De resten van de Afrikaanse vrouw werden al in 1901 gevonden in de buurt van de Britse stad York en lagen sindsdien in het Yorkshire Museum. Forensische onderzoekers van de universiteit van Reading onderzochten de resten onlangs. De vrouw, die de ‘Ivory Bangle Lady’ (vrouw met de ivoren armband) wordt genoemd, leefde in de vierde eeuw na Christus. In haar stenen doodskist zaten verschillende attributen, waaronder een ivoren armband, oorbellen, kralen en een glazen kruik. Voorwerpen die erop wijzen dat de vrouw destijds een hoge status had.
In de kist werd ook een bot gevonden met daarop de inscriptie Gegroet zuster, mag jij leven in God. Waarschijnlijk hoorde de vrouw bij een christelijke gemeenschap. Volgens de universiteit bevestigt ook haar voedingspatroon dat ze van hoge komaf was. De onderzoekers maten en bestudeerden verder de vormen van de schedel van de vrouw en maakten een gezichtsreconstructie.
Dr. Hella Eckardt van de universiteit zegt dat nu blijkt dat de multiculturele samenleving in Groot-Brittannië geen modern verschijnsel is. “De analyse bewijst het tegendeel van het idee dat Afrikaanse immigranten in het Romeinse Groot-Brittannië altijd een lage status hadden, man waren en veelal werden gebruikt als slaven.”
Uit het onderzoek blijkt dat de vrouw vermoedelijk uit Noord-Afrika kwam en emigreerde naar York. In de Romeinse periode was York (Eboracum) een belangrijk fort en stad in de Romeinse provincie Brittania. Er zijn verschillende resten van altaren gevonden en er was ook een christelijke gemeenschap. De plek werd regelmatig bezocht door de Romeinse keizers, waaronder Constantius I en Septimius Severus die beiden stierven in Eboracum. Severus kwam zelf ook uit Noord-Afrika.
- Boek: De Romeinse keizers
