleden onder meer als persvoorlichter voor het Olympisch Stadion en in het inmiddels helaas verdwenen sportmuseum Olympic Experience, waarin de geschiedenis van 1928 centraal stond. Van de Vooren is in het dagelijks leven onder meer medebeheerder van sportgeschiedenis.nl, een online platform voor sporthistorie.

Van de Vooren’s leesbare en prettig opgemaakte boek bevat 28 geïllustreerde hoofdstukken waarin steeds een ander facet van de Spelen van 1928 wordt behandeld. Natuurlijk wordt stilgestaan bij de olympische vlam die in Amsterdam voor het eerst te zien was, maar ook minder bekende gebeurtenissen passeren de revue. Wist u bijvoorbeeld dat een koppige koningin Wilhelmina de openingsceremonie boycotte en dat de Spelen van 1928 bijna verstoord werden door een vliegramp? Of dat de bekende schilder Isaac Israëls in Amsterdam ook een gouden medaille won? En dat het parkeerbord tijdens de Spelen in Amsterdam voor het eerst werd gebruikt?

In deze bespreking lichten we twee aardige onderwerpen uit het boek uit.

“Een heidensch festijn”

In 1921 wees het Internationaal Olympisch Comité (IOC) de Olympische Spelen van 1928 toe aan Amsterdam. Niet heel het land stond op de banken. Toen de Tweede Kamer, pas vier jaar later, debatteerde over de vraag hoeveel geld er door de overheid in het evenement gestoken moest worden, bleken veel christelijke politici grote moeite te hebben met deelname van vrouwen aan de Spelen. Ook het feit dat het evenement op zondag gewoon doorging schoot veel gelovigen in het verkeerde keelgat. SGP-voorman Gerrit Hendrik Kersten wees er in een betoog op dat het evenement in strijd was met de religieuze zeden en dat de oude Grieken er ooit mee begonnen als eerbetoon aan Zeus. Kersten:

“De Olympische Spelen zijn in oorsprong en wezen heidensch. In niet één gereformeerd bestuurd land zijn ze ooit gehouden.”

Olympisch Stadion Amsterdam (wiki)
Olympisch Stadion Amsterdam (wiki)

Het kabinetsvoorstel om over de periode 1924-1928 jaarlijks tweehonderdvijftigduizend gulden subsidie te verstrekken aan het Nederlands Olympisch Comité (NOC) haalde het vanwege de theologische bezwaren niet. Maar toen gebeurde er iets bijzonders. Van de Vooren:

“Even leek het alsof de Spelen van 1928 moesten worden teruggegeven aan het IOC, maar gelukkig realiseerde het NOC zich op tijd dat het uit handen van de SGP een godsgeschenk had gekregen. Het NOC kwam in actie, en dat bleek ideaal om steun onder de bevolking voor de Olympische Spelen te krijgen, om toch mogelijk te maken wat de Tweede Kamer probeerde te voorkomen.”

Ontsteking van de Olympische vlam door een medewerker van het gasbedrijf (wiki)
Ontsteking van de Olympische vlam door een medewerker van het gasbedrijf (wiki)
De nationale inzamelingsactie was zeer succesvol. Binnen twee weken werd anderhalf miljoen aan gelden en garanties opgehaald, meer dan voldoende voor de organisatie van de Spelen. Van dit geld kon onder meer het Olympisch Stadion worden gebouwd. Hoewel de Tweede Kamer subsidie blokkeerde, werd de inzamelingsactie gesteund door veel bewindslieden. Opvallend, stelt Van de Vooren:

“De ministers van Buitenlandse Zaken en Onderwijs riepen op op mee te doen aan de inzamelingsactie en namen zo openlijk afstand van de Kamerleden. Nog opmerkelijker was dat de voorzitter van de Tweede Kamer in het nationale erecomité plaatsnam. Het is per slot van rekening hoogst uitzonderlijk dat een parlementsvoorzitter in opstand komt tegen een besluit van zijn eigen instituut, dat genomen werd onder zijn eigen voorzitterschap.”

De hockeywedstrijd Nederland-Frankrijk (5-0) in het Olympisch Stadion (Geheugen van Nederland - wiki)
De hockeywedstrijd Nederland-Frankrijk (5-0) in het Olympisch Stadion (Geheugen van Nederland – wiki)

Doorbraak van het hockey

Voor Nederland is hockey al jaren een belangrijk en succesvol onderdeel van de Olympische Spelen. Vrij onbekend is dat Nederland voor 1928 internationaal niet meedeed. Letterlijk. Dat had alles te maken met het feit dat Nederland eigen regels had ingevoerd. Anders dan internationaal gebruikelijk speelde men in Nederland bijvoorbeeld niet met een witte bal, maar met een zachte, oranje variant. Deze stond bekend als de ‘sinaasappel’ of ‘scheurleer-bal’. Verder kenden Nederlandse hockeyers geen slagcirkel en werd er, net zoals bij het korfbal, gespeelde met gemengde teams met mannen en vrouwen. De hockeystick was daarnaast ook anders dan buiten de landsgrenzen. De Nederlandse had twee platte kanten.

Vanwege deze eigen regels was het Nederlandse hockey in een internationaal isolement beland. Niet deelnemen aan de Olympische Spelen in eigen land was echter geen optie. Vanaf 1925 werd daarom geëxperimenteerd met de internationale regels, die kort daarna werden omarmd door het Bondsbestuur. Zo kon Nederland toch deelnemen aan de Spelen.

Amsterdam 1928 - Jurryt van de Vooren
Amsterdam 1928 – Jurryt van de Vooren
Op 17 mei 1928 speelden de hockeyers hun eerste wedstrijd tegen Frankrijk. Het duel werd met 5-0 gewonnen. Het was tevens de officiële ingebruikname van het Olympisch Stadion. Jurryt van de Vooren:

“Het bleek de doorbraak voor deze sport in ons land. De eerste wedstrijd tegen Frankrijk trok nog maar vierduizend toeschouwers, maar negen dagen later speelde Nederland tegen Brits-Indië de finale voor bijna veertigduizend toeschouwers. De aanmoedigingen waren kilometers ver te horen, met ‘een oorverdovend geloei en gebrul’ en lawaai ‘dat hooren en zien deed vergaan’.”

De finale – nog altijd de best bezochte hockeywedstrijd ooit in Nederland – werd overigens met 2-0 verloren van het destijds ongenaakbare Brits-Indië. Maar dat mocht de pret dus niet drukken. Na 1928 zat hockey in Nederland definitief in de lift.

Boek: Amsterdam 1928 – Het onbekende verhaal van de Nederlandse Olympische Spelen
Lees ook: Olympisch Vuur werd bedacht door Nederlandse architect
…en: De strijd om het Olympisch Stadion

0
Reageren?x
×