Archeoloog Diederick Habermehl heeft onderzoek gedaan naar de invloed van villa’s in de noordelijke provincies van het Romeinse rijk. Volgens de archeoloog is er lange tijd te simplistisch gekeken naar deze Romeinse villa’s.
De Romeinse villa’s behoren tot de meest zichtbare en bekendste overblijfselen van het Romeinse rijk. Habermehl hoopt eind september aan de Vrije Universiteit Amsterdam te promoveren op zijn onderzoek naar de villa’s. De VU naar aanleiding van het onderzoek:
“Om de villa beter te kunnen begrijpen onderzocht Habermehl de veranderingsprocessen in de dagelijkse leefomgeving van de oorspronkelijke lokale landelijke bevolking: hun nederzettingen en huizen. Hij ontdekte dat villaontwikkeling een actieve strategie was om oude patronen te doorbreken en in de sterk veranderende wereld een nieuwe plek te creëren, nieuwe relaties aan te gaan en nieuwe identiteiten aan te nemen.”
In de eeuwen rond het begin van onze jaartelling veranderde er veel voor de oorspronkelijke bevolking van de noordelijke Romeinse provincies. De gebieden ten zuiden en westen van de Rijn werden in deze periode geïntegreerd in het Romeinse rijk. Veel nederzettingen werden in de eerste eeuw na Christus gereorganiseerd. De ruimte werd omheind, gestructureerd en daarmee ook vaak gehiërarchiseerd. De VU:
“Habermehl ontdekte dat sommige leden van de lokale bevolking snel braken met bestaande tradities in de huizenbouw. Over de periode van één generatie werden sommige huizen opeens met nieuwe materialen en technieken gebouwd en introduceerde men nieuwe architectonische concepten, waaronder de façade, vaak in de vorm van een zuilengalerij met hoektorens. Deze meerkamerige huizen met hun stenen funderingen waren duurzame en zichtbare bakens, monumenten, zowel binnen de nederzetting als in het bredere landschap.”
Bezoek voor meer informatie over Habermehls proefschrift de website van de Universiteitsbibliotheek van de VU.
Boek: Villa Development in the Northern Provinces of the Roman Empire