Narcissus is een figuur uit de Griekse mythologie die verliefd werd op zijn eigen spiegelbeeld. De psychologische term narcisme is van zijn naam afgeleid.
Narcissus was de zoon van de stroomgod Cephissus en de najade (waternimf) Liriope. Een van de bekendste verhalen over Narcissus speelt zich af rond de praatzieke oreade (bergnimf) Echo. Deze nimf was ooit door de godin Hera gestraft voor haar onophoudelijke gepraat. Als straf kon ze alleen nog maar mensen napraten.
Op een dag viel Echo’s oog op Narcissus. De bergnimf werd smoorverliefd op de jongeling, maar haar liefde met hem delen kon ze niet. Ze kon hem immers alleen maar napraten. Echo had duidelijk beter verliefd kunnen worden op iemand anders. Narcissus kon ook weinig interesse opbrengen voor anderen. Hij was vooral met zichzelf bezig en genoot van de jacht.
Volgens de dichter Ovidius was Narcissus tijdens een van zijn jachtpartijen op een dag alleen en hoorde hij iets ritselen in het bos. Toen hij hardop vroeg wie daar was kon Echo alleen maar antwoorden door hem na te praten. “Wie is daar?”, vroeg de nimf die op slag verliefd was op de jongeling. Narcissus vroeg hierop aan de stem zich openbaar te maken. Echo herhaalde opnieuw de vraag die ze de jongen had horen stellen en deed dat nogmaals toen de jongeling wat geïrriteerd vroeg waarom hij werd genegeerd. Toen Echo besloot zich openbaar te maken en Narcissus tegemoet trad, keerde deze haar gelijk de rug toe. Echo trok zich hierop verdrietig terug in een grot en kwijnde langzaam weg. Alleen haar stem bleef bestaan. Hij is nog altijd te horen, bijvoorbeeld als je geluid maakt in een holle ruimte of grot, waar het geluid weerkaatst.
Er zijn meer verhalen die getuigen van de lompe manier waarop Narcissus mensen die hem liefhadden verjaagde. Een van de vrouwen die Narcissus tevergeefs probeerde te verleiden, vroeg de goden de jongen te straffen omdat hij haar liefde niet had beantwoord. Die straf kwam er. Tijdens een jachtpartij wilde Narcissus wat drinken uit een rivier. In het gladde wateroppervlak zag hij toen zijn evenbeeld. Eindelijk gebeurde dan wat altijd onmogelijk had geleken: Narcissus werd verliefd. Eindelijk zag hij iemand die zijn aandacht trok en die hem met liefde vervulde. Narcissus werd verliefd op zichzelf. Een onmogelijke liefde, want hoe hij ook probeerde, kussen of omhelzen kon hij zichzelf niet. Steeds als hij vooroverboog, zich in de richting van de weerspiegeling in het water bewoog en probeerde zijn evenbeeld te kussen en omhelzen, vluchtte zijn geliefde weg, om na enkele momenten rimpelend weer onaantastbaar terug te keren in het wateroppervlak.
Psychologie: narcisme
De beroemde psychiater Sigmund Freud (1856-1939) maakte gebruik van het verhaal van Narcissus toen hij een benaming wilde vinden voor mensen die voortdurend bezig zijn met hun eigen schoonheid of grootsheid. Hij noemde hen narcisten en de persoonlijkheidsstoornis kreeg de naam narcisme. Van narcisten wordt onder meer gezegd dat ze een gebrek aan inlevingsvermogen hebben, niet in staat zijn kritiek te verdragen en in contact met anderen vooral bezig zijn zichzelf belangrijk te maken.
Boek: Mythen, legenden, vertellingen: een cultuurhistorische reis langs wereldmythen en legenden
Overzichtspagina: Griekse mythologie