Het zit Huis Doorn niet mee. Terwijl het museum strijdt voor zijn voortbestaan, hebben inbrekers meer dan twintig zilveren voorwerpen gestolen. Het gaat om stukken uit de achttiende en negentiende eeuw die volgens het museum van “grote cultuurhistorische waarde” zijn.
In het museum is sinds een paar dagen de tentoonstelling Zilver – Kerst bij de keizer te zien. Op dat zilver kwamen de inbrekers kennelijk af. Inbrekers tikten een ruit in om het museum binnen te komen.
Er werden met name zilveren bekers gestolen. Hoeveel waarde de objecten gezamenlijk vertegenwoordigen is nog niet bekend. Museumdirecteur Herman Sietsma spreekt van een “pittige inbraak”. De recherche onderzoekt de zaak.
Huis Doorn, de plaats waar de laatste Duitse keizer in ballingschap woonde, vreest de deuren in 2013 te moeten sluiten. Dit vanwege bezuinigingen op het expositiebudget. Minister Bussemaker van Cultuur gaf maandag nog aan geen extra geld voor het museum te willen uittrekken. Huis Doorn kan volgens haar echter gewoon open blijven als het bijvoorbeeld samenwerking aangaat met een andere instelling of museum. Ook zou het museum wat betreft de minister kunnen overwegen zich meer op de Eerste Wereldoorlog te gaan richten. Er zouden dan mogelijkheden zijn om geld binnen te halen voor verschillende projecten.
Donderdag beslist de Tweede Kamer over de bezuiniging op de subsidie.