Nabestaanden van Joodse Amsterdammers die kort na de Tweede Wereldoorlog onterecht erfpacht moesten betalen, kunnen vanaf nu een aanvraag doen bij de gemeente om het betaalde geld terug te krijgen. De gemeente Amsterdam heeft dat bekendgemaakt.
Twee jaar geleden werd duidelijk dat Amsterdam een aanzienlijk aantal Joodse oorlogsslachtoffers beboette omdat ze tijdens de oorlogsjaren geen erfpacht hadden betaald. Er bleken zelf Joden te zijn aangeslagen van wie de huizen niet eens meer bestonden, bijvoorbeeld doordat ze tijdens een bombardement waren verwoest.
De erfpachtgegevens doken onlangs op tijdens de digitalisering van dossiers van Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam. Er ontstond commotie en de gemeente en het NIOD namen de zaak in onderzoek. De gemeente over het NIOD-onderzoek:
“Dit onderzoek heeft geresulteerd in een lijst van 240 erfpachters, door wie of voor wie na de oorlog terecht bezwaar is gemaakt tegen de opgelegde boete, maar aan wie de opgelegde boete niet of slechts voor een deel is kwijtgescholden. Daarnaast is er een lijst waarvan uit de onderzochte boetedossiers niet duidelijk is geworden wat er destijds met het verzoek tot kwijtschelding van de erfpachtboete is gebeurd.”
Slachtoffers of nabestaanden kunnen op een lijst zien of de naam van hun (voor)ouders daarop staat en online een verzoek indienen.
‘Slapende rekeningen’
Uit het onderzoek van de gemeente kwam ook naar voren dat er na de oorlog zo’n 900 bankrekeningen niet meer opgevraagd werden. Het saldo op deze zogenaamde ‘slapende rekeningen’ ging uiteindelijk naar de gemeente. Nabestaanden van de oorspronkelijke rekeninghouders kunnen dit geld vanaf nu ook terugvragen.
