Herman Wiardi Beckman, roepnaam Stuuf, was een prominent lid van de Sociaal Democratische Arbeiders Partij (SDAP) en hoofdredacteur van kranten van De Arbeiderspers. In de Tweede Wereldoorlog was hij actief voor het verzet. Wiardi Beckman overleefde de oorlog niet. Hij stierf op 15 maart 1945 in concentratiekamp Dachau.
Herman Bernard Wiardi Beckman werd op 4 februari 1904 geboren in Nijmegen, in een artsengezin. Vooral door zijn moeder Everdina raakte de jonge ‘Stuuf’ geïnspireerd door het socialisme. Hij volgde een studie geschiedenis in Leiden, waar hij onder meer lessen kreeg van de beroemde historicus Johan Huizinga (1872-1945). In deze tijd was hij onder meer actief lid van de Sociaal-Democratische Studenten Club.
Op aanraden van de latere PvdA-fractievoorzitter Marinus van der Goes van Naters (1900-2005) meldde Wiardi Beckman zich al op zijn achttiende aan als lid van de SDAP. Volgens de naar de politicus vernoemde Wiardi Beckman Stichting zag de jonge socialist…
“…zijn deelname als een plicht van solidariteit van iemand die in alle opzichten bevoorrecht was.”
In 1931 promoveerde Wiardi Beckman tot doctor in de letteren, op een historische studie over het syndicalisme in Frankrijk. Hij onderhield in deze periode ook nauw contact met Pieter Jelles Troelstra (1860-1930), die hem gevraagd had mee te helpen bij het schrijven van zijn memoires. Na het overlijden van Troelstra redigeerde Wiardi Beckman het laatste deel van diens Gedenkschriften.
Pieter Jelles Troelstra met zijn vrouw en biograaf Wiardi Beckman:
Politicus
Mede dankzij zijn werkzaamheden voor Troelstra kreeg Wiardi Beckman hierna een betrekking bij het socialistische dagblad Het Volk. Hij werkte hier eerst als assistent-hoofdredacteur en later als algemeen politiek hoofdredacteur (1937-1940), waarbij hij zich vooral bezighield met de Amsterdamse gemeentepolitiek.
In 1937 werd hij tevens lid van de Eerste Kamer. Wiardi Beckman had inmiddels een aanzienlijke invloed op de koers van de SDAP. De Wiardi Beckman Stichting:
“In feite was Wiardi Beckman de belangrijkste auteur van het in 1937 aanvaarde nieuwe Beginselprogramma van de SDAP, waarmee zijn invloed ver reikte over de bezettingsjaren heen. Het eerste beginselprogramma van de naoorlogse Partij van de Arbeid vertoont met Wiardi Beckmans tekst immers grote gelijkenis. Wiardi Beckman verdedigde deze op het congres van 1937, dat het programma vaststelde.”
Als politicus stond Wiardi Beckman, die vanwege bovenstaande ook beschouwd wordt als een van de wegbereiders van de PvdA, bekend als een echte democraat en anti-communist. Hij was niet direct een voorstander van een felle klassenstrijd en zag meer in samenwerking van de sociaal vooruitstrevende krachten in Nederland. In het Beginselprogramma van de SDAP pleitte hij onder meer voor een behoorlijke defensie en betere landsverdediging. In de Eerste Kamer zei hij hierover in 1939:
“Het is veel waard, dat men weet in het buitenland, dat ons volk één is in bereidheid om voor het behoud van het vrije Nederland offers te brengen; één is in den wil om onze zelfstandigheid ongerept te bewaren.”
Tweede Wereldoorlog
Bij de mobilisatie in september 1939 meldde Wiardi Beckman zich vrijwillig bij het leger. In de meidagen van 1940 werd hij vervolgens als reserve-eerste-luitenant gedetacheerd bij de Generale Staf van generaal Henri Winkelman. In die hoedanigheid sprak hij op 20 mei 1940, namens de generaal, op de Grebbeberg een korte rede uit ter nagedachtenis aan de gesneuvelden. Ook schreef hij, samen met zijn NRC-collega Maarten Rooij, de tekst voor Winkelman’s capitulatietoespraak.
Na de capitulatie keerde Wiardi Beckman niet terug naar dagblad Het Volk, omdat hij het onmogelijk achtte in bezettingstijd daar zijn werk nog te kunnen doen. In plaats daarvan werd hij lid van de redactie van illegale krant Het Parool en lid van de illegale partijleiding van de SDAP.
Na een verzoek daartoe van koningin Wilhelmina en minister-president Gerbrandy probeerde Wiardi Beckman op 18 januari 1942 per boot naar Engeland te ontsnappen. Hij had daar toe moeten treden tot de regering in ballingschap, maar werd op het strand van Scheveningen gearresteerd. Wiardi Beckman belandde hierna, als ‘Nacht und Nebel’-gevangene, via Amersfoort en Vught in concentratiekamp Natzweiler, waar hij net als veel andere gevangenen zwaar werk in een steengroeve moest verrichten. Een mede-gevangene, Arie van Soest, die niet in de steengroeve werkte en vreesde dat ‘Stuuf’ zou bezwijken onder het zware werk, besloot zijn relatief eenvoudige kampbaantje met hem te ruilen. Van Soest zei daarover later:
“Ik moest er wel over denken, maar ik heb het gedaan. Ik had een groot respect voor Wiardi Beckman. Hij had alles om eventueel minister-president te worden.”
Juli 1944 werd de politicus overgeplaatst naar Dachau, waar hij op 15 maart 1945 aan de vlektyfus overleed. Een van zijn medegevangenen, de dichter Ed. Hoornik (1910-1970), schreef later in een in memoriam:
“Toen schoof hij zacht zijn arm onder de mijne door.
Zeg mij – zijn stem werd warm – aan wien ik toebehoor.”
Kort na zijn overlijden maakte een Poolse kampgevangene in het grootste geheim een dodenmasker van Wiardi Beckman. Dat hangt tegenwoordig in het hoofdkantoor van de PvdA.
Het dodenmasker van Wiardi Beckman
Postuum
Na de oorlog kreeg de verzetsman en politicus postuum het Verzetskruis 1940-1945 toegekend. De Partij van de Arbeid heeft haar wetenschappelijk bureau naar de politicus vernoemd: de Wiardi Beckman Stichting.
Boek: Brieven van Wiardu Beckman
Bronnen ▼
-https://socialhistory.org/bwsa/biografie/wiardi-beckman
-https://www.parlement.com/id/vg09llcxz5yj/h_b_stuuf_wiardi_beckman
-https://www.verzetsmuseum.org/museum/nl/tweede-wereldoorlog/themas/geen-nummers-maar-namen/herman-stuuf-wiardi-beckman
–De bus uit Dachau – Jos Schneider en Gijs van de Westelaken (Balans, 2018)