Religie. De geschiedenis van godsdienst. Berichten over onder meer het christendom, jodendom, islam, de reformatie, kerkgebouwen en religieuze kunstwerken.
In 1371 gaf de Franse koning Karel V aan Raoul de Presles de opdracht om De civitate Dei (‘De stad Gods’) van de kerkvader Augustinus in het Frans te vertalen. De koning vond dat dit werk, dat fundamenteel was voor de verhouding tussen kerk en staat in de Middeleeuwen, ook toegankelijk moest zijn voor de leden van zijn hof die
Middeleeuwse pausen muntten uit in overspel, simonie, Jodenhaat en, niet in het minst, het vernietigen van cultureel erfgoed, waaronder verscheidene islamitische, antieke en inheemse bibliotheken.
‘Van de katharen is veel bekend’, zo opent Karel Wellinghoff zijn boek De roep van de katharen, ‘maar toch blijven zij, ondanks de hoeveelheid aan historische en speculatieve informatie, in nevelen gehuld.’ (9) Aan de hand van vijf katharenlevens brengt Wellinghoff feit en fictie rond deze religieuze sekte in kaart. De auteur gaat daarbij in op de geschiedenis, de missie
“Het christendom kon pas zegevieren doordat het heidense gewoonten en opvattingen aannam, het communisme prijsgaf (vrijwillige bijdragen voor de diaconie kwamen ervoor in de plaats), de slavernij liet voortbestaan en hierdoor z’n oorspronkelijke karakter verloochende. De christelijke gemeente of gemeenschap van gelovigen, die de kerk vormde, werd al in de eerste drie eeuwen gedomineerd door al dan niet celibatair levende