Het begrip suzereiniteit is een term uit de politieke geschiedenis. Wat betekent dit woord? En waar komt dit begrip vandaan?
Betekenis en voorbeelden van suzereiniteit
Suzereiniteit heeft volgens het Algemeen Nederlandse Woordenboek (Ensie) twee betekenissen. In de eerste plaats betekent suzereiniteit…
…leenheerschappij
In de Middeleeuwen was binnen het feodalisme sprake van leenheerschappij (niet te verwarren met alleenheerschappij) ofwel suzereiniteit, omdat een leenman een gelofte van trouw en dienst aan zijn leenheer moest doen en zo onder het gezag (de heerschappij) van die leenheer kwam te staan. Leenheerschappij duidt dus een gezagsverhouding aan binnen het feodale stelsel ofwel het leenstelsel.
Vazalstaat
Naast de betekenis van leenheerschappij, kan suzereiniteit ook het volgende betekenen:
…protectoraatheerschappij
Van protectoraatheerschappij, ook wel een vazalstaat genoemd, is sprake wanneer een sterkere vorst of staat macht heeft over een minder dominante of zwakke vorst of staat. Vaak gebeurt dit onder toelating van een gedeeltelijk, plaatselijk zelfbestuur. Deze vorm van machtsuitoefening onder het etiket van bescherming kwam in het middeleeuwse leenstelsel ook voor, maar zien we ook als verschijnsel optreden in de tijd van het verlicht absolutisme (18e eeuw) en bij het Europese kolonialisme en imperialisme in het Midden-Oosten (17e eeuw tot 20e eeuw).
Suzereiniteit wordt ten slotte ook gebruikt als een analogie van de term soevereiniteit. De ‘suzerein’ deelt als soeverein bestuurder dan de lakens uit in een bepaald gebied of protectoraat. Dit kwam onder meer voor in het grote Ottomaanse Rijk.
Herkomst van de term
Het begrip suzereiniteit is voor het eerst in de bronnen traceerbaar in 1470. Het betekende toen ‘hoge vorst’ of ‘hoge heerser’, meer niet. De term is een samenstelling van het Franse woord ‘sus’ (boven, erboven) en het Latijnse begrip ‘regnum’: gezag, heerschappij, macht. De introductie van het begrip was een reactie op een ander taalbegrip, namelijk het absolutisme. De term absolutisme was in 1576 geïntroduceerd door de Franse filosoof Jean Bodin in Les six livres de la république. Absolutisme was bij hem een bestuursvorm waarbij een vorst letterlijk ‘losgemaakt’ (absolutisme is afgeleid van het Latijn absolvere: losmaken) was van alle wetten en regels.
In reactie hierop werd het begrip suzereiniteit gebruikt om een ‘stapeling van macht’ aan te duiden. Anders dan bij soevereiniteit zijn er bij suzereiniteit feitelijk meerdere gezagsdragers in een gebied, maar die hebben niet evenveel macht. Suzereiniteit is dan ook, anders dan absolutisme, een gedeelde en gedelegeerde staatsmacht.
Bronnen â–¼
Internet
-https://www.ensie.nl/anw/suzereiniteit
-https://nl.wikipedia.org/wiki/Suzereiniteit
-https://www.ensie.nl/oosthoek/suzereiniteit
-https://www.merriam-webster.com/dictionary/suzerain
-https://theodora.com/encyclopedia/s2/suzerainty.html