Deze uitdrukking is ontleend aan de riddertijd. Werd een man tot ridder geslagen, dan ontving hij bij deze ceremonie een gordel en een paar vergulde sporen.
De Nederlandse taal kent talloze woorden om de grijze massa mee aan te duiden: gepeupel, jan hagel, jan salie, jan-met-de-pet-op, de familie Doorsnee, gespuis, raddraaiers, sansculotten, grauw, meute, de vijfde stand...
Deze uitdrukking is ontleend aan de windstreken op een kompas, een zeevaartinstrument dat het magnetisch noorden aangeeft door middel van een kompasnaald. De naald draait over of met een kompasroos, waarop de windstreken zijn aangegeven.
Deze zegswijze heeft een lange geschiedenis. Hij gaat terug op een oude Griekse fabel van de fluitende visser. Door middel van een fluitspel probeert een visser vissen naar zich toe te lokken.