Wilhelmina van Pruisen – Prinses van Oranje

De doortastende echtgenote van de laatste erfstadhouder
8 minuten leestijd
Wilhelmina van Pruisen, geportretteerd door Johann Friedrich August Tischbein
Wilhelmina van Pruisen, geportretteerd door Johann Friedrich August Tischbein

Wilhelmina van Pruisen (1751-1820) is de geschiedenis ingegaan als de daadkrachtige vrouw van Willem V, de laatste stadhouder van de Republiek. Door spanningen in de samenleving ging ze steeds meer een actieve politieke rol vervullen. Ze is het bekendst van haar aanhouding bij Goejanverwellesluis door de patriotten. Wat deed Wilhelmina van Pruisen nog meer? Een beknopte biografie.

Portret van Frederika Sophia Wilhelmina (1751-1820), prinses van Pruisen - Johann Georg Ziesenis, ca. 1768
Portret van Frederika Sophia Wilhelmina (1751-1820), prinses van Pruisen – Johann Georg Ziesenis, ca. 1768
Frederika Sophia Wilhelmina van Hohenzollern werd geboren op 7 augustus 1751 in Berlijn. Haar ouders, de Pruisische prins August Willem en Louise Amalia van Brunswijk-Wolfenbütte, zag ze weinig. Als kleuter groeide Wilhelmina op bij haar grootmoeder en tante. Ze had nog twee broers genaamd Frederik Willem en Hendrik.

(On)gelukkige jeugd

De eerste paar jaren van de jonge prinses waren niet heel prettig. Ze werd opgevoed door een gouvernante. Wilhelmina schreef later dat deze kinderjuffrouw haar mishandelde en verwaarloosde. Daarnaast hing de Zevenjarige Oorlog (1756-1763) als een donkere wolk over haar kindertijd.

Na de oorlog brak een betere tijd aan voor Wilhelmina. Haar kinderloze oom, de Pruisische koning Frederik II (de Grote) nam haar op in zijn hof. Ze kreeg een nieuwe gouvernante die als een moeder voor haar was. Ook nam de prinses volop deel aan het hofleven met bals, muziekuitvoeringen en toneelspelen. Ze leerde Frans en kreeg onderwijs in godsdienst, aardrijkskunde en geschiedenis. Voor een jonge vrouw was dit toen een van de beste voorbereidingen op het leven in gegoede kringen.

Huwelijk met Willem V

Stadhouder Willem V - Geportretteerd door Johann Georg Ziesenis, ca. 1770
Stadhouder Willem V – Geportretteerd door Johann Georg Ziesenis, ca. 1770
Op 4 oktober 1767 trouwde de zestienjarige Wilhelmina met de drie jaar oudere Willem V. Als erfstadhouder werd hij beschouwd als de belangrijkste man van de Republiek der Verenigde Nederlanden. Op de dag voor de bruiloft zagen de twee elkaar voor het eerst in levende lijve.

Het stel kreeg in de jaren daarop vijf kinderen waarvan er maar drie de kindertijd overleefden: Louise (1770), Willem Frederik (1772) en Willem George Frederik (1774). Wilhelmina zou een betrokken moeder zijn geweest die de opvoeding en het onderwijs van haar kinderen strikt regelde. In de eerste jaren van haar huwelijk besteedde ze al haar aandacht aan het gezin en hofleven. Er waren veel feesten en ontvangsten. In de omgang met anderen was ze volgens historici vrij gereserveerd, wat door sommigen als arrogant werd beschouwd.

Politieke betrokkenheid

Ludwig Ernst von Braunschweig-Lüneburg-Bevern, de invloedrijke raadgever van stadhouder Willem V
Ludwig Ernst von Braunschweig-Lüneburg-Bevern, de invloedrijke raadgever van stadhouder Willem V
Een van de eerste politieke zaken waarin Wilhelmina zich mengde, ging over de invloed van de hertog van Brunswijk. Toen Willem V op jonge leeftijd stadhouder werd, had deze hertog al veel macht in de regering. Enkele jaren later kreeg hij het voor elkaar de inmiddels volwassen stadhouder een geheime verklaring te laten ondertekenen. Hierdoor behield hij veel zeggenschap op verschillende beleidsterreinen. De macht van de hertog was velen, waaronder Wilhelmina, een doorn in het oog. Ze probeerde Willem V los te weken van Van Brunswijk en zou aan de stadssecretaris van Amsterdam hebben gevraagd of hij een manier wist om van de hertog af te komen. Aan het hof vormde zich zelfs een groep rond Van Brunswijk en een rond Wilhelmina. Ondanks de onvrede durfde Willem V zijn raadgever niet te ontslaan. Pas na de nederlaag in de Vierde Engelse Oorlog (1780-1784) vertrok Van Brunswijk.

Wilhelmina van Pruisen en Willem V met hun kinderen Frederica Louisa Wilhelmina, Willem Frederik en Willem George Frederik - Pieter le Sage, 1779
Wilhelmina van Pruisen en Willem V met hun kinderen Frederica Louisa Wilhelmina, Willem Frederik en Willem George Frederik – Pieter le Sage, 1779
Wilhelmina hield zich in de loop der jaren steeds meer bezig met staatszaken en politiek. Zij stond, in tegenstelling tot haar man, meer open voor contact met gematigde patriotten en sprak met hervormingsgezinden. Verder had ze haar eigen kring opgebouwd met vertrouwelingen en adviseurs, waaronder de staatsman Gijsbert Karel van Hogendorp. Daarnaast correspondeerde ze met haar oom Frederik de Grote die ze bewonderde om zijn doortastendheid en werkkracht. Verder zou ze politieke analyses hebben geschreven.

In brede kringen werd haar politieke inzicht en doortastendheid gewaardeerd. Dat bleek ook uit het feit dat vooraanstaande regenten, waaronder ook gematigde patriotten, zelfs het voorstel deden dat zij de positie van haar man als regentes zou overnemen. Wilhelmina voelde daar echter niets voor. Ze vreesde dat dit ernstige schade zou toebrengen aan het huis van Oranje.

Oranjegezinden en patriotten

Wilhelmina en Willem V waren populair bij het gewone volk en bij de Oranjegezinden, maar hadden een moeizame relatie met een deel van de regenten en burgerij. Dit kwam onder andere doordat regenten de stadhouder soms dwarsboomden bij het benoemen van bestuurders. Een andere groep, de zogenoemde patriotten, vonden het staatsbestuur te absolutistisch en wilden meer zeggenschap. Willem V was echter vrij conservatief en zag geen reden voor aanpassingen.

Door spanningen in het land en de opkomende dreiging van een burgeroorlog besloten de Staten van Holland in 1785 om de stadhouder enkele van zijn functies te ontnemen. Willem V vertrok hierop met zijn vrouw Wilhelmina en kinderen naar Nijmegen. Daar verbleven ze in de Valkhofburcht.

Video over verblijf stadhouder in Nijmegen

Goejanverwellesluis

Wilhelmina zat in Nijmegen niet stil en beraadde een plan. Ze zou naar Den Haag gaan om de zaak van haar echtgenoot en stadhouder Willem V bij de Staten van Holland te bepleiten. Zo gebeurde het dat de prinses in de vroege ochtend van 28 juni 1787 per koets en met een klein gevolg van hovelingen richting de hofstad vertrok.

De patriotten waren echter voorbereid op haar komst. De bestelling van vijftien paarden voor een onbekend gezelschap had de aandacht getrokken. Ze gokten dat de paarden gereserveerd waren voor iemand van hoge afkomst. Om de identiteit van de reizigers te achterhalen besloten ze het gezelschap bij het riviertje de Vlist in Bonrepas tegen te houden.

De koets en het gezelschap uit Nijmegen naderden Bonrepas en werden daar tot hun verbazing aangehouden door het patriottische vrijkorps, bestaande uit veertig ruiters. Al snel merkten de ruiters dat Wilhelmina in het rijtuig zat. Ze brachten haar vervolgens naar het huis van een kaasboer bij Goejanverwellesluis. Daar werd ze ondervraagd. Toen men haar hierna naar Woerden wilde brengen, weigerde ze. Uiteindelijk kreeg ze toestemming terug te keren naar Nijmegen.

De aanhouding van de prinses van Oranje bij Goejanverwellesluis -  Charles Rochussen, 1787
De aanhouding van de prinses van Oranje bij Goejanverwellesluis –
Charles Rochussen, 1787

Eenmaal thuisgekomen deed een verontwaardigde Wilhelmina verslag van haar avontuur, dat de geschiedenisboeken inging als ‘de aanhouding bij Goejanverwellesluis’. Op 1 juli 1787 schreef ze een brief aan de Staten van Holland en West-Friesland:

“Hoe groot ook onze bevreemding was, toen wy op donderdag den 28 laatsleden (…) zyn aangehouden, en door dezelve zyn verhinderd geworden op onze reize naar de Orange-zaal (…). Onze goede en vreedzame oogmerken, door deeze Hunne handelwys, hebben doen mislukken, vinden wy ons niet alleen aan ons zelven verplicht, om het ernstigst eene openbaare en genoegzame reparatie te vorderen wegens den hoon welke ons daardoor is aangedaan.”

Wilhelmina vond kortom dat ze misdadig was behandeld, een Pruisische prinses onwaardig.

Hulp uit Pruisen en machtsherstel

Frederik Willem II van Pruisen, de broer van Wilhelmina van Pruisen
Frederik Willem II van Pruisen, de broer van Wilhelmina van Pruisen
Wilhelmina stelde ook haar oudste broer Frederik Willem II, sinds een jaar koning van Pruisen, op de hoogte van de aanhouding. Als reactie stuurde hij troepen naar de grens van de Republiek ter bemiddeling. Dit was echter niet genoeg voor zijn zus en na verder aandringen trokken de Pruisische legers op 13 september 1787 de Nederlanden binnen.

Willem V en Wilhelmina keerden terug naar Den Haag en werkten daar aan hun machtsherstel. Dit ging gepaard met chaos en politieke zuiveringen. Zo werden op bestuursposten eigen mensen geplaatst en moesten ambtenaren trouw zweren. Patriotten werden gestraft of verbannen. Velen vluchtten naar Frankrijk. Daarnaast sloot Wilhelmina zonder overleg de Acte van Garantie, waarin Pruisen en Engeland de grenzen van de Republiek garandeerden. Toen de rust en macht min of meer hersteld was, ging ze zich weer richten op het gezin en hofleven.

Ondertussen was de populariteit van de prinses sterk gedaald. In het standaardwerk 1001 Vrouwen schrijft Lotte van de Pol hierover:

“Drie beschuldigingen komen telkens terug. Ten eerste was Wilhelmina een buitenlandse die vreemde troepen het land had binnengebracht. Ten tweede was ze een vrouw die tegen de natuurlijke orde in de macht had overgenomen van haar echtgenoot. Ten derde was ze buiten proportie wraakzuchtig tegenover haar vijanden.”

Ballingschap

Brits-Russische expeditie naar Noord-Holland - Aftocht van de Britse en Russische troepen uit Den Helder, 1799
Brits-Russische expeditie naar Noord-Holland – Aftocht van de Britse en Russische troepen uit Den Helder, 1799
Acht jaar later, in 1795, vluchtten de stadhouder en zijn gezin naar Engeland nadat Franse troepen waren binnengevallen en de Bataafse Republiek werd gevormd. Hierna volgden bijna twintig jaar ballingschap. In het buitenland maakte Wilhelmina zich nog hard voor de vorming van een alliantie tegen de Bataafse Republiek, die als een Franse vazalstaat werd beschouwd. Uiteindelijk kwam het tot een Brits-Russische expeditie (1799). Na enige gevechten zagen de geallieerden zich echter genoodzaakt de aftocht te blazen.

In 1801 vertrok Willem V naar zijn Duitse buitenplaatsen. Datzelfde jaar erkende hij het nieuwe gezag in de Republiek en deed hij afstand van zijn rechten als stadhouder. Een jaar later voegde zijn vrouw Wilhelmina zich bij hem. Ze zouden vier jaar lang een teruggetrokken leven leiden in de Duitse plaats Nassau, vlakbij Brunswijk (Braunschweig) waar hun dochter Louise woonde. Zij was inmiddels getrouwd met Karel van Brunswijk.

Verblijf in Berlijn

De partners van Wilhelmina en Louise stierven rond dezelfde periode. Willem V overleed op 9 april 1806. De twee weduwen leidden een kort zwervend bestaan totdat ze in 1807 in Berlijn arriveerden. Daar verbleven ze onder andere in het Niederländisches Palais in de stad. Wilhelmina bleef zich bezighouden met staatszaken. Ze correspondeerde met Oranjegezinden in een zelf ontworpen geheimschrift en volgde politieke ontwikkelingen nauwkeurig. Verder begon ze te schrijven aan haar memoires.

Terugkeer naar de Nederlanden

Portret van Willem I koning der Nederlanden Joseph Paelinck 1819 (Rijksmuseum)
Portret van Willem I koning der Nederlanden Joseph Paelinck 1819 (Rijksmuseum)
Door de val van Napoleon in 1813 kreeg Wilhelmina nieuwe hoop op een terugkeer naar de Nederlanden. Haar oudste zoon Willem Frederik kon mogelijk teruggaan als vorst. De prinses zou overlegd hebben hoe hij het beste de soevereiniteit kon aanvaarden en wierf mannen voor het zogenoemde Hollands Legioen. In november 1813 vertrok de jongeman naar de Nederlanden en werd daar welkom geheten. Twee maanden later volgden Wilhelmina en Louise. Op 14 maart 1814 werd Willem Frederik uitgeroepen tot koning Willem I der Nederlanden.

Tussen 1813-1820 woonde Wilhelmina onder meer op Paleis ‘t Loo. Ze hield zich in haar laatste jaren veel bezig met liefdadigheid. Zo stichtte ze een school voor achterstandskinderen en steunde ‘soepinrichtingen’ voor armen. Op 9 juni 1820 overleed ze op 69-jarige leeftijd. Wilhelmina kreeg tijdelijk een graf in Apeldoorn en werd twee jaar later bijgezet in de grafkelder van de Oranjes in Delft.

Bronnen

-http://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/WilhelminavanPruisen
-https://www.mirjamjanssen.com/local/userfiles/68_77_HN0708_wilhelmina.pdf
-https://historiek.net/stadhouder-willem-v-van-oranje-nassau/56510/
-Duizend jaar Gouda: een stadsgeschiedenis – P. H. A. M Abels (Verloren, 2002) p. 336-338
-Een kennismaking met de geschiedenis van de Nieuwe tijd – Michiel van Os en Menno Potjes (Coutinho, 2003) p. 150
-https://books.google.nl/books?id=d09aAAAAcAAJ&printsec=frontcover&dq=Goejanverwellesluis.&hl=nl&sa=X&redir_esc=y#v=onepage&q&f=false
-https://nl.wikipedia.org/wiki/Wilhelmina_van_Pruisen_(1751-1820)

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×