Dark
Light

Schedelfragment oudste Nederlander uit IJstijd gevonden

Unieke ijstijd-ontdekkingen uit prehistorisch Noordzeelandschap
3 minuten leestijd
Close-up van het versierde bizonbot (RMO)
Close-up van het versierde bizonbot (RMO)

Een fragment van een menselijke schedel uit de collectie van het Rijksmuseum van Oudheden en een versierd bot van een bizon blijken uiterst zeldzame vondsten uit het einde van de laatste IJstijd. Ze zijn 13.000 jaar oud en zijn daarmee de vroegste moderne mens van Nederland en de oudste kunst afkomstig uit de Noordzee.

Dat concluderen Nederlandse archeologen na bestudering van beide vondsten die zijn opgediept uit de Noordzee. Die was in de IJstijd een laagvlakte in plaats van een zee. De ontdekking levert belangrijke aanwijzingen op over de kolonisatie en bewoning van dit uitgestrekte verdronken landschap en de vroege culturele uitingen van de laatste jagers van de IJstijd.

Volwassen persoon

Het schedelfragment (RMO)
Het schedelfragment (RMO)
De ‘oudste mens van Nederland’ is een fragment van een linker wandbeen van een schedel van zo’n 13.000 jaar oud. Het is de oudste vondst van een moderne mens uit de Noordzee. In 2013 is het door een vissersboot opgediept voor de Nederlandse kust, ten zuiden van de Eurogeul.

Uit fysisch-antropologisch onderzoek blijkt dat het gaat om een volwassen persoon, die in zijn of haar jeugd mogelijk last had van een aandoening als bloedarmoede. Dat mensen in de IJstijd veelal jagers waren, wordt bevestigd door onderzoek van de chemische samenstelling van het bot. Die toont aan dat vlees een belangrijk onderdeel van het dieet vormde. Het stuk schedel werd in 2013 door North Sea Fossils geschonken aan het Rijksmuseum van Oudheden.

Versierd bizonbot

Het versierde bizonbot blijkt iets ouder dan het schedelfragment: 13.500 jaar. In 2005 werd het opgevist uit de Noordzee, ten zuiden van de Bruine Bank. Via een privéverzameling kwam het in bruikleen van het Rijksmuseum van Oudheden. Het gaat om een stuk van een middenvoetsbeen met een opvallende geometrische zigzag-versiering, in een vijftal vlakken. Dit is volgens het museum het vroegst bewaarde en gedateerde voorbeeld van kunst dat uit onze streken bekend is.

De functie is niet te achterhalen, mogelijk was het een handvat van een werktuig, of een ritueel voorwerp. Er zijn drie vondsten met vergelijkbare versiering bekend. Die zijn op grote afstand van elkaar gevonden, in Wales (UK), Frankrijk en Polen. Die afstand zegt iets over de mobiliteit en de uitgebreide netwerken van de late IJstijdmens.

Versierd bizonbot (RMO)
Versierd bizonbot (RMO)

De geometrische en abstracte stijl verschilt van de oudere naturalistische, figuratieve voorstellingen die onder andere bekend zijn uit de Franse grotten. Deze stijlovergang weerspiegelt mogelijk belangrijke veranderingen in mobiliteit en sociale organisatie.

Cruciale periode in de geschiedenis van Nederland

Aan het eind van de laatste IJstijd, zo’n 13.000 jaar geleden, stond de zeespiegel zo’n 60-80 meter lager dan vandaag en lag de Noordzee droog. In het uitgestrekte landschap joeg de vroege moderne mens op rondtrekkende edelherten, elanden en bizons. De resten van die mensen, dieren en artefacten komen soms in vissersnetten terecht of worden op het land gespoten bij onder meer kustversterkingen.

Close-up van het versierde bizonbot (RMO)
Close-up van het versierde bizonbot (RMO)

De twee Leidse Noordzeevondsten staan niet direct in verband met elkaar, maar zijn beide zeldzame overblijfselen uit een cruciale periode in de geschiedenis van Nederland. Het einde van de laatste IJstijd is het moment waarop de noordelijke delen van Europa vanuit het zuiden door de moderne mens in gebruik werden genomen. Deze kolonisatie gebeurde op een moment van grote klimaats- en omgevingsveranderingen en duidt op de vindingrijkheid van onze voorouders deze het hoofd te bieden. Het Rijksmuseum van Oudheden:

“De vondsten uit de Noordzee laten zien dat de bodem daar ongekend rijk is aan vondsten en vindplaatsen. Het is een enorm onontdekt en goed bewaard prehistorisch landschap. Nader onderzoek en bescherming van de Noordzeebodem is van groot wetenschappelijk belang voor de Nederlandse en internationale archeologie en paleontologie.”

Het onderzoek van beide vondsten is verricht door een team archeologen van het Rijksmuseum van Oudheden, de Faculteit Archeologie van de Universiteit Leiden, de Werkgroep Steentijd Noordzee en Stichting Stone. De C-14 dateringen zijn verricht door de Universiteit Groningen. Het onderzoek naar de beide vondsten is vandaag gepubliceerd in wetenschappelijk archeologisch tijdschrift ‘Antiquity’.

Ook interessant: Waar begint de Nederlandse geschiedenis?
Boek: Onze vroegste voorouders

×