Het Belgische frietkot is sinds deze week officieel cultureel erfgoed. De Vlaamse minister van Cultuur, Joke Schauvliege, stemde vrijdag in met de toekenning van de erfgoedstatus. Volgens de minister is de traditie daarmee veilig gesteld.
Een frietkot is een frietkraam of patatkraam waar met name frieten verkocht worden. Het oudste frietkot van Belgiƫ dateert waarschijnlijk uit 1842. Deze frietkot stond toen aan het Steen in Antwerpen en verhuisde later naar de Groenplaats. Daar is tegenwoordig een frietkotmuseum te vinden. Brugge heeft ook een frietmuseum waar onder meer aandacht wordt besteed aan de geschiedenis van de aardappel en de friet.
Navefri, het nationaal verbond van frituristen, voerde de afgelopen tijd campagne voor de toekenning van de erfgoedstatus.
Niets is zo typisch Belgisch als een frituur en zo ook ons gebrek aan chauvinisme en fierheid. De frituur (of het frietkot zoals we dat āonder Belgenā zeggen) is nochtans Ć©Ć©n van de weinige zaken waar wij, Vlaming, Waal of Brusselaar, het allemaal over eens zijn: zonder kunnen we niet leven!
Volgens Navefri is het frietkot meer dan alleen een plaats waar frieten worden gebakken.
Frietjes halen bij de frituur is een levende traditie die nostalgie, genot en geborgenheid oproept. Die āfrietkotcultuurā omvat zowel het ambacht van het frieten bakken als de hele frietbeleving die erbij hoort.
Navefri wil nu dat ook Walloniƫ het frietkot erkent als erfgoed.