Oorlogsprofiteur, levensgenieter, spion, rokkenjager. Zakenman Oskar Schindler (1908-1974) was het allemaal, maar toch zal hij vooral voortleven als de man van Schindler’s List: redder van ongeveer 1.200 Joodse levens tijdens de Holocaust.
Oskar Adolf Schindler werd geboren op 28 april 1908 in Zwittau (Svitavy), Moravië: destijds Oostenrijk-Hongarije, nu Tsjechië. Oskar groeide met zijn zus Elfriede op in een Sudeten-Duitse middenklassefamilie. Vader Hans had een bedrijf in landbouwmachines. Na een onbezorgde jeugd werkte hij voor zijn vader, maar de jonge Oskar hield zich liever bezig met motorsport en reed zelfs mee in enkele races. Nog voor zijn twintigste trouwde hij in 1928 met Emilie Pelzl. Hoewel het stel nooit zou scheiden, bleef het huwelijk kinderloos en had Oskar tal van buitenechtelijke affaires. Met een van die vrouwen, jeugdvriendin Aurelie Schlegel, kreeg hij begin jaren dertig een zoon en een dochter. Net als zijn vader had hij bovendien een voorliefde voor alcohol.

Oorlogsprofiteur in Krakau
Na de Duitse invasie en bezetting van Polen in 1939 verhuisde Schindler naar Krakau, nog steeds als Abwehr-agent, maar ook als een ondernemer die kansen rook. Emilie bleef in hun huis in Ostrava, maar kwam regelmatig over. Op advies van de Joodse Itzhak Stern – die als accountant werkte voor een Abwehr-collega – nam Schindler onder gunstige voorwaarden de failliete Rekord potten- en pannenfabriek over. Het voormalige Joodse bedrijf in Zabłocie bij Krakau werd omgedoopt tot de Deutsche Emailwarenfabrik (DEF) – al snel beter bekend als Emalia.
In eerste instantie was Schindler een opportunistische oorlogsprofiteur die handig gebruik maakte van zijn netwerk om lucratieve contracten met het leger binnen te slepen voor levering van keukengerei aan het Duitse leger. Voordelig geproduceerd door goedkope Joodse arbeidskrachten: eerst een handvol, later ruim duizend. Als bedrijfsleider benoemde Schindler een van de voormalige eigenaren van de Rekord-fabriek, Abraham Bankier. Meer nog dan Stern (in de film Schindler’s List samengevoegd tot één karakter) was Bankier van groot belang voor het succes van de emaillefabriek. Zijn contacten op de zwarte markt waren onmisbaar bij het omkopen van Schindlers nazi-contacten en om zijn Joodse werkers te voorzien van voldoende eten en andere voorzieningen om te kunnen overleven.

Fabriek als veilige haven
Ondanks Schindlers flirt met de nazi-partij was het bijbehorende antisemitisme hem vreemd. Sterker nog, zijn goede relatie met zijn Joodse medewerkers en de dreigende Endlösung van de Joodse gemeenschap in Krakau zorgden voor een omslag bij Schindler:
Ik haatte de wreedheid, het sadisme en de waanzin van het nazisme. Ik kon niet passief toekijken hoe mensen werden vernietigd.

Tijdens de bloedige liquidatie van het Krakause getto (maart 1943) hield Schindler zijn Joodse werkers veilig in zijn fabriek. Het plan was om alle overgebleven Joodse dwangarbeid te concentreren in kamp Płaszów, aan de rand van de stad, waar SS-commandant Amon Göth een schrikbewind voerde. Gebruikmakend van zijn charisma en smeergeld, kreeg Schindler in 1943 toestemming om een eigen subkamp te vestigen op het terrein van zijn fabriek, 2,5 kilometer verderop. Terwijl de ongelukkigen in Płaszów elke dag moesten vrezen voor hun leven, was Emalia voor de ruim 1.000 Joodse arbeiders voorlopig een relatief veilige haven.
De Lijst
Dat veranderde in 1944, na de snelle opmars van het Rode Leger. De nazi-top besloot om concentratiekamp Płaszów inclusief alle subkampen te ontruimen, en de gevangenen te liquideren of naar andere kampen te deporteren. Schindler zag het dreigende gevaar en zette zijn hele vermogen op het spel om toestemming te krijgen zijn fabriek volledig om te vormen tot wapenfabriek en te verplaatsen naar Brünnlitz (het huidige Brněnec in Tsjechië), in zijn geboortestreek. Hij betaalde smeergeld voor iedere naam op zijn beroemde lijst van circa 1.200 ‘onmisbare’ Joodse arbeiders – onder wie ook enkele Joodse werkers uit de uniformfabriek van Julius Madritsch.1

Met een week vertraging, na een tussenstop in concentratiekamp Groß-Rosen, arriveerde in oktober 1944 een transport van 700 mannen in Brünnlitz. Veel zorgwekkender was dat, door een misverstand, 300 vrouwen naar Auschwitz waren gestuurd. Pas na drie angstige weken wist Schindler ook hen in veiligheid te brengen, nadat hij zijn secretaresse en minnares Hilde Albrecht met diamanten op pad had gestuurd om de groep veilig in Brünnlitz te krijgen.
In de nieuwe fabriek werd voornamelijk ondeugdelijke munitie geproduceerd, doordat de machines opzettelijk verkeerd waren afgesteld. Bij inspecties wuifde Schindler de gebreken weg als kinderziektes en suste hij de controleurs met drank en andere geschenken. De SS-bewakers was opgedragen de arbeiders met rust te laten en zoveel mogelijk buiten de fabriek te blijven.

Bijna alle arbeiders waren nog in leven bij de bevrijding van de fabriek door het Rode Leger op 9 mei 1945. Kort daarvoor was Schindler zelf naar het westen ontkomen. Bij zijn afscheid kreeg Schindler van zijn werkers een gouden ring, gemaakt van gouden vullingen, met de inscriptie: ‘Wie één leven redt, redt de hele wereld’ – een citaat uit de Talmoed.
Naoorlogse jaren
Na de oorlog was Oskar Schindler berooid: naar eigen schatting had zijn reddingsoperatie hem omgerekend meer dan een miljoen dollar gekost. In 1949 emigreerde hij met zijn vrouw naar Argentinië, waar ze een boerderij voor pluimvee – en later beverratten – begonnen. Na dit mislukte avontuur vertrok Schindler in 1957 zonder Emilie naar Duitsland, maar ook daar zou het hem aan zakelijk succes ontbreken.
Na het faillissement van zijn laatste project, een beton- en kunststeenfabriek (in 1963), leefde hij in Frankfurt van giften van Joodse vrienden en organisaties. Op 9 oktober 1974 overleed hij na een hartaanval in Hildesheim, op 66-jarige leeftijd. Oskar Schindler werd op eigen verzoek begraven op de rooms-katholieke begraafplaats op de berg Zion in Jeruzalem, met als grafschrift: Der Unvergessliche Lebensretter 1200 vervolgter Juden.
Nalatenschap
Het verhaal van Oskar Schindler werd pas jaren na zijn overlijden wereldberoemd door de roman Schindler’s Ark (1983) van Thomas Keneally, maar vooral na de succesvolle verfilming door Steven Spielberg in 1993: Schindler’s List won zeven Oscars.

Sinds 2010 is de voormalige Emalia-fabriek in Krakau een drukbezocht museum.
Schindlers reputatie was zeker niet vlekkeloos en zijn exacte beweegredenen zijn altijd schimmig gebleven. Voor de meeste overlevenden deed dat er echter niet toe; voor hen bleef hij ‘Vater Courage’. Of een ‘moderne Noach’, zoals Poldek Pfefferberg hem eerde.
Hij had zijn geld kunnen nemen en naar Zwitserland kunnen gaan. Maar in plaats daarvan waagde hij zijn leven en al zijn geld om ons te redden.
In de laatste scène van Schindler’s List leggen de zogenoemde ‘Schindlerjoden’ steentjes op het graf van Schindler. In 2024 was een enkeling van de lijst nog in leven, onder wie het jongste meisje, de destijds dertienjarige Celina Biniaz.
Chiune Sugihara, de Japanse Schindler
Sporen van de Duitse bezetting in Krakau
1 – Omdat de originele lijst verloren is gegaan, blijft het aantal door Schindler geredde Joden een schatting, gebaseerd op de 1.200 dwangarbeiders die maximaal mee mochten naar Brünnlitz. De enige twee overgebleven lijsten van de kampadministratie dateren uit april 1945. Een mannenlijst in twee versies, met respectievelijk 781 en 801 namen. En een vrouwenlijst met 297 namen: opgeteld 1.098.
Bronnen
– Thomas Keneally, Schindlers Lijst, 1982.
– USC Shoah Foundation: https://sfi.usc.edu/news/2024/03/36206-schindler%E2%80%99s-list-survivor-celina-biniaz-warns-against-corrosive-power-hatred
– The Jewish Foundation for the Righteous (JFR) https://www.jfr.org/rescuer/schindler-oskar
– Blickpunkt Hessen. Hessische Landeszentrale für politische Bildung. Nr. 8 / 2008: Martin Liepach https://hlz.hessen.de/fileadmin/user_upload/PDF/Publikationsreihen/Blickpunkt_Hessen/blickpunkt8-Schindler-web.pdf
– https://war-documentary.info/oskar-schindlers-factory/
– https://www.holocausthistoricalsociety.org.uk/contents/germanbiographies/oskarschindler.html
– The United States Holocaust Memorial Museum: https://encyclopedia.ushmm.org/content/en/article/oskar-schindler
– Jewish Telegraphic Agency: https://www.jta.org/archive/special-jta-interview-oskar-schindler-a-man-for-all-reasons
– https://www.spiegel.de/kultur/gesellschaft/bundesarchiv-einblicke-in-schindlers-liste-a-52905.html
– https://www.bundesarchiv.de/themen-entdecken/online-entdecken/themenbeitraege/oskar-schindler/
– https://www.tracesofwar.nl/articles/1673/Oskar-Schindler.htm
Alle bronnen geraadpleegd, februari 2025