Dark
Light

Plek voor ruim 20 nieuwe bijzettingen in koninklijke grafkelder

Ruim vijfhonderd oude graven geruimd
Auteur:
2 minuten leestijd
Toegang tot de vernieuwde koninklijke grafkelder
Toegang tot de vernieuwde koninklijke grafkelder - Foto: © RVD - Frank Hanswijk

In de koninklijke grafkelder in de Nieuwe Kerk in Delft zijn ruim vijfhonderd graven geruimd. Hierdoor is ruimte gecreëerd voor tenminste twintig bijzettingen van leden van het koninklijk huis.

De stoffelijke resten van Willem van Oranje kregen in 1584 een plek in een kleine grafkelder in de Nieuwe Kerk in Delft, nadat hij door Balthasar Gerards was vermoord. Eigenlijk was het traditie dat leden van de familie Nassau begraven werden in de Grote Kerk in Breda. Omdat die zuidelijke stad op het moment van zijn overlijden echter in handen was van de Spanjaarden, kregen de resten een plek in de kerk in Delft.

Aanvankelijk was het de bedoeling de stoffelijke resten later alsnog over te brengen naar Breda, maar daarvan kwam het nooit. Ook Willems vierde echtgenote, Louise de Coligny, kreeg een laatste rustplaats in de kleine grafkelder en later volgden andere familieleden. Een traditie was geboren. Sinds de bijzetting van Willem van Oranje in 1584 rusten bijna alle leden van het Huis van Oranje-Nassau met hun echtgenoten in de Koninklijke grafkelder in Delft. Ook zijn in de achttiende eeuw twee kinderen van prinses Carolina van Oranje-Nassau, gehuwd met de vorst van Nassau-Weilburg, in de grafkelder bijgezet.

Ontgraving

Aan het begin van de zeventiende eeuw verrees in de kerk een praalmonument voor Willem van Oranje en er werd een grotere grafkelder gerealiseerd. Achter de ‘oude’ grafkelder onder het praalgraf van Willem van Oranje bevindt zich de later gerealiseerde grafkelder, die in gebruik is genomen vanaf 1822. De huidige uitbreiding is verbonden aan de bestaande voorhal, daterend uit 1925, van de huidige Koninklijke grafkelder. Sinds 2004 – na het overlijden van koningin Juliana en prins Bernhard – was de capaciteit van de grafkelder vrijwel bereikt.

Voorafgaand aan de bouw van de uitbreiding van de Koninklijke grafkelder in de Nieuwe Kerk in Delft wordt archeologisch onderzoek gedaan.
Voorafgaand aan de bouw van de uitbreiding van de Koninklijke grafkelder in de Nieuwe Kerk in Delft wordt archeologisch onderzoek gedaan. – © Erfgoed Delft, fotograaf: Marianne van der Quast

De realisatie van de nieuwe kelder was volgens de Rijksvoorlichtingsdienst alleen mogelijk door het ontgraven van een deel van de grond in de kerk.

Deze grond is archeologisch gezien zeer waardevol gebied. In de bodem onder de Nieuwe Kerk bevinden zich resten van de vroege ontstaansgeschiedenis van de stad Delft. Het koor van de kerk – rondom het praalgraf van Willem van Oranje – is ook de plek waar belangrijke lieden werden begraven. De archeologische opgraving – onder toezicht van de Gemeente Delft – is op wetenschappelijke wijze uitgevoerd. De archeologisch onderzoekers hebben meer dan 500 graven aangetroffen. Het onderzoek met betrekking tot het gevonden materiaal kan nog enkele jaren duren. Hier wordt bijvoorbeeld DNA onderzoek op verricht.

De vernieuwde grafkelder heeft een nieuwe ingang, waardoor niet langer een zerk van honderden kilo’s uit de vloer van de kerk gelicht moet worden om toegang te krijgen tot de grafkelder. Volgens de RVD is gekozen voor een “relatief eenvoudig ontwerp met een eigentijds en ingetogen karakter”.

De uitbreiding van de Koninklijke grafkelder in de Nieuwe Kerk.
De uitbreiding van de Koninklijke grafkelder in de Nieuwe Kerk. – Foto: © RVD – Frank Hanswijk

Video over de opgraving in de Nieuwe Kerk in Delft:

Boek: Nieuwe Kerk Delft en het grafmonument van Willem van Oranje

×