In 1863 aanvaardde aartshertog Maximiliaan van Oostenrijk (1832-1867) na lang aarzelen uiteindelijk toch de Mexicaanse keizerskroon. Het zou niet alleen het begin vormen van een tragisch avontuur voor hem en zijn echtgenote, prinses Charlotte van België, maar ook het leven kosten aan bijna zevenhonderd Belgische vrijwilligers die het echtpaar naar hun nieuwe vaderland vergezelden. Een relaas van een vrijwel ongekend hoofdstuk uit de Belgische geschiedenis:
Een Belgisch compromis
Even voor hun vertrek naar Mexico vroeg Maximiliaan aan koning Leopold I de beschikking over een vijftienhonderdtal soldaten die als een soort persoonlijke lijfwacht in de Mexicaanse hoofdstad zouden instaan voor de veiligheid van prinses Charlotte. Het verzoek bracht zowel de vorst als de toenmalige liberale regering in een lastig parket. Enerzijds was Leopold geneigd tegemoet te komen aan Maximiliaan’s vraag, anderzijds kon er geen sprake zijn om de neutraliteitspolitiek van het nog prille België in het gedrang te brengen door een Belgische troepenmacht, hoe beperkt ook, naar Mexico te sturen. Het werd een typisch Belgisch compromis ‘avant la lettre’…
Na enig politiek getouwtrek werd zonder al te veel ruchtbaarheid besloten om ver weg van pottenkijkers in het Oost-Vlaamse Oudenaarde een troepencontingent samen te stellen bestaande uit militairen die met verlof zonder wedde waren geplaatst en een aantal inderhaast geronselde burgervrijwilligers zodat voor de omringende Europese mogendheden de schijn werd opgehouden dat officieel de Belgische Staat niet in buitenlandse aangelegenheden intervenieerde.
Eind 1864, kort nadat Maximiliaan tot keizer was gekroond, scheepte het vrijwilligerskorps onder bevel van luitenant-kolonel Van der Smissen (1823-1895) vanuit de Franse havenstad Saint-Nazaire in naar Veracruz om van daaruit op te marcheren naar de Mexicaanse hoofdstad en daar de veiligheid van Charlotte te verzekeren.
De kaarten worden geschud
Al bij aankomst werd het Van der Smissen duidelijk dat de politieke situatie in Mexico heel wat minder rooskleurig was dan wat hem en zijn manschappen bij vertrek was voorgespiegeld. Veel Mexicanen, opgeruid door Benito Juarez (1806-1872) die door het Franse bezettingsleger van Napoleon III Mexico-Stad had moeten ontvluchten, erkenden Maximiliaan niet als hun keizer en rebelleerden openlijk tegen hem en zijn regering.
Van der Smissen, die de reputatie had nogal eigengereid te zijn, wilde zich algauw niet langer beperken tot bewakings- en beveiligingsopdrachten, maar besliste om met zijn manschappen actief deel te nemen aan de strijd tegen de rebellen.
Slag bij Tacámbaro de Collados (11 april 1865)
Tijdens een missie in de nabijgelegen opstandige provincie Michoacán hield een detachement van het Belgische vrijwilligersleger onder leiding van één van Van der Smissen’s officieren halt in de stad Tacámbaro. De Belgen kwamen er al vlug achter dat de stad omsingeld was door Juarez gezinde troepen en besloten zich in afwachting van versterking te verschansen in de kerk. De aanval liet echter niet lang op zich wachten.
Het Belgisch detachement dat slechts uit een kleine driehonderd soldaten bestond, bleek niet opgewassen tegen de numeriek veel grotere republikeinse legermacht aangevoerd door generaal Nicolas de Régules en moest zich na zware verliezen en ondanks hevig verzet noodgedwongen overgeven. Het vrijwilligerskorps verloor hiermee in één klap een aanzienlijk deel van haar effectieven. Onder de gesneuvelden bevond zich onder meer Ernest Chazal, de zoon van de toenmalige Belgische minister van Oorlog waardoor het hele gebeuren veel ophef veroorzaakte in de Belgische kranten.
Een drietal maanden later, op 16 juli 1865, slaagde Van der Smissen erin revanche te nemen voor de nederlaag bij Tacámbaro door in La Loma met succes de republikeinse troepenmacht van generaal Porfirio Diaz uit de stad te verdrijven.
De verdere krijgsverrichtingen
Het Belgisch vrijwilligerscontingent leverde in de daaropvolgende maanden met wisselend succes verder strijd tegen de opstandelingen, maar in september 1866 liep het behoorlijk mis. In Ixmiquilpan, een plaats in de huidige deelstaat Hidalgo, kwam het tot een gewapend treffen met de rebellen. Van der Smissen viel enigszins onbesuisd het dorp aan maar stuitte op een spervuur van geweerkogels die binnen de kortste keren meer dan zestig vrijwilligers het leven kostte. De Slag bij Ixmiquilpan staat geboekstaafd als de laatste, maar ook veruit de meest bloedige confrontatie die het Belgische vrijwilligerskorps in Mexico aanging.
Het einde van de Mexicaanse droom
Intussen had Napoleon III onder druk van de Verenigde Staten besloten zijn troepen uit Mexico terug te trekken. Toen eind januari 1867 ook de laatste Belgische vrijwilligers in Veracruz inscheepten om naar Europa terug te zeilen was het duidelijk dat het lot van Maximiliaan bezegeld was. Op 15 mei werd hij gevangen genomen en na een schijnproces op 19 juni 1867 gefusilleerd.
Een gepast eerbetoon
In oktober 1867 werd in Oudenaarde, de stad waar alles begon, een standbeeld onthuld ter nagedachtenis van de militairen die in de Slag bij Tacámbaro het leven lieten. Het herdenkingsmonument, een creatie van de bekende beeldhouwer Willem Geefs (1805-1883), stelt een treurende vrouwenfiguur voor, leunend op een wereldbol. In hetzelfde jaar werd ook in het Limburgse Leopoldsburg, vanwaar de meeste soldaten afkomstig waren, een monument opgericht. Op een meer dan zes meter hoge arduinen zuil, bekroond met twee bronzen arenden, staan de namen vermeld van alle in Mexico gesneuvelde vrijwilligers.
Lees ook: Het tragische Mexicaanse avontuur van aartshertog Maximiliaan en prinses Charlotte van België
Overzicht van Boeken over het Belgische Koningshuis