Prins Bernhard hoopte dat het Rapport Beel over de Greet Hofmans-affaire nooit openbaar zou worden gemaakt. Hij hoopte zelfs dat het rapport was verbrand, zo meldde EenVandaag vanavond.
Verbrand is het rapport van de commissie Beel niet. Morgen wordt het openbaar gemaakt. Historicus Cees Fasseur publiceert dan zijn boek Juliana en Bernhard, het verhaal van een huwelijk. Het rapport Beel is als bijlage opgenomen in dat boek.
Prins Bernhard zei in 1962 tegen zijn biograaf Alden Hatch dat hij hoopte dat het rapport verbrand was. De uitspraak werd niet gepubliceerd in de biografie maar komt uit het archief van Hatch in Florida. In 2004 liet de prins weten dat het rapport wat hem betreft wel openbaar mocht worden gemaakt. Kennelijk was hij er anders over gaan denken. Premier Balkenende en koningin Beatrix waren in 2004 echter tegen openbaarmaking van het rapport.
De commissie Beel stelde het bewuste rapport in 1956 op. Dit in opdracht van premier Willem Drees die wilde dat de crisis aan het hof zou worden onderzocht. Greet Hofmans, een gebedsgenezeres, had naar de mening van prins Bernhard veel te veel invloed op koningin Juliana. De crisis verdeelde het paleis in twee kampen.
Prins Bernhard zegt op de door EenVandaag uitgezonden bandopname: “De regering had een commissie benoemd van drie mannen om de hele zaak te bekijken. Vrij snel was er een heel dossier over, dat nu hopelijk is verbrand.” Belangrijkste conclusie uit het rapport was dat Juliana geen contact meer mocht hebben met Greet Hofmans.
‘Grote fout’
Vorige week dook ook al een bijzonder document op over de Greet Hofmans-affaire. In het Persmuseum in Amsterdam kwam toen een document naar voren waaruit bleek dat de particulier secretaris van koningin Juliana, baron Walraven van Heeckeren van Molecaten, vond dat Juliana ’te weinig koningin’ was. Ook zei deze secretaris:
“De Koningin heeft een grote fout gemaakt door een commissie over haar te laten oordelen.”
Baron Walraven van Heeckeren van Molecaten deed zijn uitspraken op 12 oktober 1956 tegenover journalist Henk Lunshof. Deze maakte na afloop van het gesprek een uitgebreid verslag dat echter geheim bleef. Het verslag kwam in handen van het Persmuseum nadat de zoon van Henk Lunshof, de Telegraaf-journalist Kees Lunshof, vorig jaar overleed. Het Persmuseum maakte het stuk openbaar. Het maakt momenteel onderdeel uit van de tentoonstelling Censuur in het museum en op internet.