William Morris, de Britse 19e-eeuwse kunstenaar, zag en wou ‘kunst’ in alles

8 minuten leestijd
Twee van William Morris' ontwerpen: met 'Snakeshead' bedrukt textiel (1876) en 'Peacock and Dragon' geweven wollen meubelstof (1878)
Twee van William Morris' ontwerpen: met 'Snakeshead' bedrukt textiel (1876) en 'Peacock and Dragon' geweven wollen meubelstof (1878)

Uw echtgenoot is overleden aan ‘William Morris-zijn’, meldde de geneesheer aan mevrouw Morris. Zijn dood was een gevolg van tuberculose én oververmoeidheid. Want Morris (1834-1896) was een bezig baasje: schilder, ontwerper van behangpapier en textiel, van meubels, van interieurdecoraties, architect, een utopische ondernemer, een ecologist, schrijver-dichter, uitgever-illustrator-vormgever van boeken, vertaler uit het Frans, Latijn… en IJslands. Met de beweging Arts & Crafts legde hij mee de basis voor de hele Europese kunst- en architectuurverandering. Een kunst in alles en voor allen.

Love and work – these two things only.” (Geef me enkel liefde en werk)

William Morris op 53-jarige leeftijd, gefotografeerd door Frederick Hollyer
William Morris op 53-jarige leeftijd, gefotografeerd door Frederick Hollyer
Twee voorwaarden voor een goed leven, aldus William Morris. Die levenslange liefde was model-muze Jane Burden en werk was een caleidoscoop van artistieke activiteiten. Beide gingen niet zonder horten en stoten gepaard.

Het leven van Morris zelf was niet rimpelloos. Geboren in een welgestelde, kroostrijke familie in een betere buitenbuurt van Londen, was William de tweede zoon die opgroeide met zijn zussen. Omdat hij een fragiele gezondheid had en hij zich stierlijk verveelde op school, besloten zijn ouders om hem niet naar de obligate Britse chique kostschool te sturen maar hem thuisonderwijs te gunnen. Die opvoeding samen met zijn zusjes zou de basis leggen van zijn latere feminisme. William kon al lezen op zijn vierde en is gek op de historische romans van Walter Scott. Op zijn pony zou hij als ‘geharnaste’ ridder middeleeuwse avonturen hebben gespeeld. Bovendien is hij ongeneeslijk nieuwsgierig en opgegroeid in groene longen, blijft de natuur zijn levenslange inspiratie en levenssap.

glas-in-lood raam van Edward Burne-Jones en William Morris in de Trinity Church in Boston
glas-in-lood raam van Edward Burne-Jones en William Morris in de Trinity Church in Boston, 1882

De adolescent gaat in Oxford theologie studeren met de ambitie om katholieke priester te worden, hoewel de familie anglicaans is. Met zijn studiegenoot Edward Burne-Jones trekt hij in de zomervakantie naar Frankrijk om er de kathedralen en de glasramen te bestuderen. Hun reis vervolgen ze met bezoeken aan Gent en Antwerpen en daar wordt Morris van zijn sokken geblazen door de laatmiddeleeuwse kunst van de zogenaamde Vlaamse Primitieven, die noch Vlaams noch primitief waren. Die kennismaking zorgt voor een wending in zijn carrièreplanning: William wil kunstenaar worden. En dan meteen in alle kunstprincipes: hij schildert, ontwerpt glasramen, wandtapijten, meubels, zijn huis, boekverluchtingen…

If a chap can’t compose an epic poem while he’s weaving a tapestry, he had better shut up, he’ll never do any good at all. (Indien een vent geen episch gedicht kan schrijven onderwijl een tapijt wevend, houdt hij beter zijn bek. Hij zal er nooit iets van bakken.)

William Morris op 23-jarige leeftijd
William Morris op 23-jarige leeftijd
Die veelzijdigheid is kenmerkend voor Morris’ denken, evenals het opheffen van de hiërarchie tussen ‘schone’ kunsten en ‘toegepaste’ kunsten, tussen ‘art’ en ambacht. In het artistieke denken van toen was een meubelstuk van een lagere rangorde dan een schilderij. Die rangschikking tussen hogere en lagere kunsten werd bepaald in de renaissance. Daarom wilden Morris en zijn kompanen hun inspiratie zoeken in de periode voor die renaissance, voor de tijd van de Italiaanse kunstschilder Raphael. Vandaar: de Pre-Raphaëlieten, de naam van hun kunstgenootschap met Dante Gabriel Rossetti, Edward Burne-Jones, William Holman Hunt, John Everett Millais…

The past is not dead, but is living in us, and will be alive in the future which we are now helping to make.” (het verleden is niet dood, maar is levend in ons en het zal leven in de toekomst die we nu helpen te maken)

Het is vooral de schrijver John Ruskin die in zijn boek The Stones of Venice (de stenen van Venetië) stelt dat de glans en glorie van de lagunestad aan ambachtslui – onder meer steenkappers – te danken is.

Dat respect voor artisanaat betuigt Morris ook daadwerkelijk: zijn vaklui worden degelijk betaald. Meestal wordt een jongeman aangeworven, krijgt deze een opleiding in het bedrijf en kan hij zo doorgroeien tot een uitmuntende stielman. De ateliers van zijn bedrijf Morris & Company werden gecalqueerd op de organisatie van middeleeuwse ambachten en gilden.

Vakmanschap was essentieel in het denken van Morris, die zich kantte tegen de industriële massaproductie die de negentiende-eeuwse fabrieken uitzweetten. Producten die geen ziel meer hadden. Bij een familiebezoek aan Londen in 1851 (William is dan 17), weigert hij de Wereldtentoonstelling – The Great Exhibition of the Works of Industry of all Nations – te bezoeken. Naar zijn mening hadden de eigentijdse industriële voorwerpen geen enkele schoonheid. Morris’ motto klinkt vandaag bijzonder hedendaags: liever één mooi object dan tien goedkope prullen.

Have nothing in your houses that you do not know to be useful or believe to be beautiful. (Breng niet in je huis waarvan je het nut niet van beseft of gelooft dat het niet mooi is.)

Zicht op The Red House vanuit de tuin
Zicht op The Red House vanuit de tuin (CC BY-SA 3.0 – Ethan Doyle White – wiki)

Dat ‘bewust consumentengedrag’ past Morris toe in zijn eigen leefomgeving. Met zijn vriend-mentor architect Philip Webb ontwierp hij een huis voor zijn vrouw Jane. The Red House, naar de rode bakstenen, wordt momenteel gerenoveerd en is nog te bezoeken. Het is een voorbeeld van Gesamtkunst, totaalkunst omdat geen enkel aspect van gebouw en interieur verwaarloosd werd. Edward Burne-Jones ontwierp de muurversieringen en de glas-in-loodramen; Morris de meubels,…’Enkel het servies en de schotels ontwierpen ze niet’, aldus Sylvette Botella-Gaudichon, de curator van een tentoonstelling in Roubaix, ‘de borden waren eenvoudige, handgemaakte voorwerpen.’ Hoewel het een wat rommelig uitzicht heeft, is het een functioneel huis. Het principe was: ‘de functie bepaalt de vorm’. Daarmee opende hij de weg naar een veel sobere en eenvoudigere woonomgeving. Morris beïnvloedde de Europese Art Nouveau beweging met hun zwierige, natuurlijke motieven en zeker de Belgische ontwerper Henry Van de Velde, die de Weimarbeweging opzette. Daaruit ontstond dan weer Bauhaus en het latere Modernisme. Die opeenvolgende kunst’scholen’ kenmerken zich – ondanks uiterlijkheden – door een samengaan van binnen- en buitenarchitectuur en het samengaan van vorm en functie.

Ontwerp van William Morris voor een behang, 1862
Ontwerp van William Morris voor een behang, 1862

[The ideal society] is a society conscious of a wish to keep life simple, to forego some of the power over nature won by past ages in order to be more human and less mechanical and willing to sacrifice something to this end. (de ideale maatschappij is een maatschappij die bewust het leven eenvoudig wenst te houden, en die afziet van de macht over de natuur zoals gebruikelijk in vroeger tijden. Zo wordt het meer humaan en minder mechanisch en bereid om daarvoor iets op te geven.)

Amper vijf jaar woonden William en Jane in Het Rode Huis. Om financiële redenen en wegens zijn gezondheidstoestand verhuizen ze opnieuw naar Londen en Morris richt zijn eigen bedrijf voor kwaliteitsproducten op. Hij is amper 27 jaar.

Misschien lijken de Morrisinterieurs nu wat overladen en somber: houten lambrisering, wandschilderingen en -tapijten, voluten, ietwat plompe meubels… Morris borduurde overigens ook zelf. Want handwerk was hem niet te min. Zo ontwierp hij tapijten maar ook behangselpapier, meestal met bloemenmotieven. Herkenbare motieven die opnieuw naar de originele ontwerpen geproduceerd worden, net als zijn stoelen met fragiele poten en rieten zitting.

Creaties die zich inspireerden op de natuur: de namen van het papier als Treurwilg of aardbeien zijn veelzeggend. Dat behangpapier maken is tijd opslokkend maatwerk: elke rol papier wordt met houtendrukblokken beschilderd. Soms tot dertig verschillende blokken voor de verstrengelde motieven en soms tot vijftien verschillende kleuren. Het duurt soms vier weken voor een rol klaar is.

Met goedbetaalde stielmannen zijn deze decoratiepareltjes wel behoorlijk prijzig en dus enkel betaalbaar voor rijkgevulde beurzen. Dat wringt met de filosofie van de sociaalvoelende Morris.

I do not want art for a few, any more than education for a few, or freedom for a few. (ik wil geen kunst voor enkelingen, net zoals ik geen opvoeding voor een enkeling of vrijheid voor een paar mensen wil.)

Golden Type-lettertype gebruikt in een uitgave van 'The Nature of Gothic' van John Ruskin
Golden Type-lettertype gebruikt in een uitgave van ‘The Nature of Gothic’ van John Ruskin
Maar Morris beperkte zich niet tot het creëren van een nieuwe leefomgeving. In zijn zoektocht naar het meer waarachtige ging hij ook op zoek naar oude IJslandse verhalen, die hijzelf vertaalde, in boekvorm tekende en zelf uitgaf. Druktechnieken boeiden Morris eveneens: hij bezat een mooie verzameling van incunabelen (wiegedrukken). Zelfs typografie had zijn interesse en hij tekende een eigen lettertype Golden Typeface.

Even gepassioneerd en nauwgezet als voor zijn andere bezigheden, richtte hij een eigen uitgeverij op: The Kelmscott Press, genoemd naar het huis waarin hij woonde. En ook hier kreeg elk aspect zijn aandacht. Meer zelfs, hij schrijft zelf verhalen, zoals het ‘pamflet’ over Guinevere. Daarin laat hij pas zijn feministische voorliefde de vrije loop: de vrouw van de middeleeuwse held koning Arthur is – volgens de sage – ook de geheime minnares van Sir Lancelot. ‘Haar’ verraad is volgens de overlevering de oorzaak van de teloorgang van het koninkrijk. Morris herschrijft het traditionele epistel en hij neemt het op voor de overspelige vrouw. Arthur bakt er niets van in de echtelijke sponde, dus meent Guinevere dat ze zich te kort gedaan voelt en elders ‘haar geluk’ mag zoeken. Bij Lancelot. Dat pleidooi voor vrije liefde is behoorlijk gewaagd en feministisch in een preutse Victoriaanse periode waarin een vrouw enkel ‘de engel in huis’ was. Voor die ‘witte fee’, de etymologische betekenis van de naam Guinevere, staat Jane Morris model voor een schilderij van Burne-Jones. Jane met haar speciale schoonheid doet wel meer mannenhoofden op hol slaan; ook van de Prerafaeelitische dichter Dante Gabriel Rossetti. Jane, William en Rossetti hebben een tijdje zelfs een driehoeksverhouding. Het kenschetst de zeden van die artistieke bohème, die ook niet zonder conflicten is en misschien ook de tolerantie van Morris voor mensen.

William Morris' schilderij 'La belle Iseult' uit 1858, tegenwoordig te zien de Tate Gallery. Het model is Jane Burden, die in 1859 met Morris trouwde.
William Morris’ schilderij ‘La belle Iseult’ uit 1858, tegenwoordig te zien de Tate Gallery. Het model is Jane Burden, die in 1859 met Morris trouwde.

Want die negentiende eeuw vermorzelt niet enkel vrouwen maar ook gewone mensen. In fabrieken werden arbeiders, vrouwen en zelfs kleine kinderen navrant uitgebuit: lange dagen, karig loon, erbarmelijke arbeidsomstandigheden, ontmenselijking…

Logo van Kelmscott Press
Logo van Kelmscott Press
De betere behandeling van werklui in Morris’ bedrijf was gestoeld op zijn socialistische overtuiging: William Morris treedt zelfs toe tot een eerste Britse Socialist Society die vergaderden in het koetshuis van zijn Londense woning. Morris schreef pamfletten en liedjes, reist het hele land af om arbeidsomstandigheden te bekijken, financiert en wordt hoofdredacteur van de socialistische krant Commonweal. En hij leest Karl Marx. In het Frans. Zijn editie van Das Kapital, het standaardwerk van Marx, was gehuld in een zijden zakje, geborduurd door zijn dochter.

No man is good enough to be another man’s master. (geen enkele man is goed genoeg om iemands meester te zijn.)

~ Eliane van den ende
Historicus en cultuurjournalist

Tot 8 januari 2023 is een tentoonstelling over Wlliam Morris te zien in La Piscine in Roubaix (Noord-Frankrijk). Dat stedelijke museum, gevestigd in een wonderbaarlijk zwembad in Art Deco, trekt dit najaar de Britse kaart ‘Roubaix save the Queen’. Textielstad Roubaix werd in de negentiend eeuw het industriële ‘Manchester’ van Frankrijk genoemd. Die historische link wordt ook uit de doeken gedaan. En textiel komt op een leuke wijze aan bod in de voormalige kleedhokjes van het zwembad. Daar worden kledingstukken in Schotse ruit, in kasjmier, maar ook ontwerpen van de rebelse Vivienne Westwood voor een postorderbedrijf uit Roubaix uitgestald.

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×