Het volkslied van Oekraïne is het Sjtsje ne vmerla Oekrajiny wat zoveel betekent als “Oekraïne is nog niet vergaan”. De tekst van dit lied werd in 1862 geschreven door een dichter uit Kiev: Pavlo Tsjoebynsky. De Grieks-Katholieke priester en koordirigent Mychajlo Verbytsky zette de tekst een jaar later op muziek.
In 1864 werd het lied voor het eerst opgevoerd in een theater in Lviv. Het lied werd in de jaren hierna zeer populair. In 1917 werd het in de nasleep van de Februarirevolutie aangenomen als volkslied van de toenmalige Oekraïense Volksrepubliek. In deze periode werden zo nu en dan echter ook nog andere liederen als nationaal volkslied gebruikt. Toen Oekraïne onderdeel ging uitmaken van de Oekraïense Socialistische Sovjetrepubliek, werd het oude volkslied verboden.
In 1992, enkele maanden nadat het Oekraïense parlement de onafhankelijkheid had uitgeroepen, werd Sjtsje ne vmerla Oekrajiny weer uitgeroepen tot het officiële volkslied. De tekst werd pas in 2003 officieel vastgelegd. De eerste strofe van het gedicht van Tsjoebynsky werd hiervoor licht aangepast.
Tekst van het volkslied van Oekraïne
In het Oekraïens | Transcriptie |
---|---|
Ще не вмерла України і слава, і воля, Ще нам, браття молодії, усміхнеться доля. Згинуть наші воріженьки, як роса на сонці, Запануєм і ми, браття, у своїй сторонці. Refrein (2x): Душу й тіло ми положим за нашу свободу. І покажем, що ми, браття, козацького роду. | Sjtsje ne vmerla Oekrajiny i slava, i volja, Sjtsje nam, brattja molodiji, oesmichnetsja dolja. Zhynoet nasji vorozjenky, jak rosa na sontsi, Zapanoejem i my, brattja, oe svojij storontsi. Refrein (2x): Doesjoe j tilo my polozjym za nasjoe svobodoe. I pokazjem, sjtsjo my, brattja, kozatskoho rodoe. |
Nederlandse vertaling
Nog is Oekraïnes glorie niet vergaan, noch zijn vrijheid,
Nog zal het lot ons, jonge broeders, toelachen.
Verdwijnen zullen onze vijanden als dauw in de zon,
en ook wij, broeders, zullen heersen in ons eigen land.
Refrein (2x):
Onze ziel en ons lichaam zullen wij geven voor onze vrijheid.
En wij zullen tonen dat wij, broeders, van het geslacht der Kozakken zijn.