Xander van Eck, hoogleraar Kunstgeschiedenis aan de universiteit van Izmir in Turkije, ontvangt vrijdag de erepenning van Teylers Tweede Genootschap.
In 1778 werd Teylers Stichting opgericht om de kunst en de wetenschap te bevorderen. Naast het bouwen van Teylers Museum richtte de Stichting twee genootschappen op, het Godgeleerd Genootschap en het Tweede Genootschap, dat zich bezighoudt met natuurwetenschap, dichtkunst, historie, tekenkunde en penningkunde. Sinds de oprichting kennen de twee genootschappen penningen toe aan de beste verhandeling over een belangrijk actueel of wetenschappelijk thema. Ieder jaar schrijft een lid van beide genootschappen een prijsvraag uit.
Teylers Tweede Genootschap schreef dit jaar een prijsvraag uit waarbij gevraagd werd om “een oorspronkelijke studie waarin gedemonstreerd wordt dat beeldmateriaal een belangrijke bron voor de geschiedenis is”. De inzendingen werden anoniem beoordeeld door de leden van het genootschap.
Hoogleraar Xander van Eck stuurde vijf uitvoerige artikelen in die allemaal zijn aan de gebrandschilderde glazen van de Goudse Sint Jan. Hij toonde hierin onder andere aan dat de keuze voor de Bijbelse onderwerpen van de glazen bepaald werd door de schenkers van die glazen, die daardoor hun persoonlijke visie op geloof, politiek en maatschappij tot uitdrukking brachten. Teylers Tweede Genootschap:
“Ook toont hij aan dat tijdens de Reformatie de kerkmeesters bewust gebruik maakten van katholieke elementen in de glazen om de nieuwe godsdienst te propageren. Dit zestiende-eeuws ensemble laat dus niet zien hoe de wereld er in het verleden uitzag, maar wel hoe de mensen uit dat verleden hun wereld zagen of wilden hoe anderen dat verleden zagen.”
De prijs bestaat uit een grote penning die werd ontworpen in 1779 door Johan George Holtzhey waarop een zinnebeeldige voorstelling te zien.