Wie een beetje fantasie gebruikt kan in de wortels van het kruid alruin, ook bekend als mandragora officinarum, een mensje zien. Om die reden was de plant in het verleden onder meer populair in de magie en werden er zeer bijzondere krachten aan toegedicht.
Alruin is een plant uit de zogeheten nachtschadefamilie en bevat verschillende giftige stoffen. Hierdoor is het kruid in het verleden onder meer als narcoticum, pijnstiller en hallucinogeen middel gebruikt. Verder werd de plant soms ingezet als afrodisiacum, waarbij men geloofde dat de bestandsdelen de seksuele verlangens van de innemer zouden vergroten en de aantrekkingskracht tussen partners werd versterkt.
Over het plantje gingen vroeger de wildste verhalen rond. Zo werd bijvoorbeeld beweerd dat het kruid ontstond uit de urine en het zaad van misdadigers die aan de galg aan hun einde gekomen waren. Alruin zou hier ook zijn magische krachten aan ontlenen. Wie het kruid in handen wilde krijgen moest heel voorzichtig te werk gaan. Volgens sommige verhalen kon men alruin alleen bij helder maanlicht veilig uit de aarde trekken, mits een passend gebed en ritueel waren uitgevoerd. Hiervoor kon men dan het beste een (zwarte) hond gebruiken die met een touw aan de plant was vastgemaakt. Dit om te voorkomen dat de wortels door mensenhanden werden aangeraakt.
Tijdens deze speciale gelegenheden zou het ’toverplantje’ een bijzonder licht verspreiden. Wie het kruid eenmaal in bezit had moest het thuis schoonwassen in wijn, in zijde wikkelen en vervolgens met zwart fluweel toedekken. Daarna was men nog niet klaar. Het magische kruid wilde hierna ook dagelijks gebaad en gevoed worden.
In de Middeleeuwen werd verder beweerd dat de alruin een schreeuw liet horen wanneer hij uit de grond werd getrokken. Het was daarom ten zeerste aan te raden tijdens het plukken de handen voor de oren te houden, want wie de afgrijselijke schreeuw hoorde, zou terstond krankzinnig worden of zelfs dood neervallen. Ook kon het helpen om tijdens de werkzaamheden hard op een trompet te blazen.
Harry Potter
De bekende Britse auteur J.K. Rowling liet zich tijdens het schrijven van de Harry Potter-boeken inspireren door het krijsende plantje. In de populaire serie speelt de zogeheten Mandragora-plant namelijk een belangrijke rol. Met behulp van dit plantje kunnen bijvoorbeeld negatieve spreuken ongedaan worden gemaakt. Omdat de planten gevaarlijk hard schreeuwen dragen verzorgers altijd dikke oorwarmers.
Alruin had kortom een bijzondere reputatie, maar toch waren er vroeger wel mensen die het kruid erg graag in handen kregen. Met name de wortels waren geliefd. Met wat fantasie vertonen die gelijkenissen met kleine mensenpoppetjes en de bezitter, zo werd beweerd, zou kracht krijgen over allerlei zaken. Ook kon het plantje dus gebruikt worden als medicijn, bijvoorbeeld tegen psychische problemen of slaapproblemen of om de kans op zwangerschap te vergroten.
Het plantje was gewild én tamelijk kostbaar, wat ertoe leidde dat sommige handelaren de boel probeerden te flessen. Ze sneden bijvoorbeeld een mensenfiguur uit de wortel van een goedkopere plant, de heggenrank, en lieten deze enkele dagen in water staan om wortelhaartjes te laten groeien. Hierdoor probeerden ze de nep-alruin met winst te kunnen verkopen.
Vandaag de dag wordt alruin soms nog gebruikt in de homeopathie en volksgeneeskunde. Ook binnen de moderne hekserij wordt het kruid soms ingezet, bijvoorbeeld tijdens speciale rituelen.
Medisch, magisch, of iets daar tussenin?
De Nederlander en magie
Bronnen â–¼
-https://nl.wikipedia.org/wiki/Mandragora_(Harry_Potter)
-https://www.bnnvara.nl/vroegevogels/artikelen/krijsende-plant-van-harry-potter-is-niet-zomaar-een-verzinsel
-Magie, geloof en bijgeloof – Jan Guus Waldorp (NDB Biblion) 2005
-http://www.bijbelaantekeningen.nl/files/subject?837