Hij geldt als een van de invloedrijkste filosofen en denkers uit de Nederlandse geschiedenis: Baruch Spinoza (1632-1677), ook wel Benedictus de Spinoza genoemd. Spinoza was een veelzijdig denker en doener. Niet alleen was hij filosoof en wiskundige, ook dacht hij diepgaand na over politieke en economische vraagstukken en was politiek denker en werkte hij als lenzenslijper.
Hij is vooral bekend van twee grote filosofische werken: Tractatus Theologico-Politicus (1670) – een van de oudste geschriften die voor een vrije meningsuiting pleitte – en zijn magnum opus Ethica (1677, postuum verschenen).
Samen met René Descartes (1596-1650) en Gottfried Wilhelm Leibniz (1646-1716) behoort Spinoza tot de belangrijkste filosofen van het rationalisme en legde hij met zijn klemtoon op de rede (“Durf te denken!”) mede een basis voor de Verlichting in de achttiende eeuw. Spinoza borduurde onder meer voort op de filosofie van Aristoteles, maar liet zich ook sterk inspireren door denkers als Plato, Descartes, Thomas Hobbes (1588-1679) en Hugo de Groot (1583-1645).
Centrale thema’s in zijn filosofie waren de noties God en de rol en betekenis van vrijheid en tolerantie in het leven. Spinoza werd door onderzoekers wel beschouwd als de eerste filosoof die het atheïsme in een filosofisch systeem goot – onder meer door Pierre Bayle (1647-1706) -, maar tegelijk was hij een denker die voortdurend nadacht over theologische thema’s en bij wie God en de natuur samenvielen (pantheïsme).
Jeugd van Spinoza
Baruch de Spinoza werd geboren op 24 november 1632 in Amsterdam. Hij was de zoon van een Portugees-joodse koopman. Toen Baruch vijf jaar was overleed zijn moeder en in 1654, Baruch was toen 21, zijn vader. Na het voltooien van zijn de Talmoedschool in Amsterdam, waar hij al de werken van Maimonides (1135-1204, een joodse filosoof uit de Middeleeuwen en bekend van de spreuk Krijg de rambam!), werd Spinoza samen met zijn broer handelaar in tropisch fruit.
De werken van Spinoza: kernpunten uit zijn filosofie
Tractatus Theologico-Politicus
De belangrijkste filosofische boeken die Spinoza schreef waren Tractatus Theologico-Politicus (1670) en het postuum uitgebrachte Ethica (1677).
De Tractatus Theologico-Politicus verscheen anoniem in 1670. Spinoza analyseerde hierin de Bijbel op een logisch-rationalistische manier. Uiteindelijk zou het Theologisch-Politiek Tractaat vooral invloed krijgen op het denken over vrijheid en tolerantie in de filosofie. Spinoza bepleitte een totale vrijheid van meningsuiting en godsdienstvrijheid, wat een vrij uniek standpunt was in de zeventiende eeuw. Samen met de Britse filosoof John Locke (1632-1704) verdedigde Spinoza principieel de levenshouding van tolerantie.
Het Traktaat was – niet toevallig – geschreven tijdens het Eerste Stadhouderloze Tijdperk (1650-1672) toen de druk van de orangisten op de staatsgezinden toenam. Spinoza ageerde tegen het recht van opstand en wilde de status quo van toen behouden. Hij was zeer geschokt door de moord op Johann en Cornelis de Witt in 1672. Typerend is hoe het Traktaat eindigde: met lovenswaardige woorden over de vrijheden die de stad Amsterdam aan zijn burgers schonk.
Ethica
In de Ethica beantwoordde Spinoza een klassieke vraag, namelijk: ‘Wat is het goede leven?’. Net als Aristoteles stelde Spinoza dat ‘het goede leven’ gebaseerd is op een goede, ware kennis van de werkelijkheid en inzicht in de goddelijke natuur. De rede is hierbij het absolute uitgangspunt; goddelijke openbaringen nam Spinoza niet serieus. De Ethica van Spinoza bestaat uit vijf boeken die mathematisch zijn gestructureerd en opgezet. Wiskunde wordt in de Ethica voorgesteld als uitgangspunt en voorbeeld voor de filosofie. De vijf delen van het boek hadden als titel:
- God;
- Over aard en oorsprong van de geest;
- Over oorsprong en aard der aandoeningen;
- Over de menselijke knechtschap of de macht der aandoeningen;
- Over de macht van het verstand of de menselijke vrijheid.
Baruch Spinoza in de ban (1656)
Op 27 juli 1656 werd Baruch Spinoza verbannen uit de joodse gemeenschap. Als reden voor de ban golden Spinoza’s ‘abominabele ketterijen’ en ‘monsterlijke daden’, maar precies inhoudelijk is niet bekend wat de reden voor de excommunicatie was. Wel waren de gevolgen ingrijpend: zo mochten bekenden uit de joodse gemeenschap en familie geen contact meer met Spinoza hebben.
De redenen voor de verbanning (kunnen) zijn geweest de bestrijding van het oppergezag van de rabbijnen door Spinoza, zijn verwerping van het openbaringsgeloof (de Joodse Tora was niet het onfeilbare woord) en zijn opvattingen over God als pantheïst.
Hierna verhuisde Spinoza in 1660 naar Rijnsburg, waar hij de kost verdiende als lenzenslijper en veel ontmoetingen had met filosofen. Spinoza was een uitstekend lenzenslijper, want zijn glaswerk werd onder meer gebruikt door de beroemde Nederlandse natuurkundige en astronoom Christiaan Huygens (1629-1695). Later verhuisde Spinoza nog naar Voorburg en Den Haag.
Dood van Spinoza
In 1677 overleed Baruch Spinoza op slechts 44-jarige leeftijd aan een longziekte, die werd veroorzaakt door het inademen van silica-stof (glasstof) dat vrijkwam tijdens het maken van lenzen. Zijn longen werden steeds slechter en op 21 februari 1677 overleed Spinoza in Den Haag.
Boek: De essentie van Spinoza
Video: Spinoza – Durf te Denken
Bronnen ▼
Boeken
-Jan Bor en Errit Petersma, Atlas Contact, 2014 [1995]) 422-427.
–Kroniek van de mensheid (Elsevier-uitgave, 1986) 491.
Internet
-https://www.filosofie.nl/spinoza/index.html
-https://www.britannica.com/biography/Benedict-de-Spinoza
-https://historiek.net/spinoza-een-rationalistische-mysticus/52933/
-https://www.amsterdamsespinozakring.nl/
-https://www.kb.nl/themas/filosofie/benedictus-de-spinoza/benedictus-de-spinoza-biografie