Sigarettendoosje Sovjet-gevangene gevonden bij Kamp Amersfoort

4 minuten leestijd
Het sigarettendoosje met inscriptie (Foto: Kamp Amersfoort)
Het sigarettendoosje met inscriptie (Foto: Kamp Amersfoort)
Bij Kamp Amersfoort is eind vorige maand een bijzondere archeologische ontdekking gedaan. Tijdens werkzaamheden werd een sigarettendoosje gevonden dat naar alle waarschijnlijkheid van een Sovjet-gevangene is geweest die tijdens de Tweede Wereldoorlog in het kamp gevangen zat. Op het doosje is een inscriptie aangetroffen die duidelijk maakt van wie het voorwerp vermoedelijk is geweest. Dit is bijzonder omdat de identiteit van de in totaal honderd Sovjet-krijgsgevangenen die vanaf 1941 in Amersfoort gevangen werden gehouden, altijd onbekend is gebleven. Floris van Dijk, onderzoeker bij Kamp Amersfoort, doet hieronder verslag van de ontdekking.


A.Z. Tjagiev

Eind april 2020 zijn bij werkzaamheden bij de politieacademie, locatie Leusden, in de bodem twee bij elkaar horende stukken metaal gevonden. Uit de bodemcontext in de grondlaag werden nog enkele andere vondsten gedaan, zoals een tube Canadese tandpasta en een koppelhaak van een oud Nederlands legeruniform (kleding van de gevangenen van Kamp Amersfoort). Beide delen van de stukken metaal zijn onder grote druk over de lengte door midden gevouwen. Het geheel is beschadigd en is op plekken gecorrodeerd. De vindplaats bevindt zich bij de barak 3 van het voormalige kampterrein van Kamp Amersfoort, waar Sovjet-krijgsgevangenen werden vast gehouden. In dit kamp zaten van augustus 1941 tot en met april 1945 ruim 45.000 mensen gevangen. Er heerste een onmenselijk zwaar regime van dwangarbeid, honger en mishandeling.

Nu de generatie ooggetuigen van de Tweede Wereldoorlog ons bijna ontvallen is, wordt het belangrijker het verhaal van de oorlog te vertellen aan de hand van historische plekken en objecten. Dit is een uniek stuk, op een zeer beladen historische plek gevonden, en van onschatbare waarde voor het verhaal van de Sovjet-krijgsgevangenen in Kamp Amersfoort.

Objectbeschrijving

Het betreft een sigarettendoosje, bestaande uit twee delen. Het geheel heeft een afmeting (lengte x breedte x hoogte) van 90 x 75 x 10 millimeter en is vervaardigd uit twee stukken aluminiumplaat met een dikte van 1 millimeter. Het doosje bestaat uit een los boven- en onder deksel en twee aluminium klinknagels.

Om een deksel te maken is er eerst een uitslag gemaakt, waarna deze op de plaat kon worden afgetekend en uitgeknipt. Hierna zijn de buitenranden haaks omgebogen waarna de doorboringen voor de klinknagels ook konden worden bepaald. De gaatjes kunnen zijn geboord, maar ook met een priem is dit goed te realiseren. Daarna zijn de beide deksels met twee klinknagels scharnierend aan elkaar bevestigd. Voor bovengenoemde handelingen zijn geen zware gereedschappen nodig, wel was enige handigheid vereist.

Dat het om hergebruikt aluminium gaat, vermoedelijk van een Duits eetblik of Kochgeschirr, wordt duidelijk op de binnenkant van één van de deksels. Hier zijn met behulp van slagletters J R en met slagcijfers het getal 167 20 41 aangebracht. Dat kan een serie- of registratienummer zijn en mogelijk behulpzaam bij het achterhalen of het blikje in Nederland of op Russische bodem is vervaardigd.

Portret van een vrouw op het sigarettendoosje
Portret van een vrouw op het sigarettendoosje (Foto: Kamp Amersfoort)

Gravering

Op beide delen zijn graveringen aangebracht met behulp van een puntig voorwerp. In de voorkant van het deksel is het portret van een vrouw afgebeeld binnen een dubbele omlijsting met daarin een zigzag motief. Te zien is haar loshangende haar en het bovenstuk van haar jurk. Aan de onderkant van het doosje staan tekens gegraveerd. Er zijn cijfers te zien en in cyrillisch schrift een naam, maar deels moeilijk of niet leesbaar door beschadiging.

In de linker bovenhoek staat Год (betekent ‘jaar’). Daar is nog iets onleesbaars aan toegevoegd en logischerwijs zou dat een plaatsnaam kunnen zijn. Rechtsboven staat nog een E en een I en mogelijk nog twee tekens. Dan volgt het jaartal: 19 plus een getal in de twintig, gevolgd door een 6, dus 20/6 of 23/6 of 25/6: vrijwel zeker een geboortedatum. Rechts van de beschadiging op dezelfde hoogte nog een 01 of een 04 of een 09, misschien een manier om ook maand en dag te noteren, of een tijdsduur.

De naam is vrijwel zeker TяГиЕB, gevolgd door initialen A. 3: dat is A.Z. Tjagiev.

De manier van vervaardigen, het hergebruik van metaal en de gravering geven aan dat het gaat om zogeheten “loopgravenkunst” of Trench art. Dergelijke objecten zijn gemaakt uit objecten van een gewapend conflict, zoals militaire miniaturen en bloemvazen (uit granaathulzen), en bekend van het front en van krijgsgevangenenkampen. Makers waren veelal soldaten die bijvoorbeeld lang moesten wachten voordat ze in actie kwamen, of werden gemaakt ter herinnering aan een bepaald moment of periode. Het meest waarschijnlijk is dat de maker de eigenaar zelf is of iemand uit zijn directe omgeving.

Het is speculatief, maar mogelijk verwijst de afbeelding naar de vriendin van de Sovjet-krijgsgevangene, die A.Z. Tjagiev genaamd was. De datum kan de geboortedatum zijn van de eigenaar van het doosje (de Sovjet-krijgsgevangene) of die van zijn vriendin (de afbeelding), of een trouwdatum.

De 100 Sovjet-krijgsgevangenen

Op 27 september 1941 kwam een groep van 100 Sovjet-krijgsgevangenen aan in Kamp Amersfoort. Zij moesten te voet vanaf het station door de stad lopen om als levende propaganda voor het bestaan van zogenaamde Untermenschen te dienen, maar de enige afschuw die hiermee werd opgewekt onder de Amersfoortse bevolking was die tegen de Duitsers. Verschillende mensen die probeerden voedsel en drinken aan te reiken, werden met geweld weg gehouden.

Russische krijgsgevangenen in het kamp in 1941
Russische krijgsgevangenen in het kamp in 1941 (Publiek Domein – wiki – Archief Eemland)
Net als de Joodse gevangenen werden de Sovjet-krijgsgevangenen door de nazi-bewakers extra slecht behandeld, aldus meerdere op schrift gestelde verslagen van ooggetuigen. Barak 3 (waar het sigarettendoosje is gevonden) is een tijdje verzamelplek van de Sovjet-krijgsgevangenen geweest, daarna is de groep naar barak 4 overgeplaatst. Blijkens de ooggetuigenverslagen (zowel medegevangenen als bewakers), waarvan sommigen met ‘de Russen’ communiceerden, waren zij afkomstig uit Kazachstan, Kirgizië, Mongolië, Oezbekistan, Tsjerkessië, Turkmenistan, of algemenere termen als ‘achter de Kaspische Zee’, ‘bij het Aralmeer’ en ‘de Oeral’.

De identiteit van deze honderd Sovjet-krijgsgevangenen is onbekend; uit de Tweede Wereldoorlog worden 3,3 miljoen Sovjet-militairen vermist. De naam A.Z. Tjagiev is de zesde naam die overgeleverd is uit bronnen van ooggetuigen: twee voor- en achternamen, drie voornamen, en nu dus een achternaam met voorletters en mogelijke datum.

In de eerste drie maanden van 1942 overleden drieëntwintig van de Sovjet-krijgsgevangenen door uitputting, honger en mishandeling. De resterende groep van 77 is in de vroege morgen van 9 april 1942 geëxecuteerd. Zij zijn na de oorlog opgegraven en herbegraven op het Sovjet Ereveld in Leusden.

Het sigarettendoosje krijgt een plek in het nieuwe ondergrondse museum van Kamp Amersfoort, met 1100 vierkante meter tentoonstellingsruimte, dat naar verwachting eind van dit jaar haar deuren opent.

~ Floris van Dijk, Kamp Amersfoort

Lees ook: Josef Kotalla (1908-1979) – De beul van Amersfoort
…of: Kamp Amersfoort – Concentratiekamp
Boek: Kamp Amersfoort

0
Reageren?x
×