Bij Kruibeke (Oost-Vlaanderen) is onlangs een bijzondere archeologische vondst gedaan. Er werd een stuk sleutelbeen gevonden dat dateert van meer dan 4.500 jaar voor het begin van onze jaartelling. Het Vlaams Instituut voor Onroerend Erfgoed (VIOE) heeft dat bekendgemaakt.
Het gaat om het oudste menselijke bot dat ooit in Vlaanderen is gevonden. Het stukje sleutelbeen werd samen met allerlei andere botten, vuursteen en aardewerk gevonden onder metersdikke pakketten sediment van de Schelde bij Bazel, gemeente Kruibeke. De stukken kwamen aan het licht bij de aanleg van een sluizencomplex voor een gecontroleerd overstromingsgebied.
De afgelopen tijd zijn de stukken door de Vlaamse overheid en Universiteit Gent verder onderzocht. Vrijdag werd de ouderdom van het stuk sleutelbeen door het VIOE onthuld. Erwin Meylemans, erfgoedonderzoeker archeologie van het agentschap Onroerend Erfgoed:
“Onderzoek wijst er inderdaad op dat de man of vrouw tussen 4720 en 4546 vóór onze jaartelling het leven liet. Het is met voorsprong het oudste menselijk bot dat ooit in Vlaanderen werd aangetroffen. Tot nu toe gingen bewaarde mensenresten hoogstens zo’n tweeduizend jaar vóór onze jaartelling terug.”
Gezien de robuustheid is het sleutelbot zeker van een volwassene. Bijzonder is ook dat het stuk bot niet sleutelbeen niet verbrand. In Vlaanderen bestonden tot voor kort alle mensenresten van voor de Romeinse tijd enkel uit sterk gebroken, wit-verbrande crematieresten.
Hoe het sleutelbeen in de rivier terecht is gekomen is niet duidelijk. Het VIOE stelt dat het mogelijk om een bot uit een verstoord graf gaat of dat het lijk van een overledene in die tijd soms gewoon bovengronds aan de elementen werd overgelaten. In omliggende landen zijn wel eens vrij complete prehistorische skeletten gevonden. Slechts enkele botjes waren dan ‘vermist’. Het VIOE:
“Van tot voor kort nog bestaande jager-verzamelaarsgroepen is geweten dat ze de skeletten van begraven voorouders af en toe terug blootlegden, waarna een deel van de beenderen werd verdeeld onder de stamgenoten. Deze botten werden dan als een soort relikwie ‘verdeeld’ over het landschap, misschien wel als een territoriale afbakening.”
Behalve het menselijke bot werden er bij de Schelde ook een groot aantal botresten van dieren gevonden. Dit botmateriaal stamt voornamelijk uit twee periodes: van ca. 5200-4500 en rond ca. 4300-3700 voor Christus. In de jongste groep werden ook botresten van het varken, rund, schaap en mogelijk een geit gevonden. Dit zijn de oudst bekende botresten van huisdieren in Vlaanderen.