Jean Froissart (1337-1405) – Kroniekschrijver uit de Zuidelijke Nederlanden

..en zijn geschiedschrijving over de Honderdjarige Oorlog
6 minuten leestijd
Standbeeld van Jean Froissart in Chimay, België
Standbeeld van Jean Froissart in Chimay, België (CC BY 3.0 - Jean-Pol GRANDMONT - wiki)

Journalisten reizen tegenwoordig de hele wereld over om verslag te doen van verre oorlogen en ander nieuws. Hierbij maken ze gebruik van de nieuwste technologie en allerlei media om alles vast te leggen. Toch is dit geen nieuw verschijnsel, want in het verleden zijn vele mensen te vinden die het verloop van oorlogen bijhielden. Jean Froissart is één van hen. Hij schreef een kroniek waarin grote delen van de Honderdjarige Oorlog (1337-1453) behandeld werden.

Jean Froissart was een markante geschiedschrijver. Hij was de auteur van de naar hem vernoemde Kronieken van Froissart en had als schrijver een duidelijk doel. Froissart wilde de ridderlijke cultuur uitdragen door de daden voor het nageslacht vast te leggen. De geschiedschrijver schreef hierover zelf in het voorwoord van de kronieken:

“In order that honourable enterprises, noble adventures and deeds of arms which took place during the wars waged by France and England should be fittingly related and preserved for posterity, so that brave men should be inspired thereby to follow such examples, I wish to place on record these matters of great renown.”

Honderdjarige Oorlog

De Honderdjarige Oorlog was een conflict tussen Frankrijk en Engeland dat meer dan een eeuw duurde. Toen de Franse koning Karel IV stierf, waren er geen mannelijke erfgenamen, waardoor er een conflict ontstond tussen de Engelse vorst, Eduard III van Engeland, die vond dat hij meer aanspraak maakte op de Franse troon dan de aangewezen opvolger, Filips VI van Frankrijk. De moeder van Eduard III was een zus van Karel IV, terwijl Filips VI een neef van de overleden koning was. Daarnaast speelde er kwesties over Engels gebied op het continent mee.

Dit mondde uit in een desastreuze oorlog die meer dan een eeuw zou duren. In dit artikel is daar meer over te lezen.

Jean Froissart

Filippa van Henegouwen
Filippa van Henegouwen
In deze roerige tijd werd Jean Froissart in 1337 geboren in het graafschap Henegouwen, tegenwoordig Zuid-België. Zijn familie maakte onderdeel uit van de bourgeoisie. Froissart werd aangetrokken tot het hofleven en trad in 1362 in dienst van Filippa van Henegouwen (1314-1369) als hofdichter of kroniekschrijver en ging naar Engeland toen zij in het huwelijk trad met Eduard III van Engeland. Voor zijn werk probeerde hij zo veel mogelijk informatie uit eerste hand te krijgen. Om die reden reisde hij ook veel rond.

Froissart zelf beweert dat hij in 1367 aanwezig was in Bordeaux toen de latere koning Richard II van Engeland werd geboren. Het jaar daarop zou hij aanwezig zijn geweest bij het huwelijk van Lionel van Antwerpen en een dochter van Galeazzo Visconti in Milaan. Hier waren de literaire grootmachten Geoffrey Chaucer en Francesco Petrarca ook aanwezig, maar het is niet bekend of ze elkaar spraken. Tijdens de terugreis vernam Froissart het overlijden van Filippa, waarop hij besloot niet naar Engeland terug te keren. In plaats daarvan bleef hij op het continent, waar hij de bescherming genoot van verschillende belangrijke figuren, waaronder Johanna van Brabant en Robert Namur. Froissart spendeerde zo een groot deel van zijn leven aan verschillende hoven en was een bekende auteur in zijn tijd.

Ondanks dat hij een bourgeois was, nam hij de gewoontes van een aristocraat over. Op een gegeven moment nam hij zelfs de titel ‘Sir’ aan, hoewel hij daar geen recht toe had. In zijn verhalen komen de ‘gewone mensen’ nauwelijks voor. Het is te verklaren binnen de tijdsgeest en de geletterde elite waarvoor hij schreef. Toch zijn er momenten waarop Froissart bijvoorbeeld aanstipte dat het gewone volk meer te lijden had onder de oorlog dan de strijdende heren.

Ridderlijkheid en religie

Dankzij zijn contact met de edelen kreeg hij ook aandacht voor de ridderlijkheid en de glamour van het hofleven. Hij richtte zich op het heroïsche in oorlog en stond zelden stil bij het leed dat dezelfde oorlog teweegbracht. Froissart zag wreedheid of onrecht niet als iets verkeerds, zolang het maar bijzondere daden opleverde. Hij was meer geïnteresseerd in avonturen dan in geschiedkundige verhandelingen. Froissart schreef namelijk om de belevingen van bijzondere mensen vast te leggen voor toekomstige generaties. Hij kan daarmee dus geen echte historicus genoemd worden. Hij was soms partijdig en zijn werk had een duidelijk doel.

Hoewel hij een religieuze aanstelling had, lijkt het erop dat Froissart zich niet erg religieus opstelde. Soms nam hij een bijna spottend houding aan tegenover de kerk. Hij zag het kerkgenootschap meer als een goede bron van inkomsten. Over zijn dood is weinig bekend en nog minder met zekerheid te zeggen. Over het algemeen wordt aangenomen dat hij tot 1410 leefde en werd begraven in Chimay.

De Slag bij Westrozebeke uit de Kronieken van Jean Froissart.
De Slag bij Westrozebeke uit de Kronieken van Jean Froissart.

Kronieken

Voordat hij zijn kronieken publiceerde, schreef Froissart al enkele andere werken, waaronder ook poëzie. Tegenwoordig staat hij bekend om de boeken waar hij zijn hele leven aan werkte. Zelfs nadat ze uitgebracht waren bleef hij ze bewerken en uitbreiden. In totaal bracht hij vier boeken uit die de jaren 1326 tot ongeveer 1400 behandelen.

In de boeken is er aandacht voor zowel de Franse als de Engelse zijde van de Honderdjarige oorlog. Hij sprak mensen van alle strijdende partijen en allerlei groeperingen. Hij stelde zich op als een kosmopoliet die alle belangrijke gebeurtenissen wilde vastleggen. De nadruk ligt op militaire daden, maar sociale en politieke aspecten komen ook aan bod. Hij reisde veel rond om informatie in te winnen. Indien mogelijk probeerde hij aanwezig te zijn en anders ondervroeg hij mensen die een bepaalde gebeurtenis wel bijgewoond hadden.

Het eerste boek is het grootste, maar deze bevat ook veel passages die letterlijk overgenomen zijn van kroniekschrijver Jean le Bel. De behandelde periode loopt van 1322 tot 1378, waarbij het merendeel van het boek tussen 1369 en 1373 geschreven zal zijn. Het tweede boek betreft de periode van 1376 tot 1386 en is waarschijnlijk in 1387 begonnen en in 1388 afgemaakt. Boek drie loopt van 1386 tot 1388 en het laatste boek bestrijkt de periode 1389 tot 1400. Het vierde boek is ergens na 1395 begonnen en in 1400 afgemaakt. Hoewel de boeken in het Frans geschreven werden, zijn ze naar meerdere talen vertaald. In totaal zijn er meer dan 150 manuscripten overgeleverd.

Kanttekeningen bij de boeken

Er zijn verschillende kanttekeningen te maken bij het werk van Froissart. Zo beschrijft hij handelingen waar hij niet bij was. Voor het beschrijven van dergelijke gebeurtenissen maakte hij onder meer gebruik van de kroniek van Jean le Bel. Hierbij zijn verschillende passages geheel overgenomen, waardoor men in het eerste boek Jean le Bel vooral leest en niet Jean Froissart. Overigens erkende Froissart wel dat hij gebruikmaakte van Jean le Bel en ging hij verder waar Le Bel ophield. Je zou kunnen zeggen dat Le Bel het fundament legde waarop Froissart voort bouwde.

Daarnaast maakte Froissart gebruik van verslagen van ooggetuigen en verwerkte hij legendes en sagen in zijn kronieken. Op andere momenten bestudeerde hij officiële documenten. Doordat deze bronnen door elkaar worden gebruikt, en allemaal een andere benaderingswijze hebben, is het soms lastig om te bepalen waar men mee te maken heeft. Daarnaast zullen er bronnen zijn geweest die Froissart gebruikte die niet overgeleverd zijn. Hierdoor is niet altijd met zekerheid vast te stellen of beschrijvingen accuraat zijn. Daarnaast zijn er verschillende aantoonbare fouten te vinden in het werk van Froissart. Groottes van legers, afstanden of datums worden verkeerd weergegeven. Oxford wordt geschreven als Asquessufort.

Chronicles - Jean Froissart
Chronicles – Jean Froissart
Hoewel de details niet allemaal kloppen, is het nog steeds zo dat over het algemeen wat hij beschrijft waar is. De toernooien en veldslagen moesten op een bepaalde manier beschreven worden omdat het anders voor het eigentijdse publiek niet realistisch was. Froissart schreef soms over “wat er waarschijnlijk was gebeurd” in plaats van over “wat er exact was gebeurd”.

Froissart was een zeer begenadigd schrijver. Zijn kroniek is goed leesbaar en brengt het hofleven tot leven. De kroniek van Froissart is een van de eerste werken waarin veel dialogen zijn verwerkt.

Hoewel de kroniek inmiddels meer dan zes eeuwen oud is, blijven zijn kronieken een waardevolle bron. Ze schetsen een beeld van het ridderlijke leven in Engeland en Frankrijk tijdens de veertiende eeuw. Het huidige beeld van het concept ‘ridderlijkheid’ is deels door hem beïnvloed en Froissarts boeken zijn inmiddels meerdere malen vertaald of heruitgegeven. Hoewel het werk niet feilloos is, schetst het wel een intiem tijdsbeeld van de late middeleeuwen in Europa. Zeker door zijn bijzondere literaire vaardigheden slaagde hij erin een intiem beeld van het hof te creëren. Een uitstekende vertaling, zij het in verkorte versie, van de kronieken is door Geoffrey Brereton gemaakt.

Lees ook: De Honderdjarige Oorlog (1337-1453)
Boek: Chronicles – Jean Froissart

0
Reageren?x
×