Bij het Rijksmuseum in Amsterdam is vanaf vandaag een serie prenten te zien over het ontstaan van Zwarte Piet vanaf het midden van de negentiende eeuw.
Met de presentatie ‘De geboorte van Zwarte Piet’ toont het Rijksmuseum naar eigen zeggen dat de beeldcanon van ‘Sinterklaas en Zwarte Piet’ door de eeuwen heen aan vele veranderingen onderhevig was, vanaf het moment dat Sint Nicolaas voor het eerst in z’n eentje Nederland aandeed. Het museum:
“Pas vanaf de eerste helft van de negentiende eeuw kreeg de Goedheiligman, in het boekje ‘Sint Nikolaas en zijn knecht’, een helper naast zich. De auteur van dit immens populaire werkje, het Amsterdamse schoolhoofd Jan Schenkman, veroorzaakte daarmee een radicale wijziging in het leven van de Sint. Vóór 1850 moest Sinterklaas alles alleen doen, van cadeaus uitdelen tot kinderen in de zak stoppen. Maar daarna kreeg de grote kindervriend een helper, eerst alleen aangeduid met ‘zijn knecht’, pas later met ‘Zwarte Piet’.”
De negentiende-eeuwse Zwarte Piet had soms een lichte, soms een getinte en soms een donkere huidskleur.
“De ene keer was hij vriendelijk, maar zo nu en dan boosaardig en zelfs agressief, karaktertrekken die soms óók aan Sint werden meegegeven. Sint leek bovendien aan het begin van de negentiende eeuw meer op een kruisridder, rijdend op een ezel of zwevend op een gevleugeld paard, die kinderen een flink pak rammel kon geven.”
De presentatie De Geboorte van Zwarte Piet – 19de eeuwse prenten uit eigen collectie is te zien van 12 november 2014 tot en met 6 januari 2015.