Bij Museum Het Dolhuys in Haarlem is vanaf juli een tentoonstelling te zien over de Deense kunstenaar Ovartaci. Deze zogenaamde oppergek verbleef ruim vijftig jaar in de psychiatrische inrichting van Aarhus in Denemarken en groeide daar uit tot het ‘hoofd der dwazen’.
De bijzondere kunstenaar werd in 1894 geboren onder de naam Louis Marcussen. De Deen vond zijn roeping als schilder en reisde op 31-jarige leeftijd naar Argentinië. Tijdens zijn verblijf in dit land kreeg hij te kampen met een psychische aandoening.
Na zijn terugkeer in Denemarken werd hij opgenomen in een psychiatrische inrichting. Deze inrichting zou hij nooit meer verlaten. De kunstenaar gaf zichzelf de naam Ovartaci, wat ‘Oppergek’ betekent. Ovartaci overleed, na een 56-jarig verblijf in de psychiatrische inrichting van Aarhus, in 1985. Hij werd 91 jaar oud.
Ovartaci was gefascineerd door het vrouwelijk schoon en wilde zelf ook graag vrouw zijn. Op 22 juli 1951 besloot hij zichzelf daarom met een beitel te ontmannen. Vervolgens maakte hij een schilderij met als titel: ‘De dag van mijn bevrijding’. Deze zomer is het precies vijftig jaar geleden dat Ovartaci ‘vrouw’ is geworden.
Op Ovartaci´s schilderijen zijn veel vrouwelijke figuren, geïnspireerd door de Oosterse cultuur en Egyptische Oudheid, te zien.
Buiten Denemarken wordt niet vaak werk van Ovartaci tentoongesteld. Na België is Nederland het tweede land in Europa waar werk van de zogenaamde outsiderkunstenaar te zien is.
Museum Het Dolhuys is gevestigd in een voormalig ‘dolhuis’ in Haarlem. Vroeger werden hier krankzinnigen, leprozen en pestlijders gehuisvest. Tegenwoordig is het het nationaal museum van de psychiatrie. De tentoonstelling Ovartaci – Oppergek is er te zien van 1 juli tot en met 11 september 2011.