De ontsnapping van Kriegsberichter Wim Sassen uit Fort Blauwkapel (1945)

7 minuten leestijd
Gebroeders Sassen (Archief Jochem Botman)
Gebroeders Sassen (Archief Jochem Botman)

Op 5 juni 1945, een maand na de bevrijding, werd SS-journalist en radiopropagandist Wim Sassen door het team van de Binnenlandse Strijdkrachten en de geallieerde opsporingsdiensten in Alkmaar gearresteerd en overgedragen aan de Canadese Field Security (CFS). Vijf dagen later werd hij voor het eerst in Fort Blauwkapel bij Utrecht verhoord over zijn propaganda-activiteiten voor nazi’s en zijn rol binnen de nazi-ondergrondse in Nederland.

Wim Sassen in uniform (Archief Jochem Botman)
Wim Sassen in uniform (Archief Jochem Botman)
Uit het verhoor bleek dat SS Kriegsberichter (oorlogscorrespondent) Wim Sassen eind 1944, na Dolle Dinsdag, zijn diensten aan het Noord Hollands verzet had aangeboden. In het bijzonder aan de groep rondom Fritz Conijn, van de Alkmaarse Knokploeg. Fritz zelf was er destijds niet meer bij: hij was namelijk in de zomer van 1944, tijdens een transactie om de gevangengenomen illegaal Henri Scharrer los te kopen, opgepakt en rond Dolle Dinsdag geëxecuteerd. Wim Sassen zou zijn hulp hebben aangeboden in het loskopen van Fritz Conijn. Wim Sassen was echter te laat.

Een deal

Niettemin bleef het samenwerkingsverband tussen Alkmaar en Wim Sassen bestaan. In ruil voor bewezen diensten aan het verzet werd een deal gemaakt. Leden van KP Alkmaar zouden hem na de bevrijding een schuilplaats bieden totdat hij over de grens geloodst kon worden en hij zelf zijn weg zou vervolgen naar het Spanje van Franco. Een maand lang verkeerde hij in veiligheid totdat de opsporingsinstanties zijn vriendin Miep van der Voort hadden gevonden. Tijdens het verhoor gaf ze zijn schuiladres prijs. Wim werd daarop gearresteerd.

Oorlogsverslag van Wim Sassen
Oorlogsverslag van Wim Sassen

Na zijn arrestatie bood Wim Sassen zijn volledige medewerking. Hij hielp mee met het oprollen van ondergrondse ‘weerwolf’-organisaties in Nederland en daarbuiten. Hij kende het netwerk goed. Tegen het einde van de oorlog was Wim Sassen chef van een weerwolfcel die zijn operatiebasis had in en rondom Utrecht. Zijn broertje Alfons Sassen was inmiddels in dienst getreden bij Wim Sanders, bij de Dienst Politieke Misdrijven als agent 210. Ook hij was betrokken bij het opsporen van nazikopstukken en ook het penetreren van communistische organisaties tot eind 1947.

De samenwerking was zo voortvarend dat Wim Sassen enorme privileges kreeg. Hij mocht vrij rond lopen en werd zelfs gebruikt als “investigator”. Hij kreeg een geallieerd uniform van de MP.

‘De Field Security heeft Sassen daarna overgenomen en opgeborgen in een van haar villas op de Maliebaan in Utrecht, en daar hem vorstelijk behandeld. Hij fungeerde zelfs als best man bij een bruiloft van een van de FS mannen, hierbij was ook Miep van der Voort (Wim Sassen’s vriendin) aanwezig…’.

Deze luxepositie werd bevestigd door de tolk voor de Field Security Otto Akkermans:

‘Wim wordt door het Bureau Nationale Veiligheid ook na het vertrek van de Canadezen (juli 1945) als verhoorder van Duitse gevangenen gebruikt.’

Wim had geen moeite om zijn SS-kameraden te verraden. Hij werd ingezet als celspion om verklaringen los te peuteren. Onder toezicht van het BNV beschikte Wim zelfs over een kantoor. Hier kreeg hij alle gelegenheid om te werken aan zijn project: Wim wilde SS’ers (Oostfronters, geharde anticommunisten) inzetten bij de bevrijding van Nederlands-Indië. In ruil voor hun diensten zouden ze gerehabiliteerd worden.

Fort Blauwkapel (cc - HenkvD - wiki)
Fort Blauwkapel (cc – HenkvD – wiki)

Ontsnapping

Wim’s geluk verdampte toen bij toeval ontdekt werd dat hij zich bezighield met het maken van een schema van de dagindeling van diverse procureursfiscaal die het waagden doodstraffen te eisen tegen zijn idealistische SS-collega’s. Doel van dit schema was om deze procureursfiscaal te liquideren. Hij werd direct gearresteerd en in een cel gestopt. Tot dusver was Wims medewerking voornamelijk gebaseerd op de verwerving van persoonlijke gunsten en vrijheden ten koste van enkele oude kameraden. Maar nu kwam hij zelf in gevaar. Wim nam direct maatregelen. Hij startte de voorbereiding op zijn ontsnapping.

Over deze ontsnapping wordt steevast de volgende mythe in stand gehouden. Namelijk dat Sassen op kerstavond 1945 tijdens een toneelstuk was ontsnapt. Dat was echter niet zo. Het was een week eerder, op 15 december 1945.

Die dag ontsnapten namelijk drie gedetineerden uit het “streng” bewaakte Fort Blauwkapel. De naoorlogse media (1952) maakten echter melding van één ontsnapping, namelijk die van de bekende Kriegsberichter Willem Sassen.

Zelfs in een documentaire van Netwerk (2005) over Willem Sassen werd vastgehouden aan de mythe van de magische ontsnapping tijdens een door hem opgevoerd toneelspel op kerstavond 1945. Hij zou een speciale voorstelling geven van Cyrano de Bergerac, voorafgegaan door zijn geschreven eenakter ‘De Ontsnapping’. Op de eerste rij zou de Canadese generaal Charles Foulkes hebben gezeten. De generaal die op 1 mei 1945 te Wageningen de voorwaarden voor de Duitse overgave besprak. Naast hem zou zijn vader Jan Sassen, de NSB-burgemeester van Veghel, hebben gezeten. Volgens de media zou hij gekleed in een Canadees legerjas over zijn boevenpak op het podium hebben gezegd:

‘Ik ga naar Londen, vader! De radio roept mij! Hier kan ik niet langer blijven!’

Hierna zou hij de bühne verlaten hebben om zich vervolgens, terwijl het publiek geduldig op de volgende scene wachtte, door een geprepareerd tralievenster te wurmen.

Dit huzarenstukje moet behoren tot de naoorlogse propaganda. Bovendien werd het nieuws van zijn ontsnapping pas zeven jaar na de gebeurtenissen gepubliceerd. Bij verificatie bleek Generaal Foulkes toen al lang en breed in Canada te zitten. Vader Jan Sassen was gedetineerd in kamp Vught. Bovendien ontsnapte Wim Sassen niet alleen. Hij wist met twee andere gedetineerden, Jan Lowey Ball en Andor Kaszo, uit te breken. Ball en Kaszo maakten in de oorlog deel uit van een escape line die via Frankrijk naar Spanje en uiteindelijk Portugal liep. Jan behoorde tot het netwerk van de in augustus 1944 gearresteerde Henri Scharrer die Fritz Conijn probeerde los te kopen. Kaszo was een pseudo-illegaal die Wim Sanders van de Centrale Inlichtingendienst uit Den Haag kende. Sanders kende zowel alle leden van de KP Alkmaar als de “ontsnapte” gevangenen. Ze maakten deel uit van de escapeline van neergeschoten geallieerde piloten die via de Engelandroute via Frankrijk, Spanje en Portugal in veiligheid werden gebracht. Ball bleek in de oorlog diensten voor de SD verricht te hebben en Kaszo was een oplichter. Sanders had wel meer collaborateurs laten gaan. Hij was ook verantwoordelijk voor de vlucht van de notoire jodenjager Andries Riphagen naar Spanje.

De ontsnapping was een inside job. Zonder hulp van binnenuit konden de drie namelijk nooit het fort hebben verlaten. Volgens sommige bronnen zouden ze de grachten zijn overgezwommen. Bedenk wel: er was bewaking, het was winter en hun ontsnapping vond plaats na een periode van vorst. Niet alleen ijs, of ijskoud water zou een barrière vormen, maar ook de door de geallieerden in de grachten gedumpte Duitse munitievoorraden.

Latere leven

Bij zijn ontsnapping werd Wim opnieuw opgevangen door het netwerk van de Alkmaarse KP en De Linie redacteur Anthony Mertens. De Linie was een jezuïetenbolwerk dat mild veroordeelde Zwart Fronters (Arnold Meijer) en propaganda-collaborateurs in Amsterdam en Antwerpen huisvestte. Mertens behoorde tot de categorie van bekeerde Zwart Fronters die katholieke SS’ers barmhartigheid toonde en hen via de naoorlogse nazi-vluchtroutes (ratlines) onderdak verschafte. In 1947 wist Sassen via dit netwerk met een KLM toestel uit te wijken naar Ierland. Het jaar erop voer hij op een kustvaarder naar Argentinië. Daar hervatte Wim Sassen zijn journalistieke carrière. Als interviewer van Adolf Eichmann werd hij opnieuw een bekende journalist. Na de veroordeling van Eichmann zette hij een punt achter zijn journalistieke carrière.

De intriges van de gebroeders Sassen - Jochem Botman
De intriges van de gebroeders Sassen – Jochem Botman
In dienst van internationale inlichtingendiensten joeg hij op Auschwitz-arts Joseph Mengele en werd hij internationaal wapenhandelaar. Samen met zijn naar Ecuador uitgeweken broer Alfons werd hij adviseur van dictators en hielp hij mee aan de Cocaïne Coup van Hugo Banzer in Bolivia (1971).

Vlak voor de arrestatie van Gestapo-chef Klaus Barbie probeerden Wim en zijn broertje Alfons Barbie nog onder te brengen in een haciënda in het binnenland van buurland Ecuador. Barbie achtte te kunnen vertrouwen op zijn vrienden binnen de Boliviaanse geheime dienst. Maar het was te laat. Barbie werd berecht (1983). De gebroeders Sassen werden kort daarna in verband gebracht met internationale wapenhandel en contacten met neofascistische bewegingen. Zij hielden zich vervolgens tot hun dood koest.

~ Jochem Botman
Auteur van De intriges van de gebroeders Sassen (Aspekt 2014) – [email protected]

Fort Blauwkapel

Het ondervragingskamp Fort Blauwkapel, in de gemeente Maartensdijk, viel onder het voormalig Directoraat voor de Bijzondere Rechtspleging. Het werd op 5 mei 1945 in gebruik genomen als verhoorcentrum.

Het kamp stond aanvankelijk onder toezicht van de Canadese Field Security (FS: militaire politie) van het 1e Canadese Leger. Hier werd de crème de la crème van de SS, SD en V-männer opgesloten en door contraspionagedienst verhoord. In juli 1945 werden alle arrestanten van de FS overgedragen aan het Bureau Nationale Veiligheid (BNV). Het kamp was niet groot: ongeveer 130 gedetineerden en 65 man aan bewakingspersoneel waren in het kamp aanwezig. Behalve het gewone burgerpersoneel en voor de buitenbewaking bestemde gezagstroepen, waren nog militairen en personeel van Bureau Nationale Veiligheid in het kamp werkzaam. Het kamp kwam snel al in opspraak. In november 1945 werd een onderzoek ingesteld naar het beleid van de kampcommandant. Binnen het kamp vonden allerlei malversaties plaats, er werd zelfs gefeest door de leiding. Enkele gevangenen kregen enorme privileges; zij beschikten over geld, sigaretten en konden het kamp in het uit lopen. Wim Sassen was niet de enige.

Er vonden in Fort Blauwkapel (net als in andere kampen) ook zware gevallen van mishandeling en verwaarlozing plaats. Een aantal SS of SD officieren zat vast in erbarmelijke omstandigheden in veel te kleine en soms ondergrondse cellen die door de vochtigheid niet geschikt waren voor langdurig verblijf. Zelfs de Duitsers hadden tijdens de oorlog geen gebruik gemaakt van de faciliteiten van het fort bood: het was geen detentiecentrum, maar wel een munitiedepot en in het blauwgroene kerkje, waarnaar Fort Blauwkapel was vernoemd, was een paardenstal.

Kamp Blauwkapel werd in 1948 ontruimd. De gevangenen werden naar andere detentiecentra overgebracht of berecht. Een herbestemming voor het fort was nog niet gevonden. Er lagen vage plannen klaar om er een industrieterrein van te maken. Wel werden er in het fort openluchtspelen en theateropvoeringen gehouden.

0
Reageren?x
×