Alleen bij heel bijzondere gebeurtenissen, zoals op Prinsjesdag, wordt de Ridderzaal in Den Haag gebruikt. Dan leest de koning (of koningin) de troonrede voor, zittend op een opvallende troon naar vijftiende-eeuws model.
Koningin Wilhelmina las in 1904 voor het eerst de troonrede voor in de net gerestaureerde Ridderzaal in Den Haag. Deze indrukwekkende zaal, met de drie meter hoge eikenhouten troon als blikvanger, ademt de sfeer uit van laatmiddeleeuwse kastelen.
Architect Cuypers, bekend van het Rijksmuseum in Amsterdam, ontwierp de nieuwe troon. Het werd een hoge zetel van donker eikenhout met hier en daar wat goud. Later kreeg de troon een roodfluwelen baldakijn (dakje) en in 1905 nieuwe bekleding: rode velourszijde met bloemmotieven en het rijkswapen in gouddraad. Het ontwerp van de troon was gebaseerd op de zetel van de vijftiende-eeuwse Filips de Goede. Hij was graaf van Holland en – net als Cuypers – katholiek. Ons protestantse koningshuis heeft dus een ‘katholieke’ troon.
Overzicht van Boeken over (leden van) het Nederlands koningshuis