De thermen – in het Latijn thermae – is de naam die de badhuizen uit de Romeinse Tijd kregen. De Romeinen introduceerden hun thermen in heel Europa. Hoe zag de Romeinse badcultuur er in hoofdlijnen uit?
Romeinen niet de uitvinders van badhuizen
Overigens waren de Romeinen niet de uitvinders van het fenomeen badhuis. In het paleis van de stad Mari in Mesopotamië, zijn op de westzijde van de rivier de Eufraat ook ruïnes gevonden van een badhuis met toiletten, die rond 2350 v.Chr. in bedrijf waren.
Herkomst en betekenis van thermen
Het begrip is afgeleid van het Griekse bijvoeglijke naamwoord thermós, wat ‘warm’ betekent. De eerste zwembaden ontstonden in het Romeinse Rijk in de derde eeuw voor Christus. Het betrof baden in particuliere woningen. Vanaf de tweede eeuw v.Chr. kwamen ook publieke zwembaden op. Het idee van badruimten namen de Romeinen over van de Gieken, die eigen sportscholen met zwembaden en wasgelegenheden hadden (de gymnasia). Ze verbeterden dit concept en voegden onder meer vloer- en badverwarming toe.
Voor kleinere zwembaden en badhuizen gebruikten de Romeinen zelf de naam balneae (‘baden’). Wanneer ze spraken over thermae, bedoelden ze de grotere badcomplexen, zoals de bekende Thermen van Diocletianus en de Thermen van Caracalla (ook wel de Thermae Antoninianae genoemd en geopend in 217 door keizer Septimius Severus en diens zoon Caracalla), beide in Rome.
Romeinse badcultuur
Op het hoogtepunt van de Romeinse badcultuur, die aanbrak met de tijd van de keizers sinds Augustus (vanaf 27 v.Chr), bezochten de Romeinen vrijwel dagelijks de thermae. De zwembadcomplexen waren naast een plek om te ontspannen en schoon te worden, ook een belangrijke sociale ontmoetingsplek. Iedere stad in het Romeinse Rijk beschikte over een of meer badhuizen, afhankelijk van het inwonertal. In het huidige Nederland zijn restanten van een badhuis gevonden in Heerlen, Limburg.
In zijn roman Pompeii laat auteur Robert Harris een auquarius treffend het volgende over de Romeinse badcultuur zeggen:
“Baden waren geen luxe. Baden waren het fundament van de beschaving. Baden verhieven zelfs de minste burger van Rome boven het niveau van de rijkste barbaar met haar op zijn reet. Baden vestigden de drievoudige discipline van reinheid, gezondheid en strikte routine. Waren de aquaducten niet in de allereerste plaats uitgevonden om de baden van water te voorzien? Hadden de baden het Romeinse ethos niet even effectief over Europa, Afrika en Asia verspreid als de legioenen, zodat een man, waar hij zich ook bevond in dit uitgestrekte rijk er in elk geval zeker van kon zijn dat hij er dat ene dierbare stukje thuis in zou aantreffen.
Hoofdruimten
Een badhuis bestond uit drie hoofdruimten: het koude bad, het warme bad en het hete bad. Daarnaast was er in veel zwembaden een droge zweetruimte (laconicum of sudatorium) aanwezig. Voor deze ruimten lag een kleedruimte. Vanaf de derde eeuw na Chr. konden Romeinen in de badruimten ook sport beoefenen. Dit gebeurde vaak in een open ruimte bij het zwembad, de zogeheten palaestra.
Rijkere Romeinen namen een of meer slaven mee als ze naar het badhuis gingen. Deze moesten dan bijvoorbeeld op hun kleding passen, terwijl de ‘meester’ van de thermen genoot.
Om voor voldoende licht te zorgen werden in de ruimten grote ramen aangebracht en gebruikte men kaarsen. Verder beschikten de Romeinen nog niet over zeep. Ze gebruikten geurende oliën om hun lichaam in het zwembad te verzorgen.
Romeinse thermen uit de 2e eeuw in Duitsland
De arena – stadion of ‘zandplaats’ waar de gladiatoren vochten
Overzicht van boeken over het Romeinse Rijk
Bronnen â–¼
Internet
-http://www.rijckheyt.nl/cultureel-erfgoed/thermen-romeins-badhuis
-https://www.ancient.eu/Roman_Baths/
-https://www.britannica.com/technology/thermae
-Robert Harris, Pompeii (Cargo, 2015)