Het zijn lang niet altijd alleen mannen die de lijsten van rijksten vullen. Zie Johanna Borski: zij verdiende goud geld en redde intussen de Nederlandsche Bank van de ondergang.
In de tijd van Johanna Borski (1764-1846) was zakendoen een mannenaangelegenheid, voor vrouwen verboden. Alleen weduwes mochten de zaak van hun man overnemen. Maar ook dat was niet makkelijk, want op de beursvloer en op aandeelhouders-vergaderingen waren vrouwen niet welkom.
Toch werd Borski na de dood van haar man Willem in 1814 de machtigste persoon in Nederlands financiële centrum. Ze wordt zelfs ‘de financier van Nederland’ genoemd, omdat ze in 1816 voor twee miljoen gulden aan aandelen van De Nederlandsche Bank kocht. De bank was twee jaar eerder opgericht door koning Willem I, met als doel kredieten te verstrekken en de economie een impuls te geven.
De Amsterdamse zakenwereld zag de bank vooral als concurrent en saboteerde de aandelenuitgifte. Zakenlieden die altijd vooraan stonden bij nieuwe initiatieven, kochten nu niets. Door Borski’s aankoop steeg onder de andere handelaren de interesse en binnen een maand verkocht de zakenvrouw bijna de helft van haar aandelen met flinke winst.
Op bezoek
Omdat Borski als vrouw op de belangrijke plekken niet welkom was, zond ze mannelijke compagnons naar bijeenkomsten. Zelf deed ze zaken vanuit haar huis aan de Amsterdamse Keizersgracht. Wie wat van Johanna wilde, moest bij haar op bezoek op haar etage. Daar hadden sommigen veel voor over, blijkt uit het verhaal van een oudere makelaar die moeite had met traplopen. Hij zou zich in een turfmand omhoog hebben laten hijsen om met Johanna te kunnen onderhandelen.
https://www.youtube.com/watch?v=zBcdTJyEm4A