Er verschijnen steeds meer biografieën van politici. Zo werden we de afgelopen jaren getrakteerd op levensbeschrijvingen van onder meer Hans Wiegel, Lodewijk Asscher, Els Borst en Hans van Mierlo. Ook het aantal politieke kopstukken dat zijn herinneringen op papier zet neemt toe. Onno Ruding deed dat bijvoorbeeld en nu Gert-Jan Segers. Maar of dat terugkijken altijd helemaal eerlijk gebeurt valt te bezien.
Het voordeel van een biografie is dat ze door een ander is geschreven en dus geacht mag worden objectiever te zijn. Alle beweringen worden – als het tenminste goed is – gedekt door bronnen. Bij memoires zie je de gebeurtenissen door één bril. Hoofdpersoon en auteur vallen samen. Dat heeft zeker voordelen, zoals een directere kennis van het onderwerp. Maar wellicht is het nadeel wezenlijker: je weet niet in hoeverre de tekst onpartijdig is.
Neem Macht en onmacht van Segers. Je moet maar aannemen dat alles is gegaan zoals de schrijver beweert. Het verhaal bevat niet zo zeer dé waarheid als wel zÃjn waarheid. Dat geldt zeker voor het deel (verreweg het grootste van het boek) dat zich afspeelt na 2012, toen de auteur namens de ChristenUnie in de Tweede Kamer kwam.
De jaren ervoor komen wel aan bod, maar tamelijk kort. Segers was toen natuurlijk ook nog geen bekende Nederlander. Hij vertelt dat hij (in 1969) in Lisse is geboren in een SGP-milieu, dat hij als kind naar Leeuwarden verhuisde (waar zijn vader pastor werd), dat hij politicologie in Leiden studeerde en dat het overlijden van zijn vader een diepe indruk op hem maakte.
Na een stage bij het Wetenschappelijk Instituut van het CDA werd hij lid van de RPF, een voorloper van de in het jaar 2000 gevormde ChristenUnie. Hij was medewerker van deze partij, maar koos eind jaren negentig voor de journalistiek. Daar ging hij aan de slag bij de EO. Vervolgens werkte hij enkele jaren in Egypte als zendeling.
Partijleider
In 2012 (we zijn dan pas op pagina 40 van de 253) werd hij in de Tweede Kamer gekozen. Eind 2015 volgde hij Arie Slob op als partijleider. Weliswaar pas na het nodige getob en overleg met zijn echtgenote, want in dit boek is alles ‘vreselijk zwaar’. Van enige ijdelheid of baantjesjacht is bij Segers nooit sprake. Althans niet in deze terugblik. Ook houdt hij steeds vast aan zijn standpunt dat ‘bidden het verschil maakt’, wat voor iemand met zijn achtergrond uiteraard niet opmerkelijk is.
Nadat Segers het leiderschap heeft aanvaard, volgt in het boek een uitgebreide beschrijving van de gebeurtenissen op het Binnenhof. Al tamelijk kort na zijn promotie tot partijleider kwam de formatie van 2017. Die leidde uiteindelijk tot Rutte III. Van dat kabinet maakte naast VVD, CDA en D66 ook de kleine (5 zetels) maar volgens Segers zeer principiële ChristenUnie deel uit.
Zonder slag of stoot ging dat bepaald niet. Segers besteedt veel aandacht aan D66, dat zich lang tegen de regeringsdeelname van de ChristenUnie verzette. De relatie tussen de twee partijen was ‘met afstand de meest complexe in mijn Haagse jaren’, schrijft Segers. Het liberale D66 en de christelijk-orthodoxe ChristenUnie verschillen vanzelfsprekend op diverse punten wezenlijk van elkaar. Toch zijn er ook duidelijke overeenkomsten. De ChristenUnie is in allerlei opzichten links, net als D66. Beide partijen zetten zich in voor asielzoekers en strijden tegen de opwarming van de aarde. Segers omschrijft D66 dan ook ergens als zijn ‘boezemvijand’.
Die kwalificatie gebruikt hij begrijpelijkerwijs niet voor de VVD, die hem dwong menige meloen door te slikken. Deze beroemd geworden uitdrukking, een ‘politieke klassieker’, werd volgens Segers overigens bedacht door Pieter Grinwis, een toenmalige beleidsmedewerker (tegenwoordig Kamerlid).
Monsterformatie
Het kabinet-Rutte III (dat pas tot stand kwam na een monsterformatie van 225 dagen) werd gevolgd door Rutte IV. Opnieuw wilde D66 eigenlijk niet met de ChristenUnie samenwerken. De ChristenUnie lag aanvankelijk ook dwars. Maar opnieuw zat er niks anders op. Het duurde wel nog aanzienlijk langer (299 dagen) voordat deze regering op het bordes stond, maar uiteindelijk lukte het. Lang bleef ze niet in stand. In de zomer van 2023 viel ze weer.
Segers heeft inmiddels plaatsgemaakt voor Mirjam Bikker als partijleider. Of de ChristenUnie onder haar aanvoerderschap nogmaals in het kabinet komt valt te betwijfelen. De partij stelt zich hoe langer hoe progressiever op en heeft zich daarmee vervreemd van de VVD, die na de verkiezingen vermoedelijk nauwelijks te negeren zal zijn.
Segers geeft in Macht en onmacht een vrij boeiend staaltje recente geschiedschrijving, zij het dat hij hier en daar wel eens het al te heilige boontje uithangt. Het boek is goed leesbaar (dat mag ook wel voor een voormalige journalist en zelfs romancier), maar of het beeld dat hij schetst steeds helemaal in overeenstemming met de feiten is kun je je afvragen. Het wachten is op een biografie van deze politicus.
Boek: Macht en onmacht. Politicus in een verdeeld land