In het boek Criminele Inlichtingen Eenheid. De spin in het web (Uitgeverij Aspekt, 2015) beschrijft Gerard Mak de vele facetten van het werk van de CIE. Deze Nederlandse organisatie bestrijdt de onderwereld. Voor veel mensen is het werk van de CIE onbekend terrein. Het onderzoek van de eenheid richt zich onder meer op Chinese triades, onderling strijdende motorgangs, de Turkse maffia, de georganiseerde misdaad en – meer recent – de vele afrekeningen binnen het Amsterdamse criminele circuit.
Werkzaam bij de politie, kwam schrijver Gerard Mak in 1984 voor het eerst in aanraking met het fenomeen ‘informant’, iemand die – als insider of undercover – de recherche inlichtingen verstrekt over wat er gaande is in de criminele wereld:
“Destijds had ieder politiekorps in Nederland, net zoals de Koninklijke Marechaussee, de rijksrecherche en de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingendienst (FIOD), de beschikking over een afdeling Criminele Inlichtingen Dienst. Na de parlementaire enquête (1995) inzake de inlichtingendiensten van Maarten van Traa, is de naam CID veranderd in Criminele Inlichtingen Eenheid. De essentie van die woordkeuze is mij altijd ontgaan, maar daar zal vast en zeker een complete interne commissie zich over gebogen hebben. Compleet met lunchafspraken en declaraties.” (9)
In het boek gaat Mak onder meer in op de taken en de werkwijze van de CIE, hoe ze hun informantenbestand opbouwen en de diverse motieven die de informanten er op na houden om met de politie samen te werken.
Runnen van informanten
Het vergaren van informatie over criminelen en hun activiteiten wordt in hoofdzaak door de CIE gedaan. Het verzamelen van informatie over misdaad en criminaliteit is hun dagelijkse werk. Daarbij is het belangrijk om, zoals dat in vakjargon heet, ‘informanten te runnen’:
“CIE-rechercheurs zijn de enige politieambtenaren die met informanten mogen werken. In de praktijk is hier een ander woord voor. Het runnen van informanten. Hoewel het runnen van informanten praktisch de hoofdtaak van hun dagelijkse werkuitvoering is, moeten zij die informanten ook zien te werven en plegen zij ook open of gesloten verkenningen om gegadigden te observeren. Een gesloten verkenning wil zeggen dat de CIE-rechercheurs incognito een gelegenheid bezoeken en opgaan in de massa. Een open verkenning daarentegen is het tegenovergestelde. In dergelijke gevallen maakt het niet uit of ze al dan niet als politieambtenaar of rechercheur bekend zijn.” (33,34)
Veel CIE-rechercheurs waren er overigens in de jaren 1980 en 1990 niet actief. In Amsterdam bijvoorbeeld, betrof het in deze decennia slechts vier CIE’ers die undercover opereerden. Toch wist de Amsterdamse CIE met een relatief kleine operationele bezetting de Chinese onderwereld, waarin de bende 14k Triade een centrale rol speelde, aan te pakken. Deze Chinese criminelen zijn operationeel vanuit Hong Kong, actief in het illegale gokcircuit, prostitutie en drugshandel, en hebben wereldwijd circa 25.000 leden.
Breed scala informanten
Hoe bouwt de CIE haar informantenbestand precies op? Belangrijk is dat het ledenbestand erg divers is en dat er bij calamiteiten onmiddellijk een breed scala informanten opgeroepen kan worden. Hierover schrijft Mak:
“Zo heeft de CIE vaste koppels die gespecialiseerd zijn in de financiële wereld. Voor veel CIE-rechercheurs een moeilijke materie, maar deze gespecialiseerde runners zijn op dat vakgebied experts geworden en hebben over het algemeen een ander soort informant dan de doorsnee CIE-rechercheurs. (…) De opbouw van een informantenbestand wordt strak geregisseerd door de CIE-chef en de CIE-officier. Die gespecialiseerde opbouw wordt nauw bekeken bij de jaarlijkse beoordeling van de informanten, waarbij de activiteit van de informant in samenhang met de geboekte resultaten van verstrekte processen-verbaal ,een belangrijke rol speelt.” (230,231)
Motieven van informanten
De motieven van personen die de CIE als informant voorzien van wetenswaardigheden uit het criminele circuit, kunnen heel divers zijn. Veelal spelen geldelijk gewin, schuldbesef en wraakzucht een rol bij het meewerken van ex-criminelen richting recherche / CIE. speciaal voor het verstrekken van tipgeld om informatie in te winnen via tipgevers, is de Regeling Bijzondere Opsporingsgelden:
“Het initiatief om criminele informatie te verschaffen ligt altijd bij de informant, die de informatie om welke reden dan ook, vrijwillig deelt met zijn CIE-runners. In de Regeling Bijzondere Opsporingsgelden wordt niet alleen de informant genoemd, maar ook de burgerinfiltrant en de burgerpseudokoper. Criminelen die hand- en spandiensten willen leveren, zijn [van deze regeling] uitgesloten.” (290,291)
Boek: Criminele Inlichtingen Eenheid. De spin in het web