Het Haags Historisch Museum staat de komende maanden met een presentatie stil bij het tweehonderdjarig bestaan van het VendueHuis der Notarissen in Den Haag, het oudste veilinghuis van Nederland.
In 1811 verzamelden negenenzestig notarissen uit Den Haag en omstreken zich in een Haags koffiehuis om nieuwe regels op te stellen voor het veilen van roerende en onroerende goederen. Dit was noodzakelijk na de inlijving van de Republiek der Nederlanden bij Frankrijk. Door die inlijving
was er een nieuwe rechtspraak van kracht geworden waarin stond dat openbare verkopingen voortaan moesten plaatsvinden onder toezicht van een notaris. Ze mochten niet meer georganiseerd worden onder enkel toezicht van een stadsvendumeester.
De notarissen stelden een Commissie Verkopen in om de oprichting van een venduhuis voor te bereiden en te zoeken naar een vaste locatie waar de notarissen als toezichthouders bij de veilingen zouden optreden. Op 1 januari 1812 was het Venduehuis der Notarissen aan de Nobelstraat in Den Haag een feit.
Inmiddels bestaat het eerste veilinghuis van Nederland dus al tweehonderd jaar. In de loop der tijd hebben er ook verschillende bijzondere veilingen plaatsgevonden. Zo werden er in 1878 bijvoorbeeld de paarden geveild die tot dan toe de paardentrams hadden getrokken.
In de presentatie in het Haags Historisch Museum komen opmerkelijke veilingstukken aan bod, zoals het schilderij Dame met de hoed van Leo Gestel. Dit is een van de duurste verkopen van het veilinghuis geweest. Maar ook over het beroemde Meisje met de parel van Johannes Vermeer, dat ooit voor 2 gulden en 30 cent is verkocht, wordt verteld.
De presentatie, getiteld Eenmaal, andermaal…! loopt van 8 mei tot en met 30 september 2012.