Dark
Light

Een Amerikaanse psychiater in de ban van Herman Göring

De nazi en de psychiater – Jack El-Hai
Auteur:
8 minuten leestijd
Göring in de beklaagdenbank bij het proces van Neurenberg
Hermann Göring in de beklaagdenbank bij het proces van Neurenberg
In 1945 meldde Hermann Göring, een van de grootste oorlogsmisdadigers, zich als gevangene bij de Amerikanen, vergezeld door zestien koffers vol medailles, juwelen, dollars én een koffieblik vol cyanidecapsules. Tijdens de processen van Neurenberg wordt hij onder toezicht gesteld van de Amerikaanse legerpsychiater Douglas Kelley. Kelley hoopt er achter te komen wat nazicriminelen onderscheidt van de rest van de mensheid. Het verhaal over de psychiater en de nazi werd enkele jaren geleden op papier vastgelegd door de Amerikaanse journalist Jack El-Hai. Naar aanleiding van de herpublicatie van dit boek bij uitgeverij Rainbow plaatsen we een fragment op Historiek:


Een ‘nazipersoonlijkheid’

Toen Douglas Kelley in het drama Ashcan stapte, had hij geen enkele ervaring met oorlogsmisdadigers en weinig ervaring met het behandelen en laten afkicken van medicijnverslaafden. Zijn benoeming was heel onverwacht gekomen, op 4 augustus 1945, toen hij een nieuwe opdracht van de Amerikaanse uitvoerend bevelhebber ontving: ‘U dient contact op te nemen met kapitein Miller […] [in] het Palace-hotel in Mondorf-les-Bains, een klein stadje zo’n vijftien kilometer onder Luxemburg-stad,’ stond er. ‘Kapitein Miller zal u specifieke instructies over uw missie geven.’ Kelley kon niet voorzien dat deze opdracht zijn leven in een nieuwe richting zou sturen

Hermann Göring op 9 mei 1945 na zijn arrestatie door de Amerikanen
Hermann Göring op 9 mei 1945 na zijn arrestatie door de Amerikanen
In de twee maanden hiervoor hadden psychiaters en andere doktoren massaal om toestemming gevraagd om naar Mondorf te gaan om de nazigevangenen te mogen onderzoeken op de redenen voor hun gedrag. De Amerikaanse psychoanalyticus John Millet hoopte zo ‘meer informatie te verkrijgen over het karakter en de doorsneeverlangens van het Duitse volk’. Anderen wilden veel meer van de nazi’s. ‘Sommigen stelden zelfs voor om de hersenen van de daders te ontleden: dat hield in dat de mannen geëxecuteerd moesten worden middels een schot in hun borstkas om de hersenen niet te beschadigen,’ noteerde de medisch historicus Daniel Pick. Het Amerikaanse leger wees iedereen af en wees een van zijn eigen mensen aan, iemand die er niet eens om had gevraagd.

Het was een eervolle benoeming, mannen ontmoeten die algemeen beschouwd werden als de grootste misdadigers van de eeuw. Als leidinggevende van meerdere psychiatrische ziekenhuizen had Kelley geleerd dat abnormaal gedrag vaak voortkwam uit mysterieuze en fascinerende achtergronden, en hij stelde zijn eigen doelen vast. Hij wilde aantonen dat de gevangenen als nazileiders gemeenschappelijke gebreken vertoonden: de bereidheid om slechte dingen te doen. Hadden ze dezelfde mentale ziekte of had hun gedrag dezelfde psychiatrische oorzaak? Bestond er een ‘nazipersoonlijkheid’ die verantwoordelijk was voor hun gruwelijke misdaden? Dat wilde Kelley uitzoeken. ‘De verwoesting van Europa, de dood van miljoenen mensen, het bijna ten onder gaan van de moderne cultuur zouden voor niets zijn geweest als we niet de juiste conclusies trekken uit de krachten die een dergelijke chaos hebben voortgebracht,’ schreef Kelley later.

‘We moeten het waarom van het nazisucces leren kennen, zodat we stappen kunnen ondernemen om herhaling van zoveel slechts te voorkomen.’

Kelley had zich al meteen een mening over Göring gevormd. Uit gesprekken met de andere nazigevangenen concludeerde hij dat Göring ‘ongetwijfeld de meest opmerkelijke persoonlijkheid in de gevangenis was, omdat hij intelligent was’, schreef hij in zijn medische aantekeningen.

‘Hij was goed ontwikkeld op mentaal gebied – en dik – een groot, krachtig lijf als hij zijn cape om had en je niet kon zien hoe zijn lichaamsvet wiebelde als hij liep, vanuit de verte zag hij er goed uit, een dynamische, krachtige figuur.’

Maar aangezien hun gesprekken, die in eerste instantie in Görings cel werden gevoerd, ook oppervlakkig over politiek, de oorlog en de opkomst van het nazisme gingen, was Kelley niet blind voor de donkere kant van Göring. De ex-Reichsmarschall kon ook meedogenloos zijn en narcistisch en onverschillig tegenover mensen die buiten zijn kleine kring familie en vrienden stonden. Die combinatie van karaktertrekken – de goede en de slechte – wekte Kelleys interesse in Göring op. Alleen zo’n knappe, capabele, slimme man, die de levens van zoveel mensen kapot had gemaakt en beëindigd, kon Kelley brengen naar de krochten van de menselijke ziel die hij zo graag wilde onderzoeken.


Geen psychopathische afwijking

In de zomer van 1945 was de Hermann Göring zoals zijn nazicollega’s hem kenden weer gezond in de gevangenis. Vol zelfvertrouwen en charismatisch begon hij de wereld weer uit te dagen. Hij werd de vastbesloten leider van een groep medegevangenen die onvrijwillig naar Mondorf waren gekomen. Net als Göring had Karl Dönitz boodschappen naar generaal Eisenhower gestuurd om te protesteren dat zijn behandeling niet volgens de regels voor krijgsgevangenen van de Geneefse Conventie was, gezien zijn legerrang toen hij gevangen was genomen. Eisenhower weigerde verandering in Dönitz’ behandeling te brengen en uitte in een openbare verklaring zijn ongenoegen over de bijna luxueuze gevangenschap waarin sommige nazi’s in de dagen direct na hun overgave leefden. Hij verklaarde dat…

‘…hoge Duitsers alleen minimaal noodzakelijke onderkomens zouden moeten krijgen die spartaans gemeubileerd hoorden te zijn en dat alle gevangenen eten zouden moeten krijgen dat strikt naar de regels voor Duitse gevangenen van hun rang was vastgesteld’.

Kolonel Burton C. Andrus, rond 1945
Kolonel Burton C. Andrus, rond 1945
Na twee maanden was de aanwezigheid van Göring en de andere hoge nazi’s in Mondorf geen geheim meer. Journalisten verspreidden verhalen over gevangenen die luierden in een luxueus hotel en Radio Moskou gaf zijn luisteraars een uitgebreide en grotendeels verzonnen beschrijving van nazi’s die in een paleis vastzaten, waar ze chic eten en prima wijn op zilveren bladen gepresenteerd kregen, dik en dronken werden, en in luxe auto’s over het gevangenisterrein werden rondgereden. Geschrokken van deze verzinsels hield kolonel Andrus op 16 juli open huis voor de pers en nodigde de journalisten ook uit om de cellen te bekijken. Hij hoopte zo te laten zien dat de nazi’s niet in de watten werden gelegd. De journalisten kwamen en schreven over het heel gewone eten, over het ondergoed van de gevangenen, over hun (al dan niet) schone cellen en de hekken en geweren die de gevangenis omgaven.

Andrus’ discipline, zo kregen de journalisten te horen, was geen verlakkerij. Hij eiste gedrag dat veel gevangenen tegen de haren in streek. De nazi’s moesten bijvoorbeeld opstaan zodra er geallieerde functionarissen binnenkwamen, dit deed Dönitz een keer niet. Net als Göring was hij kwaad over hun behandeling, die hij een voormalig staatshoofd onwaardig vond. ‘Man, sta op,’ riep Andrus en boos stond Dönitz op uit zijn stoel. Maar de eerdere persberichten hadden de publieke opinie al bepaald. De geallieerden wilden dat Göring en de andere hoge nazi’s naar een echte gevangenis werden overgebracht.

Göring beschouwde zichzelf onder meer nog steeds als gevangen staatshoofd en herhaalde dat hij weinig begreep van zijn blijvende gevangenschap. Hij kon zich niet voorstellen dat hij een proces zou krijgen – er waren amper precedenten van vervolgde staatshoofden – en verwachtte uiteindelijk te worden vrijgelaten. Anderen hadden een meer vooruitziende blik. Franz von Papen, de vroegere vicekanselier van Duitsland vanaf het begin van het naziregime, voelde nattigheid toen de bewakers hem naar een cel dichter bij die van Göring overplaatsten. Slechts een paar gevangenen realiseerden zich precies wat de geallieerden met hen voor hadden. In het Engelse detentiecentrum Dustbin, waar de gevangenen naar de radio mochten luisteren, hoorde Albert Speer, ex-minister voor Bewapening en Munitie, over een oorlogstribunaal. Hij gaf de andere gevangenen een seintje dat hij net zo’n cyanidecapsule wilde hebben als Göring er een paar had, maar die kreeg hij niet.

Beelden van Hermann Göring tijdens zijn gevangenschap:

William ‘Wild Bill’ Donovan, directeur van het Amerikaanse Office of Strategic Services en een van de toekomstige oprichters van de Central Intelligence Agency (CIA), werkte aan de komende rechtsvervolging door het aanstaande oorlogstribunaal en was vaak in Mondorf. Op 8 augustus werden de vier geallieerde machten het eindelijk eens over een handvest voor het tribunaal. Hoewel Frankrijk, Engeland, Amerika en de USSR gezamenlijk zouden vervolgen en de naziverdachten zouden berechten, kreeg Amerika de leiding over het Internationaal Tribunaal en werd de Amerikaanse Hooggerechtshofrechter Robert Jackson hoofd van het Openbaar Ministerie. Jacksons team wees Göring aan als hoogste nazi nu Hitler afwezig was en stak veel energie in zijn mogelijke veroordeling.

Drie maanden nadat Göring in Mondorf was aangekomen, hoorden hij en een select groepje topnazi’s dat ze nog een keer zouden verhuizen. Wanneer of waar naartoe was niet bekend. Misschien als voorbereiding hierop schreef Kelley op 6 augustus een gedetailleerde fysieke, neurologische en psychiatrische evaluatie van Göring. Hij vond zijn patiënt alert, volledig aangepast aan zijn cel en coöperatief. De omgeving had amper invloed op Görings emoties; zijn ‘sterke, foute’ emoties ‘komen voornamelijk vanuit hemzelf’. Tegelijkertijd, zo concludeerde Kelley, had Göring geen belangstelling voor andermans zaken. Door zijn militaire training en zelfdiscipline beweerde Göring dat problemen van anderen hem niet raakten. Kelley noemde hem consequent ‘een agressief, narcistisch individu’ dat volledig op zichzelf was gericht.

Om te zorgen dat Göring kon slapen na zijn afkicken van de paracodeïne, had Kelley hem het barbituraat fenobarbital voorgeschreven. Hij besloot de psychiatrische evaluatie met:

‘De geïnterneerde is geestelijk gezond en verantwoordelijk, en vertoont geen tekenen van enig type psychopathische afwijking.’

Deze inschatting van Görings fundamentele geestelijke gezondheid zou in de maanden hierna niet veranderen.

In de vroege ochtend van 12 augustus verscheen er een konvooi van Amerikaanse legerambulances en andere voertuigen voor de voordeur van het Palace Hotel en vijftien gevangenen met boekentassen stapten in. De gevangenen, hierna verdachten, hadden geen riemen, stropdassen en veters. (De achtergebleven nazigedetineerden reisden apart.) In elk voertuig reden drie bewapende bewakers mee en Andrus stapte in de voorste auto. Zonder escorte, sirenes of enig ander teken dat de passagiers belangrijk waren, reed het konvooi rustig door Monford naar Luxemburg-stad, waar twee C-47-transportvliegtuigen op een vliegveld op hen stonden te wachten.

Palace Hotel voor de oorlog - cc
Palace Hotel voor de oorlog, Mondorf-les-Bains (Publiek Domein – wiki)

Göring, die in zijn ene hand zijn rode hoedendoos vasthad en met de andere zijn broek ophield, stapte als een van de eersten uit een ambulance. De piloten hadden niet geweten wat ze moesten vervoeren en keken nu verbijsterd naar de nazi’s die aan boord kwamen. De gevangenen gingen zitten op banken die in de lengte in de vliegtuigen waren gezet, verder waren er in de vliegtuigen alleen nog een toilet en een urinoir.

Twee bewakers, een met een .45-pistool en de ander met een knuppel gemaakt van een bezemsteel, stapten ook in. Achter in elk vliegtuig hield een bewapende bewaker de gevangenen in de gaten. Terwijl de vliegtuigen opstegen en naar het zuidoosten vlogen, hielden de meeste gevangenen zich rustig, ook Julius Streicher, die luchtziek was. Göring was de enige uitzondering. ‘Kijk er goed naar,’ zei hij tegen zijn kompanen toen ze boven de Rijn vlogen. ‘Die heb je waarschijnlijk voor de laatste keer gezien.’ Later vroeg hij of hij de cockpit mocht zien. Kolonel Andrus negeerde de vraag. De stad Neurenberg lag voor hen.

De nazi en de psychiater
De nazi en de psychiater
Kelley ging met de nazi’s mee naar de Neurenbergse gevangenis. Zijn nieuwe orders waren om de mentale gezondheid van de tweeëntwintig mannen te beoordelen, of ze een proces aankonden. Door zijn ervaringen met de nazi’s in Mondorf, en met name met Göring, gingen zijn ideeën verder dan zijn officiële taken. Hadden deze gevangenen een soort gemeenschappelijke mentale karaktertrek? Hadden ze allemaal een psychiatrische ziekte, waardoor ze hadden meegedaan aan de afgrijselijke daden van het Derde Rijk? Doordat hij met deze Duitsers werkte, vroeg Kelley zich af of hij de prangende vragen die in zijn hoofd opkwamen kon beantwoorden. Misschien kon zijn wetenschappelijk onderzoek van de geest van deze mannen een factor identificeren die gebruikt kon worden om te voorkomen dat er in de toekomst weer een naziachtig regime kon opkomen.

De druk was groot. Zonder officiële goedkeuring ontwikkelde Kelley een plan om de psychologische uithoeken in de hersenen van de gevangen nazileiders te gaan verkennen.

Boek: De nazi en de psychiater

Gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief (51.365 actieve abonnees)


Mede dankzij onze donateurs zijn al onze artikelen gratis te lezen. Op Historiek vindt u dus geen PREMIUM artikelen of 'slotjes'.

Steun ons ook

×