De Nederlandse historica Nanda van der Zee, die vooral bekend werd door haar onderzoek naar de lotgevallen van Nederlandse Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog, is maandag op 62-jarige leeftijd overleden. Dat meldt de NOS.
Nanda van der Zee publiceerde in 1997 bij uitgeverij Aspekt het boek Om erger te voorkomen. Hierin stond de vraag centraal hoe het mogelijk was dat juist uit Nederland zo veel Joodse mensen tijdens de Tweede Wereldoorlog naar de Duitse vernietigingskampen werden afgevoerd.
De historica beschreef de Jodenvervolging tijdens de Duitse bezetting en wees met een beschuldigende vinger naar koningin Wilhelmina. Als de vorstin niet naar Engeland was gevlucht, zo stelde Van der Zee, dan had ze vanuit haar positie veel Joden hebben kunnen redden, net als de koning van Denemarken die niet vluchtte. Doordat de koningin wel vluchtte maakte ze het voor de Duitsers mogelijk een civiel bestuur in te stellen, terwijl Hitler aanvankelijk alleen een militair bestuur in Nederland voor ogen had.
Om erger te voorkomen, een titel die cynisch gelezen moet worden, deed eind jaren negentig veel stof opwaaien. Van der Zee toonde ook aan dat de vlucht van de koningin en haar familie al een jaar eerder was voorbereid.
De historica debuteerde in 1988 met de biografie van Jacques Presser, de historicus die in 1965 in zijn tweedelige werk Ondergang al uitvoerig over de Jodenvervolging in Nederland geschreven had.
In 1997 werd Van der Zee gevraagd om een biografie van historicus Lou de Jong te schrijven. Deze opdracht gaf ze echter terug omdat ze haar werk voor publicatie niet wilde laten toetsen door het NIOD.
Boek: Om erger te voorkomen