Wie ‘spijkers op laag water zoekt’ is een beetje aan het zeuren. Hij of zij maakt opmerkingen over kleine en onbeduidende zaken en doet het voorkomen alsof die heel belangrijk zijn. Wat is de herkomst van deze uitdrukking?
Antwoord geven op die vraag is nog niet eenvoudig. Er zijn namelijk verschillende theorieën. De bekendste verwijst naar de scheepsbouw. De bekende taalkundige F.A. Stoett meldt in zijn spreekwoordenboek uit 1925 dat het personeel op scheepstimmerwerven er soms op uitgestuurd werd om de spijkertjes te zoeken die tijdens het timmeren in het water gevallen waren. Spijkers waren in die tijd namelijk waardevol, maar het vinden was kennelijk niet altijd eenvoudig waardoor de uitdrukking ‘spijkers op laag water zoeken’ een algemene betekenis kreeg van het zoeken ‘naar kleinigheden die bijna niet te vinden zijn’.
Er is echter nog een verklaring voor de herkomst van de uitdrukking, eveneens afkomstig uit de scheepsbouw. Sommige reparaties konden beter met schroeven dan met spijkers uitgevoerd worden. Dit omdat de laatste onder spanning makkelijker kunnen loslaten of wijken. Taalgenootschap OnzeTaal:
“Als een schipper na de reparatie van zijn schip wilde controleren of de reparatie met schroeven was verricht, en niet met spijkers, liet hij het schip droogvallen om dat te kunnen bekijken. Spijkers op laag water zoeken zou dan teruggaan op deze controle: zoeken naar het minieme verschil tussen een spijker- en een schroefkop.”
Lijst van historische uitdrukkingen en gezegden
Overzicht van boeken over de (Nederlandse) taalgeschiedenis