Dark
Light

Nederlandse Abortuswet (1984)

Auteur:
2 minuten leestijd
Demonstratie tegen abortus. ca, 1973 (cc0 - Fotoburo de Boer - Noord-Hollands Archief - wiki)
Demonstratie tegen abortus. ca, 1973 (cc0 - Fotoburo de Boer - Noord-Hollands Archief - wiki)

De Nederlandse Abortuswet (1984). Eigenlijk: Wet afbreking zwangerschap (Wafz / WAZ). Wet uit 1984 die abortus provocatus in Nederland onder bepaalde woorden toestaat.

Op 1 november 1984 trad in Nederland de abortuswet in werking. Het had niet veel gescheeld of het wetsontwerp dat Job de Ruiter (CDA) en Leendert Ginjaar (VVD) had het niet gehaald. Op 18 december 1980 werd het wetsontwerp maar net goedgekeurd (76 tegen 74) in de Tweede Kamer.

Ook in de Eerste Kamer werd de abortuswet enkele maanden later slechts met een nipte meerderheid (38 tegen 37) aangenomen.

Nederland was zeker niet het eerste dat land waar abortus onder bepaalde omstandigheden kon worden uitgevoerd. Rusland was in 1920 het eerste land waar men zonder risico op vervolging een abortus kon laten uitvoeren. Jozef Stalin draaide dit in 1936 echter terug. In IJsland is abortus sinds 1935 onder bepaalde voorwaarden toegestaan en in Zweden vanaf 1938.

Voor Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam demonstreerden vrouwen in december 1980 liggend tegen het aannemen van de Abortuswet (wiki - Anefo / Croes)
Voor Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam demonstreerden vrouwen in december 1980 liggend tegen het aannemen van de Abortuswet (wiki – Anefo / Croes)

Maatschappelijke discussie over de abortuswet

In de tweede helft van de jaren zestig kwam in Nederland een brede maatschappelijke discussie op gang. Dit onder meer vanwege de Tweede feministische golf, het feit dat abortus in Groot-Brittannië werd gelegaliseerd en de tanende invloed van de kerken. Sinds 1971 konden vrouwen al terecht in door de overheid gedoogde abortusklinieken van de Stichting Stimezo, die het jaar daarvoor was opgericht. Hoewel abortus nog altijd strafbaar was, werden er slechts weinig mensen voor veroordeeld. In 1958 werden er 105 veroordelingen uitgesproken, in 1973 nog slechts 3 en daarna geen meer. De meeste van deze veroordelingen hadden bovendien betrekking op abortussen die uitgevoerd waren door personen die geen arts waren.

Deze en andere ontwikkelingen zorgden ervoor dat steeds meer politici ervan overtuigd raakten dat abortus wettelijk geregeld moest worden.

In de abortuswet is geregeld dat vrouwen die langer dan zestien dagen zwanger zijn, vijf dagen bedenktijd moeten nemen als ze besluiten de zwangerschap af te breken. Officieel is abortus toegestaan tot het moment dat de foetus buiten het lichaam van de moeder levensvatbaar is. Deze termijn is in de wet vastgesteld op 24 weken zwangerschap, maar in de praktijk worden er vrijwel geen abortussen na 22 weken uitgevoerd, aldus website van het ministerie van VWS. Vaders hebben geen medezeggenschap bij de beslissing om al dan niet over te gaan op abortus.

N.B.: Waar in bovenstaande tekst gesproken wordt over abortus wordt feitelijk ‘abortus provocatus’ bedoeld. Hoewel ‘abortus’ officieel voortijdige geboorte of miskraam betekent, wordt de opzettelijk afgebroken zwangerschap doorgaans kortweg aangeduid als ‘abortus’.

×