Heineken: “Z’n daden benne chiek”

4 minuten leestijd
Gezellige mensen halen Heineken in huis (Stadsarchief Amsterdam)
Gezellige mensen halen Heineken in huis (Stadsarchief Amsterdam)

Gerard Heineken is de stamvader van het bierimperium Heineken. Als biermagnaat leverde hij een belangrijke bijdrage aan de economische en culturele opbloei van Amsterdam vanaf ongeveer 1870. Historica en schrijfster Annejet van der Zijl schreef een boeiende biografie van een al even boeiende man, die – op de wijs van “Piet Hein, zijn naam is klein” – door zijn personeel bejubeld werd als ‘Geert Hein’.

Gezellige mensen halen Heineken in huis (Stadsarchief Amsterdam)
Gezellige mensen halen Heineken in huis (Stadsarchief Amsterdam)
Reclamekaart voor exportbieren van Heineken's Bierbrouwerij Maatschappij, 1890-1900 (Stichting Heineken Collection)
Reclamekaart voor exportbieren van Heineken’s Bierbrouwerij Maatschappij, 1890-1900 (Stichting Heineken Collection)
Annejet van der Zijl is een van de meest gelezen literaire non-fictieschrijvers van Nederland. Ze publiceerde in 2002 een biografie van Annie M.G. Schmidt en promoveerde in 2010 als historica op Bernhard. Een verborgen geschiedenis. Beide boeken verkochten prima en trokken veel aandacht in de pers. Met haar proefschrift over Bernhard won Van der Zijl de M.J. Brusseprijs 2011 voor het beste journalistieke boek. Gerard Heineken. De man, de stad en het bier is net als de voorgaande boeken van Van der Zijl lekker leesbaar en goed gedocumenteerd.

Slappe, inspiratieloze tijdgeest

Gerard Adriaan Heineken kwam in 1841 ter wereld in Amsterdam. Praktisch op hetzelfde moment schreef E.J. Potgieter, slechts een paar grachten verderop, zijn bekend geworden scherpe artikel ‘Jan, Jannetje en hun jongste kind’. In dit stuk bekritiseerde Potgieter de zijns inziens slappe en inspiratieloze tijdgeest in Nederland, aan de hand van het personage Jan Salie. Waar Jan Salie symbool stond voor slapheid en provincialisme, zou de naam Heineken – maar dat wist toen natuurlijk nog niemand – het uithangbord worden van het tegenovergestelde: de bruisende Hollandse handelsgeest.

Uitgesproken bederfelijk

In 1863 kocht Gerard, hij was 22 jaar, een oude vervallen brouwerij op: De Hooiberg. De brouwerij lag vlak achter de Nieuwe Kerk op de Dam, dichtbij zijn ouderlijk huis. Gerards startpositie was beroerd, want op dat moment was investeren in bier een riskante onderneming en Gerard stapte in een ondernemingsbranche die hij niet kende:

“Bier stond bekend als een lastig en bewerkelijk product, waar veel dure grondstoffen voor nodig waren. Het was uitgesproken bederfelijk en bepaald geen pakhuisartikel (…) Bovendien was de vraag naar bier, in de zeventiende eeuw nog dé nationale volksdrank, sindsdien alleen maar teruggelopen. Beter gesitueerden gaven de voorkeur aan wijn, koffie, cacao en thee, terwijl de arbeiders massaal overgegaan waren op beter houdbare en verslavender dranken als jenever en brandewijn. In een poging hun winsten op peil te houden waren brouwers in de loop van de eeuwen steeds slechtere grondstoffen gaan gebruiken. Hierdoor had het bier nog verder aan populariteit ingeboet. Het brouwwezen genoot in deze jaren dan ook weinig aanzien: wat betreft maatschappelijk prestige stond een brouwer op de sociale ladder zelfs lager dan een koopman. Daarbij kwam nog eens de omstandigheid dat Gerard, zoals hij later aan zijn moeder zou schrijven, niet eens wist hoe ook maar het simpelste bier gemaakt werd.” (38,39)

‘Zijn naam is klein’

Door een drievoudige aanpak begon Gerards brouwerij vrij snel goed te lopen. Ten eerste ging hij zich stevig verdiepen in Engelse en vooral Duitse brouwmethoden. In de tweede plaats behandelde hij vanaf het begin zijn klanten eerlijk en met groot respect. Hij adviseerde ze niet te veel tegelijk te bestellen omdat het bier anders zou vergaan, en als het bier niet goed genoeg was kregen de klanten steevast hun geld terug. Ten slotte zorgde Heineken voor goede nationale en internationale netwerken: al in 1864 stelde hij in heel Nederland vertegenwoordigers aan, en ook nam hij een paar buitenlanders in dienst die alles van bierbrouwen wisten.

De zaken gingen vanaf het begin vrij voorspoedig en in september 1865 kocht Heineken een stuk grond in de Binnendijkse Buitenveldertse polder, waar hij ter hoogte van het voormalige bolwerk De Wetering een moderne fabriek liet bouwen. Heineken behandelde de arbeiders die hier aan het werk gingen goed: hij liet fraaie woningen voor ze bouwen en was wars van hiërarchische structuren binnen het bedrijf. Iedereen was even belangrijk voor de totstandkoming van kwalitatief goed bier. Bij de eerste steenlegging van de nieuwe fabriek, op 17 mei 1867, zong het personeel hem het ‘Vijfhoekig Lied’ toe:

“Geert Hein, Geert Hein z’n naam is klein; z’n daden bennen chiek; hij bouwde een grote Bierfabriek.”

Ruimhartige weldoener

Net als de joodse ondernemer Samuel Sarphati – die de bouw van het Amsterdamse Paleis van de Volksvlijt in 1864 faciliteerde – was Heineken een belangrijke persoon achter de economische en culturele bloei van Amsterdam vanaf het midden van de negentiende eeuw. Heineken was een ruimhartige weldoener die flink investeerde in de aanleg van het belangrijke Noordzeekanaal (gereed in 1876), het Amstel Hotel en het stadspark in het zuiden van Amsterdam.

Met name vanaf 1870 begon de Heineken-fabriek te lopen als een trein. In dat jaar werkte een aantal gebeurtenissen in het voordeel van de Nederlandse en Amsterdamse economie, en dus ook van Amsterdamse ondernemer. In Zuid-Afrika werden ongekend rijke diamantvelden ontdekt, die zorgden voor een opleving van de Amsterdamse slijpersindustrie. De afschaffing van het Cultuurstelsel in Nederlands-Indië veroorzaakte een opleving van handel in koffie, thee, tabak, cacao en kruiden, een ontwikkeling die versterkt werd door de opening van het Suezkanaal een jaar eerder. En ten slotte brak op 19 juli 1870 een oorlog uit tussen Frankrijk en Duitsland, waardoor de import van het populaire Duits-Beiers bier op z’n gat kwam te liggen.

Wereldconcern

Gerard Heineken - Annejet van der Zijl
Gerard Heineken – Annejet van der Zijl
Het fortuin dat Heineken uiteindelijk opbouwde, trok ook duistere figureren aan. Zoals ontevreden aandeelhouders en een zwager die hem probeerde te chanteren. Maar het liep allemaal goed af met het bedrijf Heineken. Een aantal dagen na de Drooglegging in de Verenigde Staten (1929) begon Heineken zijn bier naar Amerika te exporteren. Na de Tweede Wereldoorlog versterkte het familieconcern, onder leiding van Freddy Heineken, zijn positie, vooral nadat het in 1968 de Amstelbrouwerij overnam.

Boek: Gerard Heineken – Annejet van der Zijl

Bekijk dit boek bij:

Bekijk dit boek bij Historiek Geschiedenisboeken

0
Reageren?x
×