De Nederlandse ontdekkingsreiziger Jacob Roggeveen werd wereldberoemd door zijn ontdekking van het in de Grote Oceaan gelegen Paaseiland.
Jacob Roggeveen werd op 1 februari 1659 geboren in Middelburg. Dit als zoon van de wiskundige Arent Roggeveen en diens vrouw Maria Storm. Zijn vader speelde een belangrijke rol in het leven van Jacob Roggeveen. Niet alleen was Arent Roggeveen wiskundige, hij hield zich ook bezig met bijvoorbeeld het maken van kaarten. In 1675 liet hij bij Pieter Goos in Amsterdam een atlas uitgeven met de naam Het Brandende Veen. Op de kaarten in deze atlas waren onder meer de kusten van Afrika en Amerika te zien. Daarnaast was hij geïnteresseerd in de – in die tijd nog vrij onbekende – Stille Zuidzee en het Zuidland (Terra Australis) dat daar, zo vermoedde men, gelegen was. Arent Roggeveen ontwikkelde een plan voor een ontdekkingsreis naar Terra Australis maar voerde dit nooit uit.
Zijn zoon Jacob Roggeveen was van 1693 tot 1706 notaris in Middelburg en van 1706 tot 1714 voor de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC) raadsheer in Batavia.
‘Den Val van ’s werelts Af-God’
In 1715 keerde Jacob Roggeveen terug naar Middelburg. Enkele jaren later (1718) gaf hij het werk Den Val van ’s werelts Af-God van de Zeeuwse predikant Pontiaan van Hattem uit. Een werk dat voor nogal wat opschudding zorgde. De Zeeuwse predikant geloofde en verkondigde onder meer dat christenen niet gebonden waren aan aardse wetten omdat ze onder ‘hemelse genade’ leefden. Veel inwoners van Middelburg namen het Roggeveen kwalijk dat hij het werk van deze dominee had uitgegeven en in 1719 besliste het stadsbestuur van Middelburg na een boekverbranding dat hij de stad moest verlaten.
Roggeveen woonde toen enige tijd in Arnemuiden en publiceerde hier in 1719 zowel het tweede als het derde deel van Den Val van ’s werelts Af-God. De boeken zorgden opnieuw voor veel onrust in de gemeenschap. Jacob Roggeveen besloot rond die tijd zijn vaders plan uit te gaan voeren. Hij zou op zoek gaan naar Terra Australis.
Jacob Roggeveen en Terra Australis
In 1721 kon hij aan zijn reis beginnen. De West-Indische Compagnie (WIC) gaf Roggeveen toestemming de reis naar het onbekende Zuidland te maken en gaf hem drie schepen mee: de Arend, Thienhoven en Afrikaansche Galey. Toen de 223 personen tellende bemanning op 1 augustus 1721 daadwerkelijk vertrok, was expeditieleider Jacob Roggeveen al 63 jaar oud.
Roggeveen voer aan het begin van het nieuwe jaar om Kaap Hoorn en belandde zo in de Grote Oceaan. Hij bezocht vervolgens de Fernandez eilanden en bereikte op 5 april 1722 Paaseiland. De Zeeuw gaf het eiland de naam Paasch-Eyland omdat hij het eiland ontdekte op paaszondag. Voor zover bekend was hij de eerste Europeaan die het eiland bezocht. Op het eiland, beroemd om haar opvallende tufstenen voorouderbeelden (moai), zag Roggeveen twee bevolkingsgroepen: Polynesiërs en ‘blanken’. Deze blanken waren de Langoren, ook wel Hanau Epe genoemd. Roggeveen en zijn bemanning onderzochten het eiland en constateerden dat Paasch-Eyland niet het Zuidland was waar ze naar op zoek waren. Het eiland was voornamelijk met gras begroeid. Aangenomen werd dat er vroeger mogelijk bomen waren geweest, maar dat die allemaal gekapt waren om de enorme voorouderbeelden te verplaatsen.
Op 12 april 1722 vervolgde Roggeveen zijn reis. Via de Tuamotu-Archipel, Genootschapseilanden en Samoa voer hij naar Batavia. Onderweg ging het schip Afrikaansche Galey verloren. Roggeveen moest na enige tijd constateren dat hij niet was geslaagd in zijn missie. Zuidland was niet ontdekt. Aangekomen in Batavia werden de schepen in beslag genomen en de bemanningsleden, inclusief Roggeveen, in het gevang gegooid. Dit gebeurde omdat de schepen voeren onder de vlag van de WIC terwijl het gebied waar ze waren het handelsgebied was van de VOC. De VOC beschuldigde Roggeveen er van dat hij het monopolie van de VOC had doorbroken. De Zeeuw en zijn bemanning werden na enige tijd op een retourvloot van de VOC teruggestuurd naar huis.
Jacob Roggeveen arriveerde op 4 juli 1723 op Texel, een eiland dat overigens ongeveer net zo groot is als het Paaseiland dat hij ontdekte, en reisde vervolgens naar Middelburg. Hoewel hij een eiland had ontdekt was zijn missie mislukt. Veel eer viel hem in eigen land niet ten deel. Hij had het Zuidland niet gevonden. In Middelburg hervatte Roggeveen zijn oude werk. Hij gaf het vierde deel van Den Val van ’s werelts Af-God uit. Roggeveen overleed op 31 januari 1729.
- Handig: Lijst van ontdekkingsreizigers
- Boek: Naar het aards paradijs. Het rusteloze leven van Jacob Roggeveen, ontdekker van Paaseiland (1659-1729)
- Boek: Zeevaarders en ontdekkingsreizigers