‘Waarom de middenpartijen gingen jagen op de kiezer’

3 minuten leestijd
Plenaire zaal van de Nederlandse Tweede Kamer in Den Haag
Plenaire zaal van de Nederlandse Tweede Kamer in Den Haag (CC0 - Husky - wiki)

Tot in de jaren zestig hadden politieke partijen een grotendeels vanzelfsprekende achterban. Nederland was verzuild, ofwel opgedeeld in maatschappelijke groeperingen. De voornaamste groeperingen waren: katholieken, protestanten, socialisten en liberalen. De meeste kiezers stemden op een partij die aansloot bij hun zuil, bij de krant die ze lazen en bij de verenigingen waar ze lid van waren. Hun ouders hadden doorgaans ook al op die partij gestemd.

De onderlinge tegenstellingen waren duidelijk en onbetwistbaar. Verkiezingsuitslagen vielen dan ook in hoge mate te voorspellen. Verschuivingen die verder gingen dan enkele procenten kwamen nauwelijks voor.

Arbeiders

In de loop van de jaren zestig veranderde dit. Nederland ontzuilde en de tegenstellingen tussen de partijen werden belangrijker. De kiezer ging kiezen. Christenen stemden niet langer bijna per definitie op een christendemocratische partij, arbeiders niet meer automatisch op de PvdA en liberalen niet zonder erover na te denken op de VVD. De centrumpartijen gingen zich hoe langer hoe meer gedragen als elkaars concurrenten. Ze joegen op de kiezers in de middengroepen.

Verkiezingsuitslagen werden door deze ontwikkeling heel wat minder voorspelbaar. Kiezers besloten pas op het laatste moment op welke lijst zij zouden stemmen. Grote veranderingen in de Tweede Kamer, zoals in het Fortuynjaar 2002 toen de LPF won of in november 2023, zijn alleszins denkbaar.

Volgens hoogleraar politicologie Tom van der Meer, auteur van het recent verschenen boek Waardenloze politiek, is de Nederlandse politiek door de ‘middelpuntzoekende’ opstelling van de partijen ‘de kunst van het conflict’ kwijtgeraakt. De poppetjes werden belangrijker dan de inhoud. Zijn boek, een soort vervolg op Niet de kiezer is gek uit 2017, bevat een hartstochtelijk pleidooi om de middenpartijen weer ‘competitief’ te maken. Ze moeten ophouden de onderlinge verschillen weg te poetsen en de kiezer een keuze geven.

De verkiezingsuitslag van 23 november 2023 beschouwt Van der Meer als voorbeeld van wat er kan gebeuren als middenpartijen zich inwisselbaar blijven maken en zorgen voor een ‘technocratisch’ beleid: kiezers zoeken de flanken op en stemmen steeds meer op populistische partijen.

Of die redenering hout snijdt kun je je afvragen. Zou de laatste verkiezingsuitslag zoveel anders zijn geweest als de centrumlinkse en centrumrechtse partijen zich wat minder hadden gedragen als eenheidsworst? Vermoedelijk zou de PVV dan toch als grootste zijn geëindigd. Je kunt zelfs betwijfelen of het wel helemaal klopt wat Van der Meer betoogt. Politieke tegenstanders schilderen bijvoorbeeld Frans Timmermans, lijsttrekker van GroenLinks-PvdA, af als het absolute kwaad. Nederland zou naar de knoppen gaan als deze man premier zou worden. Een mening die – ook blijkens de verkiezingsuitslag – veel steun kreeg. Hoezo verdoezelt Timmermans dan de tegenstellingen?

Hetzelfde kan gezegd worden van de huidige premier, VVD’er Mark Rutte. Hoe lang is er niet geroepen, ja gesmeekt door zijn antagonisten om zijn vertrek? Rutte zou alle problemen negeren, en zelfs weglachen. Of zijn opponenten zo blij zullen zijn met PVV-leider Geert Wilders als grote man in de nieuwe politiek is de vraag. Aan het feit dat Rutte in de vorige kabinetsformatie langdurig (en uiteindelijk succesvol) heeft geprobeerd de ‘linkse wolk’ uit zijn vierde kabinet te weren, maakt Van der Meer overigens geen woorden vuil.

Gedetailleerde regeerakkoorden

Waardenloze politiek
 
Niettemin is een boek over de (recente) geschiedenis van de Nederlandse politiek altijd welkom. Het zorgt in elk geval voor discussie en dat kan nooit kwaad. Bovendien bevat het ook naar mijn smaak behartenswaardige opmerkingen over de grote populariteit van peilingen in de media en over al te gedetailleerde regeerakkoorden.

Jammer is wel dat Van der Meer een voorkeur heeft voor modieuze clichétaal. Hij gebruikt uitdrukkingen als ‘naar de kiezers toe’ en ‘kadert in’. Ook is hij verzot op de zegswijze dat een partij ‘eigenaar’ is van een bepaald thema.

Boek: Waardenloze politiek – Tom van der Meer

0
Reageren?x
×