Dark
Light

De Catalaanse Caganer of de ‘ongegeneerde kakker’

Auteur:
5 minuten leestijd

Caganer
In een uitstalraam tegen de gevel van een winkel in de Carrer de la Llibreteria te Barcelona, niet ver van het Plaça de Sant Jaume, staan vreemde figuurtjes. Staan ze? Zitten ze?

Bij nader toezien zitten ze. Op een vreemde manier: gehurkt, zonder echter met het achterste een stoel of iets anders aan te raken. Ze bestaan in tal van formaten en hebben één ding gemeen: de omlaaggetrokken broek of omhooggehouden rok of kleed en iets waarvan de kleur niets aan de verbeelding overlaat, maar dat gelukkig niet te ruiken is: een drol. Ze worden caganer, te vertalen als kakker, genoemd. Kan men het met enige dichterlijke vrijheid over de ongegeneerde kakker te hebben?!

In Catalunya kan men menjar be of goed eten. Wie zijn tijd neemt om Catalunya beter te leren kennen in plaats van slechts aan de stranden te blijven plakken en zonnenkloppen of te slenteren of het als doorreisland naar het zuiden te gebruiken, weet dat het land synoniem kan zijn voor gastronomie: vissoorten in overvloed, lams- en schapenvlees, vlees van varkens waarvan men alle delen gebruikt, gevogelte waarvan de hanenkammen opvallen, groenten, rijst die via Spanje in Italië terechtgekomen is, paddestoelen die je in de Lage Landen niet kunt vinden, truffels die zonder moeite de concurrentie met de Franse en Italiaanse kunnen doorstaan…

De Catalaanse gastronomie is ongehoord rijk.

Pa amb tomàquet – Foto: CC/Jennifer W.Maderazo

Denk aan pa amb tomàquet: een dikke snee geroosterd pa de pagés of boerenbrood, eerst met een teentje verse look en dan met tomaat ingewreven en tenslotte overgoten met de allerbeste olijfolie die slechts uit Catalunya kan komen. Waar anders kan men arbequines, kleine olijven waarvan de diameter niet groter is dan de nagel van een pink, en donkerblauw, zelfs purper kleuren, vinden. Vergeet niet om naar de sappige en vlezige tomaten voor pa amb tomàquet te vragen. In de typische restaurants vind je de ingrediënten los van elkaar: begin echter niet met alles apart op te eten behalve dan de look waarvan je vindt dat hij te scherp smaakt, of je maakt je voor eeuwig en altijd belachelijk.

Denk aan mar i muntanya-gerechten waarin ingrediënten uit de zee en van het land op een verrassende, originele en vooral lekkere manier gecombineerd worden. Kip met gambes in een saus op basis van amandelen en hazelnoten, met een vijzel in een mortier fijngestampt. Gebruik geen mixer: de draaiende beweging zou de saus door verhitting anders, minder goed dus, doen smaken.

Cargols a la llauna – Foto: CC/Chixoy

Varkenspootjes of konijn met slakken. Slakken worden in een patacó Tarragoni zelfs samen met tonijn bereid. Ze worden zelfs op zich klaargemaakt: proef eens van de cargols a la llauna, vergelijkbaar met Franse escargots de Bourgogne, maar gargantuesk en niet zelden klaargemaakt boven gedroogd hout van overjaarse wijnranken. Je krijgt geen zes slakken, maar veertig of zelfs meer, overgoten met een heerlijke looksaus: alioli, geen lookmayonaise die slechts dient om het uitgesprokene en zalige van de look te verdoezelen.

Ik heb daarjuist een deel van een zegswijze gebruikt. Laat me toe om volledig te citeren: menjar be i cagar fort i no tingues por de la mort of: wie goed eet en flink kakt, moet niet bang zijn voor de dood. Men kan niet ontkennen dat Catalanen iets hebben met scatologie of een soort liefde voor wat op uitwerpselen betrekking heeft.

Joan Miró – De Boerderij

Op het bijna-realistische schilderij De boerderij van Joan Miró uit het begin van de twintiger jaren van vorige eeuw, bezit van één van Ernest Hemingway’s erfgenamen, is een jongetje afgebeeld dat gehurkt zit te kakken terwijl zijn moeder op het erf de was doet. In 1935 volgt het puur-Miroaanse Man en vrouw voor een hoop excrementen waarnaar het op het schilderij voor niet-ingewijden wel even zoeken is.

Tijdens zijn verblijven in Frankrijk ging Salvador Dalí geregeld naar Pujol, al dan niet toevallig een Catalaanse naam, le Pétomane ging luisteren die met luid-klinkende winden onder meer de Marseillaise liet horen. Is Dalí wel een scatoloog? Is hij niet eerder iemand die te pas en veel vaker nog te onpas dingen deed om op te vallen? Was het feit dat hij zich met jonge, liefst provocerende en naakte vrouwen omringde, niet eerder bedoeld om zijn voorkeur voor de herenliefde zoals het zo preuts genoemd wordt, te verbergen?

Toch waren Miró, noch Dalí de eerste scatologen uit de Catalaanse kunst. Dat was Raimon Bérenguier IV, graaf van de Provence, die leefde van 1199 tot 1245. Hoewel hij geboren werd en stierf in Ais-de-Provença of Aix-en-Provence, was hij een Catalaan in hart en nieren uit het huis van de graven van Barcelona. Lees volgend fragment uit één van zijn gedichten:

Arnaut, mijn vriend, hoor: honderd edele vrouwen
gaan overzee en zijn reeds halverwege,
dan ligt hun schip klapperend met zeil en touwen,
kan voort noch terug: de wind blijft achterwege,
tenzij jij nu een harde wind laat knallen
die over heel de zee stort en hen allen
weer veilig op een haven terug doet vallen.
Zou jij dat doen, vraag ik, of ben je tegen?

De figuur die zijn drollen zomaar overal te vinden legt, wordt caganer genoemd. Hij heeft tal van gezichten: verwrongen en met van inspanning uitpuilende ogen, in gedachten verzonken alsof over de dingen des levens nagedacht wordt, provocerend kijkend of gewoon maar lachend. Hij is meestal in aardewerk gemaakt en met de hand beschilderd. Hij kan ook in papier-maché zijn. Hij kan veel personen uitbeelden: de traditionele Catalaan met zwarte broek, wit hemd, rode gordel en de obligate barretina of Catalaanse muts, Catalaanse en andere politici, gewone priesters, monniken, abten en bisschoppen…



Hij staat symbool voor twee karakteristieken van de Catalaan: de rauxa of grenzeloze emotie en de seny of benul of inzicht, zelfs wijsheid. Geloof niet, nooit dat de caganer letterlijk laag bij de grond is. Hij symboliseert het overleven van de mens: wat aan de aarde ontnomen werd, wordt eraan teruggegeven en komt de mens ten goede. Leuker en realistischer dan het christelijke stof en as? Kortom, iemand die de aarde de vruchtbaarheid en dus de kracht om opnieuw voort te brengen en de tijd in beweging te houden, geeft. Een soort van perpetuum mobile? Een feestelijk iets op culinair gebied waarvan de drol misschien wel hét symbool is?

Toch hangt de caganer nauw samen met hét christelijke feest. Wie rond kerst in Barcelona is, moet maar eens langs de stalletjes aan de kathedraal lopen. Ze bieden tal van accessoires voor pessebres of kerststallen waarin ook de caganer plaats heeft, aan. Kijk niet verwonderd op wanneer je zelfs Jozef en Maria, de Drie Koningen, engelen en herders met blote kont hun ding ziet doen.

Er zijn caganers bekend uit de zestiende eeuw. Ze zijn dan ook gezochte collector items. Een belangrijke verzameling bevindt zich in het Museu del Joquet de Catalunya, een speelgoedmuseum te Figueres. Caganers kan je vooral in kleine winkels waar men soms de meest overbodige snuisterijen verkoopt, vinden. Ik heb er gekocht in Barcelona, Cadaqués en Figueres.

Als Vlaming kan ik niet anders dan sympathie hebben voor de caganer. Hij vertoont immers gelijkenis met het Manneken Pis dat niet ver van de Grote Markt van Brussel ononderbroken zijn ding doet en door Nederlandsonkundige, frankofone Brusselaars Petit Julien genoemd wordt. Er staat er ook eentje aan het stadhuis van Geraardsbergen in Oost-Vlaanderen. Tot spijt van de Brusselaars is hij ouder dan hun exemplaar. Dat zullen de inwoners van Brussel echter nooit toegeven.

Bewust heb ik caganer vertaald door het Zuid-Nederlandse kakker in plaats van het Noord-Nederlandse poeper. Kakker geeft het klankenspel immers bijna-perfect weer.
Het citaat van het gedicht is ontleend aan: VAN ALTENA, Ernst [samensteller]. Daar ik tot zang word aangespoord. Occitaanse troubadours 1100-1300. Ambo, Baarn. 1987.

Rik Wouters
Toeristische gids voor Vlaanderen, Barcelona
en gidsingen op aanvraag én maat
e-mail: [email protected]

×