De vrijmetselarij is een internationale vrijdenkersbeweging die in het begin van de achttiende eeuw in Engeland is ontstaan. Volgens schattingen zijn wereldwijd vijf à zes miljoen mensen bij de vrijmetselarij aangesloten. Wat doen vrijmetselaars precies en hoe heeft de vrijmetselarij zich – in hoofdlijnen – ontwikkeld. Een korte geschiedenis met achtergronden van de vrijmetselarij.
Het begrip ‘vrijmetselarij’, doel en activiteiten
De vrijmetselarij wordt ook wel maçonnerie genoemd. En in Engeland worden vrijmetselaars freemasons genoemd. Het begrip ‘vrijmetselarij’ is afkomstig uit het Frans, waar men sprak van frère-maçons, letterlijk: broeder-bouwers. In het Engels werd frère-maçons verbasterd tot freemasonry. Letterlijk: vrije bouwerij, in het Nederlands werd het ‘vrijmetselarij’.
De Franse term ‘broeder-bouwers’ doet het meeste recht aan de doelstellingen van de vrijmetselaars. Doel is het streven naar geestelijke en morele verheffing, onderlinge waardering en wederzijdse hulp. De leden denken vrij na over allerlei onderwerpen (zoals religie of filosofie), spreken elkaar aan als broeders en/of zusters en komen regionaal bijeen in zogeheten vrijmetselaarsloges. Iedereen heeft recht op een vrije meningsuiting en anderen dogma’s opleggen is dan ook not done. Vrijmetselaars werken voor en aan zichzelf, maar streven daarnaast ook naar een lotsverbetering voor alle mensen en hebben in die zin een humanitair karakter. Verder onderzoeken ze het mysterie van het leven en denken ze ongedwongen na over het bestaan van een hogere macht (‘de Oppermeester des Heelals’). Een vrijmetselaarsloge in Nederland, de zogeheten Grootoosten der Nederlanden (ontstaan in 1796), omschrijft ‘de vrijmetselaar’ als volgt:
De vrijmetselaar erkent…
- De hoge waarde van de menselijke persoonlijkheid;
- De gelijkwaardigheid van alle mensen;
- Ieders recht om zelfstandig te zoeken naar waarheid en
- ieders verantwoordelijkheid voor zijn doen en laten.
In de uitgangspunten van de vrijmetselarij zijn de drie kernwaarden van de Verlichting duidelijk herkenbaar: vrijheid (geen dogma’s, vrijdenken), gelijkheid (mensen zijn niet gelijk, maar wel gelijkwaardig) en broederschap (elkaar helpen en streven naar compromissen in plaats van scheiding). Het is dan ook niet toevallig dat de vrijmetselarij vooral in de achttiende eeuw, de eeuw van de Verlichting, sterk groeide.
Wat doen vrijmetselaars in de praktijk? Vrijmetselaars komen bijeen in een loge. De loge is materieel gezien de afgesloten ruimte waar men vergadert en de vrijmetselarij beoefent. De loge wordt soms ook wel aangeduid als ‘werkplaats’ of Bauhütte. Symbolisch kan een loge ook duiden op de gemeenschap van vrijmetselaars of, technisch gezien, op de organisatiestructuur van de vrijmetselarij.
Binnen een vrijmetselaarsloge zijn er minstens drie graden: de leerling, de gezel en de meester. De vergaderingen van de vrijmetselaars zijn besloten en vinden plaats onder geheimhouding. Iemand houdt een lezing cq. voordracht, waarna een voorbije gedachtewisseling volgt. Er kan ook sprake zijn van meerdere rituelen en ceremonies, terwijl de vrijmetselaars doorgaans ook bijzondere kleding dragen, zoals mouwlinten, kraaglinten, ambtspakken of juwelen (afhankelijk van hun functie).
Omdat vrijmetselaars uitgaan van de gelijkwaardigheid van ieder mens, bestaan loges vaak uit een mix aan maatschappelijke en sociale achtergronden. Maar vooral filosofen, leraren, academici, kunstenaars en beoefenaars van vrije beroepen zijn oververtegenwoordigd. Toch bestaan er ook, conform de gilden in de Middeleeuwen en de rederijkerskamers in de vroegmoderne tijd, vrijmetselaarsloges van mensen met hetzelfde beroepen, zoals militaire loges.
De geschiedenis van de broederschap: internationaal en nationaal
Al in de Middeleeuwen bestonden er vrijmetselaars. Het oudst bekende document dat refereert aan vrijdenkers, is de zogenoemde Regius Poem (ook wel Halliwell Manuscript), uit ongeveer het jaar 1390. Dit is een kopie van een eerder werk, dus vrijmetselaars bestonden al vóór 1390. Men neemt vrij algemeen aan dat de eerste loges in Engeland ontstonden in de Middeleeuwen, in de bouwwereld.
De eerste vrijmetselaarsloge werd op 24 juni 1717 opgericht in Londen in Engeland. Toen ontstond de Grand Lodge of London, waarbinnen vier losse loges zich organiseerden. Hierna verspreidde de vrijmetselarij zich verder over de wereld. Eerst over het Britse Rijk, onder meer Engeland, Wales, Schotland, maar ook in de Verenigde Staten en Britse kolonies. Ook kwam de vrijmetselarij op het vasteland van Europa terecht, beginnend in Frankrijk.
Vrijmetselarij in Nederland
De eerste sporen van vrijmetselaars in Nederland vinden we rond 1730. De eerste vrijmetselaarsloge in Nederland werd op 19 november 1734 opgericht in Den Haag, onder de naam “Loge du Grand-Maître des Provinces Unies et du ressort de la Généralité” opgericht. In 1756 kwamen verschillende loges bij elkaar in Den Haag voor de oprichting van de ‘Groote Loge der Zeven Vereenigde Nederlanden’. In 1817 werd die naam veranderd in ‘Orde van Vrijmetselaren onder het Grootoosten der Nederlanden’. De vrijmetselarij in Nederland geldt als de oudste Nederlandse vereniging met rechtspersoonlijkheid. Al in de jaren 1770 verbreidde de vrijmetselarij zich al behoorlijk in de kolonie Nederlands-Indië.
Momenteel, in 2017, telt de broederschap in Nederland ongeveer 5.500 leden en zijn er 150 loges. Oorspronkelijk was de vrijmetselarij uitsluitend toegankelijk voor mannen. Tegenwoordig bestaan er echter ook enkele gemengde en exclusief vrouwelijke loges.
Boek: De orde – De geheime wereldgeschiedenis van de vrijmetselarij
Lees ook: Belangrijke filosofen
Bronnen ▼
Boeken
-Th. Stevens, Vrijmetselarij en samenleving in Nederlands-Indië en Indonesië (1994) p.21-32
Internet
-https://nl.wikipedia.org/wiki/Vrijmetselarij
-http://www.msana.com/historyfm.asp
-https://www.ugle.org.uk/about-freemasonry/history-of-freemasonry
-https://www.vrijmetselarij.nl/Vrijmetselarij/Historie-van-de-vrijmetselarij
-https://nl.wikipedia.org/wiki/Beginselen_van_de_vrijmetselarij
-https://nl.wikipedia.org/wiki/Regulariteit_(vrijmetselarij)