De maanden december en januari zijn voor veel Nederlanders maanden waarin allerlei lekkernijen gemaakt en gegeten worden. Oliebollen bakken, wafels, kniepertjes en speculaas: het kan niet op. Als je van bakken of banketbakken houdt of daarin geïnteresseerd bent, moet je zeker eens een bezoek brengen aan het gezellige Nederlands Bakkerijmuseum in Hattem (Overijssel). Hier leer je alles over de geschiedenis van banketbakken. Bijvoorbeeld dat banketbakken al duizenden jaren oud is. De eerste banketbakkers kwamen uit het Midden-Oosten en waren Hebreeërs.
Banketbakker, suikerbakker, patissier
Een banketbakker wordt ook wel suikerbakker genoemd, vanwege het ruimschoots gebruik van suiker bij het bakken, of (in Vlaanderen) patissier. Anders dan broodbakkers maken banketbakkers allerlei lekkernijen. Dit kunnen koeken zijn, gebak, oliebollen, taart, cake, wafels, chocoladeproducten of marsepein.
Hebreeërs waren eerste banketbakkers
Er bestaat onder historici geen discussie over wie de eerste banketbakkers waren. Dat waren de Hebreeërs die leefden in de huidige landen Israël, Jordanië en Irak. Zij maakten in het tweede millennium voor Christus al banket. De zoete hapjes uit de Arabische wereld vielen bij de mensen goed in de smaak. Waarschijnlijk waren de Grieken een van de eerste volken die de banketlekkernijen in Europa introduceerden. In Griekse toneelstukken wordt meermalen melding gemaakt van het nuttigen van taarten en pasteien. Op de website van het Bakkerijmuseum in Hattem lezen we over vermeldingen in de Bijbel van deze Hebreeuwse banketbakkers:
“Het Boek van Samuel beschrijft ons hoe zij vele soorten brood en koeken bakten die bestemd waren als offergaven. Op al hun omzwervingen namen zij hun stenen en hun mortieren mee om het graan te pletten.”
De rol van kruistochten en kloosters
De Arabische lekkernijen gemaakt van suiker, werden in de Middeleeuwen via de kruistochten en ontdekkingsreizigers in Europa populair. Kruisvaarders namen suikerriet mee naar huis. Overigens, dat is een aardig detail, is het woord suiker van oorsprong een Arabisch woord: al-zukar, dat weer is afgeleid van het Sanskriet śarkarā.
Interessant is hierbij ook de rol die kloosters speelden. Zij hadden een grote invloed op de verspreiding van bak-kennis en banket in West-Europa. Via de kruistochten kwamen naast suiker namelijk ook allerlei nieuwe exotische recepten, kruiden en specerijen naar Europa. In de kloosters gingen nonnen en kloosterbroeders met deze lekkernijen aan de slag. Lekkernijen als taaitaai, peperkoeken en Lebkuchen (zoete koeken in allerlei smaken en soorten) vinden hun oorsprong in de kloosterwereld. Ook de eerste West-Europese kookboeken zijn geschreven in kloosters.
Website: Nederlands Bakkerijmuseum Hattem
Boek: Kleine geschiedenis van de Nederlandse keuken – Jacques Meerman
Lees ook: Houd je waf(f)el!!
Bronnen ▼
Internet
-http://www.bakkerijwiki.nl/index.php?t=8&h=65
-http://www.bakkerijwiki.nl/index.php?t=8&h=65&s=150
-https://nl.wikipedia.org/wiki/Banket_(gebak)