De emotionele impact van de roof van Joods cultuurbezit

3 minuten leestijd
Zelfportret met hand aan snor, Samuel Jessurun de Mesquita, 1917, detail
Zelfportret met hand aan snor, Samuel Jessurun de Mesquita, 1917, detail. Collectie Rijksmuseum

Het Joods Cultureel Kwartier en het Rijksmuseum in Amsterdam werken aan een gezamenlijke tentoonstelling waarin de emotionele impact van de roof van persoonlijke bezittingen tijdens het naziregime inzichtelijk wordt gemaakt. Centraal staan acht persoonlijke verhalen over de strijd die overlevenden en nabestaanden van vermoorde Joden na de oorlog moesten voeren om deze bezittingen, en daarmee hun waardigheid, weer terug te krijgen.

De tentoonstelling, met als titel Beroofd, persoonlijke verhalen over de roof en restitutie van Joods cultuurbezit, is vanaf eind mei op twee locaties in Amsterdam te zien: in het pas geopende Nationaal Holocaustmuseum en in het Joods Museum.

Aan de hand van (kunst)voorwerpen, foto’s, persoonlijke documenten, film- en geluidsfragmenten en interviews met nazaten worden de acht verhalen tot leven gebracht. In het Nationaal Holocaustmuseum staan vijf verhalen over de restitutie van kunst centraal (Fritz Mannheimer, Dési Goudstikker, familie Heppner-Krämer, Samuel Jessurun de Mesquita en Margarete Stern-Lippmann) en in het Joods Museum drie persoonlijke verhalen over de restitutie van Hebreeuwse boeken en Joodse rituele voorwerpen (Louis Hirschel, Louis Lamm en Leo Isaac Lessmann).

Nationaal Holocaustmuseum
Nationaal Holocaustmuseum. Office Winhov / ©Max Hart Nibbrig / JCK

Spoorloos verdwenen

De succesvolle antiquariaat-boekhandelaar Louis Lamm (1871-1943) vluchtte in 1933 van Berlijn naar Amsterdam. Zijn zaak werd in 1941 door de Duitse Sicherheitsdienst gesloten, hijzelf werd eind 1943 gedeporteerd en vermoord. Het antiquariaat werd in datzelfde jaar leeggeroofd door de nazi’s.

Een klein deel van de collectie van Lamm bevindt zich in Israël, van het grootste deel is de verblijfplaats onbekend. In het huis van Lamm waren duizend Joodse rituele voorwerpen in kisten opgeslagen uit het bezit van Leo Isaac Lessmann (1891-1971). Deze had zijn collectie vanwege de toenemende dreiging in Duitsland naar Louis Lamm gestuurd en was zelf in 1939 naar Palestina gevlucht. Alle voorwerpen van Lessmann verdwenen in de oorlog spoorloos. Lessmann ontving pas in 1966 een (te lage) financiële compensatie uit Duitsland voor zijn collectie. Hij zou nooit meer opnieuw een verzameling aanleggen.

Het beeld van de tentoonstelling is dit zelfportret van de belangrijke Nederlandse graficus en leermeester van M.C. Escher, Samuel Jessurun de Mesquita
Het beeld van de tentoonstelling is dit zelfportret van de belangrijke Nederlandse graficus en leermeester van M.C. Escher, Samuel Jessurun de Mesquita (1868-1944). Nadat hij was gedeporteerd, werden zijn huis en atelier door de Duitse bezetter geplunderd. Ook zijn verhaal zit in de tentoonstelling. Collectie Rijksmuseum.

Noodfondsen

Fritz Mannheimer (1890-1939) verwierf in de jaren dertig een internationale kunstnijverheidcollectie van hoog niveau. Veel topstukken verwierf hij in de tweede helft van de jaren dertig van Joodse verzamelaars in Duitsland, die vanwege de nazivervolging hun collecties moesten verkopen. Wie tussen 1933 en 1939 Duitsland wilde verlaten, moest een torenhoge emigratiebelasting betalen. Mannheimer was tegelijkertijd zeer betrokken bij hun lot en zette noodfondsen op om de Duitse Joden te helpen.

Een deel van zijn collectie werd in de oorlog naar Duitsland overgebracht om te worden opgenomen in het (nooit gerealiseerde) Führermuseum. Na de oorlog kwamen 1800 voorwerpen terecht in het Rijksmuseum waar zij behoren tot de top van de collectie kunstnijverheid.

Taaie bureaucratie

Jacques Goudstikker (1938)
Jacques Goudstikker (1938)
De tentoonstelling vertelt ook het verhaal van Dési Goudstikker-Halban (1912-1996). Haar man, kunsthandelaar Jacques Goudstikker, overleed in 1940 tijdens hun vlucht naar Engeland. Na de oorlog voerde zij een jarenlange strijd tegen de Nederlandse overheid om zijn kunstverzameling terug te krijgen.

Goudstikkers bloeiende kunsthandel was tijdens de bezetting volledig onttakeld door de nazi’s. Dési Goudstikker stuitte op een halsstarrige Nederlandse regering en de taaie, ambtelijke bureaucratie van verschillende organisaties waarmee zij te maken kreeg. Ondanks een jarenlang proces ging zij uiteindelijk moegestreden akkoord met een schikking.

Onderzoek

Sinds 2012 houden vijf onderzoekers van het Rijksmuseum zich bezig met onderzoek naar de herkomst van de collectie na 1933. De tentoonstelling komt deels tot stand naar aanleiding van dit onderzoek. Een groot deel van de kunstobjecten in de tentoonstelling is afkomstig uit de collectie van het Rijksmuseum en er zijn bruiklenen uit de Verenigde Staten. De tentoonstelling Beroofd gaf het Joods Cultureel Kwartier de gelegenheid nieuw onderzoek te doen naar de roof van zogeheten judaïca, waarvan de resultaten te zien zijn in de verhalen in het Joods Museum. Deze voorwerpen komen voor een belangrijk deel uit Israël.

Bij de tentoonstelling verschijnt een vierdelige podcast-serie over Max Amichai Heppner (1933) en de collectie van zijn familie. Verder wordt een begeleidend boek uitgebracht, met de titel Beroofd. Persoonlijke verhalen over roof en restitutie.

De tentoonstelling loopt van 31 mei tot en met 27 oktober 2024

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×