Dark
Light

Zilvermeesters en een schoonheidsfoutje

De Gouden Eeuw van Alkmaar (#4)
3 minuten leestijd
Twee portretten door Pickenoy, maar wie zijn het?
Twee portretten door Pickenoy, maar wie zijn het?
Stedelijk Museum Alkmaar werd in 2013 gemoderniseerd en kwam met twee nieuwe vaste opstellingen: ‘Victorie! Het Beleg van Alkmaar in 1573’ en ‘De Gouden Eeuw van Alkmaar’. Op Historiek plaatste het museum gedurende de verbouwing enkele berichten over objecten uit de eigen collectie. Tekst Leon Geutjes.


7 – Zilvermeesters in de Gouden Eeuw

De rand van een lavaboschaal (Isbrant Blom, 1680) heeft zowel van de boven- als van de onderkant reliëf meegekregen

Alkmaars zilver is zeer gewaardeerd. De smeden uit deze stad waren meesters in hun vak. Stedelijk Museum Alkmaar vergaarde een mooie collectie voorbeelden van hun werk uit verschillende eeuwen. In de Gouden Eeuwzaal wordt schutters- en kerkelijk zilver getoond. Daarin zijn gemakkelijk de technieken te herkennen waarmee zilversmeden hun materiaal vormgeven: gieten, hameren en drijven.

Zilver wordt vloeibaar bij een temperatuur boven 961°C. Daarna kan het in iedere gewenste vorm gegoten worden. Daarvoor gebruiken smeden de ‘zandgietmethode’. Een houten model wordt in gietzand afgedrukt.

De voet van deze tazza (Jan Jansz Croon, 1648) werd gemaakt van gegoten zilver
Hierdoor ontstaat een negatief, waar het vloeibare zilver in wordt gegoten. Een andere techniek om zilver te gieten is de ‘verlorenwasmethode’. De smid maakt een model van was en bedekt het met gips. Als hij het geheel verhit, smelt de was weg en kan vloeibaar zilver de holte onder het gips vullen.

De hamertechniek spreekt vrijwel voor zich: met een hamer en aambeeld wordt een plaat zilver naar wens gevormd.

Drijven is een versieringstechniek. Vanaf de achterkant brengt de smid een reliëf aan in het object. Andersom kan hij aan de voorkant stukjes terugdrijven: ciseleren of repousseren. Hierdoor kan een reliëf verschillende hoogtes krijgen. Goed te zien in de lavaboschaal.


Twee portretten door Pickenoy, maar wie zijn het? – Nicolaes Eliasz Pickenoy, Portretten van een onbekende man en zijn vrouw, 1628 (Stedelijk Museum Alkmaar – Bruikleen Stichting Van Foreest en Van Egmond van de Nijenburg – Inventarisnummers 27007 en 27008)

8 – Schoonheidsfoutje

Deze twee onbekenden zijn waarschijnlijk verwanten van de familie Van Foreest. Die heeft de portretten immers lang in haar bezit gehad op landgoed Nijenburg in Heiloo. De wisselvallige luchtvochtigheid op zo’n plek maakt dat de planken van paneelschilderijen zoals deze veelvuldig uitzetten en inkrimpen. Een loslatende verflaag en lege plekjes op de naden zijn het gevolg. Vroeger werden zulke ‘lacunes’ niet alleen opgevuld en geretoucheerd. Ook omringende verf werd overschilderd om de voorstelling weer één geheel te maken.

In 2009 toonde onderzoek met UV-licht talloze retouches en overschilderingen op Pickenoys portretten. Restauratoren hebben de vergeelde vernislagen en alle oude toevoegingen weggehaald. Hierdoor kregen de schilderijen veel van hun oorspronkelijke kleur terug. Vervolgens werden alle kale plekjes weer geretoucheerd. Ditmaal zonder originele verf te overschilderen.

Links het vrouwenportret nadat alle retouches en overschilderingen waren verwijderd – In het midden een schets van restauratoren van overschilderingen en retouches – Rechts een schoonheidsfoutje (Foto’s: Boeijink & Boekel Schilderijenrestauratie

Wie goed kijkt, ziet dat de lijn van het damesmutsje rechts verspringt. Waarschijnlijk zijn de planken ooit van elkaar losgemaakt en weer aan elkaar gezet. Daarbij is het niet gelukt de voorstelling naadloos te laten doorlopen. Tijdens de recente restauratie had men dit probleem kunnen verhelpen. Door de planken opnieuw te verlijmen of door de verspringende delen iets te overschilderen. Samen met de eigenaren is besloten voorzichtig met deze prachtige stukken om te gaan, en geen van beide ingrepen uit te voeren. In haar ‘schoonheidsfoutjes’ toont de mooie dame haar geschiedenis.

Bovenstaande teksten zijn afkomstig uit het boekje Schoonheid en Stadstrots, geschreven door Leon A.J.H. Geutjes en verschenen onder redactie van Christi M. Klinkert, conservator van Stedelijk Museum Alkmaar. Eerder bijdragen in deze rubriek zijn op deze pagina te vinden.

×