Op 10 oktober 1985, vandaag 37 jaar geleden, overleed de Amerikaanse acteur-filmmaker Orson Welles. Hij blies zijn laatste adem uit in Hollywood, de stad waar hij triomfen had gevierd, maar het was een haat-liefdeverhouding geweest. Zijn as moest begraven worden in het Spaanse Ronda, de plaats waar hij zijn zomers het liefste had doorgebracht. Ook zijn landgenoot Ernest Hemingway kwam graag naar het stadje met haar romantische decor. Als een liefdesavontuur daar geen succes wordt, kan je maar beter je eigen vrienden zoeken, vond de schrijver.
Ronda
Jaren geleden, tijdens winterse omzwervingen door de Méditerranée, belandde ik in Ronda, een Zuid-Spaans bergstadje met zo’n 35.000 inwoners. In de zomer schijnt het een druk bezochte bestemming te zijn voor toeristen die van de costa’s een uitstapje maken naar het binnenland. Nu was het onder staalblauwe luchten in Spaanse winterrust gedompeld. In de velden buiten de stad kondigden krokussen het voorjaar aan. Wat een contrast met het waterkoude Nederland, waar ik nog maar een week eerder mijn hielen had gelicht vanuit een winderig station in de Randstad waar iedereen doelloos en gehaast had geleken.
De aantrekkingskracht van Ronda is goed te begrijpen. El Tajo, een diepe door eeuwenoude natuurstenen bruggen overspannen kloof, scheidt de staddelen. Onderin kronkelt een riviertje. Twee legendarische Amerikanen, de schrijver Ernest Hemingway en de filmmaker-acteur Orson Welles, ontdekten ieder voor zich de magie van deze plaats. Ze brachten er vele zomers door, zij het niet gezamenlijk. Ze onderhielden door de jaren heen een, in de woorden van Welles ‘vreemde vriendschap’. De heren hadden behalve een megalomane persoonlijkheid een voorliefde voor het stierengevecht gemeen. En voor een stierengevecht, de rituele dans met de dood van el toreador en el toro, kun je in Ronda heel goed terecht. De Plaza de Toros is de oudste nog bestaande arena van Spanje.
Orson Welles
Vijf kilometer buiten de stad bevindt zich de boerderij van de befaamde stierenvechter Antonio Ordóñez op wiens landgoed El Recreo de as van Orson Welles (1915-1985) is verstrooid, privéterrein waar je als gewone bezoeker niet welkom bent. Die moet zich behelpen met een monumentje in het stadspark dicht bij de kloof, waarmee Ronda haar beroemde gast sinds 2015 eert. Welles woonde ten tijde van zijn overlijden in de Verenigde Staten, maar bracht zijn vakanties door in Ronda, de stad waarover hij zei:
‘A man is not from where he is born, but where he chooses to die’.
Hij wilde voor altijd een ‘Rondeno’ blijven.
Orson Welles is vooral bekend van Citizen Kane (1941), de film die door critici nog altijd als beste aller tijden wordt bejubeld. Een paar eerder was hij in de VS een nationale bekendheid geworden toen hij de radioluisteraars de stuipen op het lijf had gejaagd met zijn hoorspel The War of the Worlds, naar een boek van H.G. Wells. Argeloze luisteraars dachten dat er een invasie was begonnen van Mars-bewoners.
In 1948 vertrok Welles uit de VS, waar het politieke klimaat hem te benauwd was geworden om in Europa toneel te gaan regisseren. Samen met talloze andere acteurs, schrijvers en journalisten stond hij op de beruchte lijst van senator McCarthy als verdachte van communistische sympathieën.
Â
Ernest Hemingway
Welles was niet de enige beroemdheid die graag in Ronda kwam. Ook de Amerikaanse schrijver Ernest Hemingway (1899-1961) verbleef vaak in de stad, die in zijn werk terugkeert:
Er is één stad die misschien beter is dan Aranjuez om je eerste stierengevecht te zien wanneer je van plan bent er alleen maar één te zien, en dat is Ronda. Daar moet je heen gaan wanneer je ooit naar Spanje op huwelijksreis gaat, of wanneer je er met iemand vandoor bent. De hele stad en de omgeving zover het oog reikt vormen een romantisch decor, en er is daar een hotel dat zo comfortabel is, zo goed gedreven wordt, waar je zo lekker kunt eten en waar je ’s nachts gewoonlijk een koel briesje hebt dat, als een huwelijksreis of een liefdesavontuur in Ronda, met het romantische decor en het moderne comfort, geen succes wordt, je net zo goed richting Parijs kunt vertrekken en daar elk je eigen vrienden kunt zoeken. Death in the Afternoon
In zijn roman For Whom the Bell Tolls (1940) is Ronda het decor van de dood, waar de fascisten hun gevangenen van de bruggen in het ravijn te pletter gooiden.
Hemingway reisde in 1937 naar Spanje om voor een Amerikaanse krant verslag te doen van de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939). Hij was een van de vele schrijvers die zich in deze oorlog mengden. George Orwell, André Malraux en John Cornford namen deel aan gevechten. John Dos Passos, W.H. Auden, Stephen Spender, Antoine de Saint-Exupéry en Hemingway keken liever van een afstandje naar de krijgshandelingen. Al droeg ieder zijn steentje bij aan de republikeinse zaak.
Zo maakte Hemingway met de uit Nijmegen afkomstige cineast Joris Ivens (1898-1989) The Spanish Earth (1937), een propagandafilm waarbij de schrijver de tekst voor de voice-over schreef. Ivens herinnerde zich Hemingway als ‘een man van actie’, een ‘eenvoudig en direct mens, een soort uitgegroeide padvinder die indruk maakte door zijn fysieke verschijning en zijn manier van uitdrukken.’ Anders dan de communist Ivens koesterde Hemingway aanvankelijk geen antifascistische gevoelens. Voor hem bestond de Burgeroorlog uit twee kampen met in ieder kamp mensen die vochten. De oorlog veroordeelde hij, moed en heldendaden verheerlijkte hij. Pas toen alle bullfighters en barkeepers die hij kende zich in het Republikeinse kamp bleken te bevinden, maakte Hemingway zijn keuze.
Ernest Hemingway en Joris Ivens: The Spanish Earth (1937)
Ivens filmploeg, waar Hemingway onderdeel van uitmaakte, filmde iedere dag aan het front niet ver buiten Madrid om ’s avonds terug te keren naar de comfortabele omgeving van hotel Florida. De volgende dag werden ze weer opgehaald door een auto, om zich weer bij de soldaten in het veld te voegen. De mannen die ze gisteren hadden gefilmd, bleken de volgende ochtend soms gesneuveld.
Via Hemingways toenmalige vriendin Martha Gellhorn (ze trouwden in 1940), die bevriend was met de first lady Eleanor Roosevelt, belandden de schrijver en de cineast in het Witte Huis waar ze de film aan de president lieten zien. Die was onder de indruk, maar Hemingways poging om het Amerikaanse wapenembargo aan de orde te stellen had geen effect. Toen de kranten er lucht van kregen dat president Roosevelt de communist Ivens op bezoek had, waren de reactionaire rapen gaar:
‘Het Witte Huis als gastheer van de rode cineast’.
Toen Ivens en Hemingway hun film in Hollywood vertoonden, troffen ze gulle gevers aan de Republikeinse zaak. Jaren later mochten de cheques van vijfhonderd of duizend dollar op de aandacht rekenen van senator McCarthy, de communistenjager die Orson Welles uit de VS verdreef.
Ook na afloop van de Burgeroorlog, die generaal Franco aan het bewind had gebracht, bleef Hemingway Spanje bezoeken. Hij werd aangetrokken door de trots en het temperament van zijn inwoners. Bovendien was de cognac er goedkoop en was er altijd wel ergens een stierengevecht in een van de vele arena’s. In The Sun Also Rises (1926) schrijft Hemingway over de Encierro, het stierenrennen in Pamplona. Death in the Afternoon (1932) is een ode aan de klassieke kunst van het stierenvechten, het zweet, de geluiden, de opwinding, de tragiek en de onvermijdelijke dood op de hete gewelddadige Spaanse namiddag.
Een vreselijk gevecht
Dat Hemingway niet alleen de tekst van het commentaar bij The Spanish Earth voor zijn rekening nam maar het ook zou inspreken, was aanvankelijk niet de bedoeling. Dat zou de taak van de Amerikaanse schrijver John Dos Passos zijn. Toen deze zich van het project terugtrok werd Orson Welles gevraagd.
Joseph McBride schrijft in What Ever Happened to Orson Welles? hoe de acteur in de studio arriveerde. Daar zat Hemingway een fles whisky te drinken. Welles leverde commentaar op de door Hemingway geschreven tekst die hij te pompeus vond. Een bepaalde scène zou beter af zijn zonder tekst. Hemingway werd woest:
‘Some damn faggot who runs an art theater trying to tell me how to write narration.’
Welles wist volgens de schrijver niets van oorlog af. De heren pakten hun stoel op en er ontstond een vreselijk gevecht met op de achtergrond de geprojecteerde beelden van de Spaanse Burgeroorlog. Gelukkig bleef de whiskyfles gespaard zodat de kwestie eindigde met een toast én een vriendschap.
Dat uiteindelijk Hemingway de commentaarstem insprak en de door Welles gesproken tekst niet werd gebruikt was een keuze van Ivens. Die vond Welles’ stem te gepolijst en niet passen bij het onderwerp. Maar die van Hemingway wel. Het resultaat was volgens Ivens verbazingwekkend. Tijdens het inspreken van zijn tekst raakte Hemingway weer in de ban van de emoties die hij aan het front had gevoeld. Zijn commentaar kreeg een lading die geen enkele andere stem erin had kunnen leggen.
Â
Onvoltooide film
Welles’ ontmoeting met Hemingway en de vriendschap die er uit voortkwam staat ook aan de basis van het script voor The Other Side of the Wind. Welles schreef de film eind jaren zestig en draaide hem in de jaren zeventig van de vorige eeuw. Door financiële tegenslagen en juridische problemen was de film ten tijde van Welles overlijden nog altijd onvoltooid, waardoor het een mythische status kreeg onder filmfans, die spraken van de heilige graal van Hollywood. In 2018 vond onder een verdeelde ontvangst van de critici de langverwachte de première plaats op het filmfestival van Venetië. Een tweede Citizen Kane was het niet geworden.
The Other Side of the Wind gaat over een door John Huston gespeelde Hollywood-regisseur op leeftijd, Jake Hannaford. Deze is gemodelleerd naar de figuur van een oudere Ernest Hemingway met diens karakteristieke baard. Maar er zijn meer overeenkomsten. Zowel de hoofdpersoon uit Hemingways The Sun also Rises als uit The Other Side of the Wind heten Jake. De film-Jake en Hemingway plegen allebei zelfmoord. Terwijl de hoofdpersoon uit Hemingway’s boek impotent is als gevolg van een oorlogswond, is Jake Hannaford een latente homoseksueel. Het is een grapje van Welles die er altijd aardigheid in had om de macho-schrijver, die hem eens uitmaakte voor ‘damn faggot’, belachelijk te maken. Â
Bronnen â–¼
– Joris Ivens en Robert Destanque, Aan welke kant en in welk heelal. De geschiedenis van een leven (1983).